-30- waardering van de overige begroeiing, die in de andere kavels staat, kan ik u niet zeggen dat daar het oordeel van de chef van de plantsoenen dienst gewijzigd is. Ik denk niet dat we het risico lopen dat ze dan kunnen gaan wijzen naar de nieuwe koper met de mededeling zo van die komt er makkelijk vanaf, want al met al, we weten dat denk ik best, blijft er toch nog een forse last rusten op de koper, omdat er een grote partij bomen, waarvan de waarde buiten discussie is, wel gehandhaafd zal moeten blijven. Dat we daar aan tillen blijkt uit het feit dat u eigenlijk als raad vrijwel unaniem er op aandringt om dat boetebeding hoger te maken, omdat het afschrikeffect om uit die bomen te komen nog zal toenemen. Dan zegt mijnheer Du Pont ja, er wordt wel gesproken over een advies van de plantsoenendienst, maar ik heb het nergens zien zitten. Wij hebben geen plantsoenendienst, maar een afdeling die voor de plantsoenen zorgt. De dienst die adviseert doet dan over het algemeen middels zijn directeur en wij weten uit ervaring en ook mijnheer Du Pont weet dat, dat de direk- teur gemeentewerken daarbij duidelijk alle aspecten coördineert die er aan de orde zijn en een ruime plaats geeft aan de opvatting van de binnen zijn dienst aanwezige disciplines en dat hij daar dan zo nadrukkelijk melding van maakt geeft ons de mogelijkheid om de herkomst ervan te bepa len. Er zit ook een advies van de afdeling financiën bij, dat klopt mijn heer Du Pont. Ik weet niet of u het nou goed leest als u zegt, of goed interpreteert als u zegt dat zij zeggen daar moeten we eigenlijk niet op ingaan. Ik denk dat je het zo moet lezen. Zij geven een theoretische vergelijking aan de hand van de grondprijzen in lob B van Albano en dan zeggen ze van nou als je dat vergelijkt dan wordt eigenlijk die grond toch duidelijk tegen een lagere prijs dan de prijs die daar betaald wordt van de hand gedaan, maar ik denk dat wij met elkaar allemaal erg goed weten, tenslotte zijn we al een jaar of 6 aan het pogen om die grond te verkopen, erg goed weten, mijnheer Huijpen heeft het net goed verwoord, hoe moeilijk het is om met de lasten die wij nu eenmaal als gemeenteraad op die grond willen laten drukken, die kavels kwijt te raken en vandaar dat we met de poging die we nu wagen, de indruk hebben dat we een mini male aanslag doen op het groen. Uitsluitend een aanslag doen op het groen wat geen bijzondere waarde heeft en de garantie overhouden dat er een forse hoeveelheid groen overblijft die daar toch de plek de significatie laat houden die het in het verleden had. Ja, ik denk dat ik met mijn eerste reactie ook aan het adres van mijnheer Hermes heb geantwoord en met de opmerking van de heer Huijpen kan ik me graag verenigen. De heer DU PONT: Voorzitter, ik heb ook in mijn eerste termijn gezegd of er wel voldoende gekeken is naar het situeren van bouwgrond, zodanig dat er minder groen opgeofferd moet worden. Ik weet dat dat consequenties heeft voor de koper, maar ik vraag me af of dat voldoende onderzocht is. Bovendien blijft voor ons staan dat het naar degenen die eerder kochten toch moeilijk wordt als die gaan vragen of zij de bomen die zij geduld hebben zouden laten verdwijnen. U zei wel dan komt er een kwaliteitsoor deel aan te pas, maar jarenlang is er het ene advies na het andere ge weest om het bomenbestand zoals het er nu staat te handhaven. Dus een ommezwaai in deze houd ik ook niet voor mogelijk en dat zouden wij nog een veel grotere aantasting vinden van het gebied als dat er nu al ge beurt. Vandaar dat u mij niet heeft kunnen overtuigen en ik ben nog tegen dit voorstel. De VOORZITTER: Ja, laat ik er dit op zeggen mijnheer Du Pont. Die omme zwaai met betrekking tot die anderen, die ligt helemaal niet in de lijn der verwachtingen en we hebben toch niet de indruk dat we daarmee die anderen tekort doen, want er blijft op deze kavel toch een enorme last drukken. Dat is uiteindelijk ook de reden geweest waarom we al die jaren

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1985 | | pagina 125