-26- een indeling in groeiklasse 3 wel te aanvaarden en dat we er geleidelijk naar toe zullen groeien op die manier, dat we in de jaren '90-'95 het niveau bereiken van uitsluitend voor de eigen bevolking te bouwen. De heer WIJNEN: Vanaf '90 tot '95 gaan we voor eigen bevolking bouwen De VOORZITTER: Zodanig dat we in de jaren '90-'95 het niveau bereiken dat we uitsluitend voor die eigen bevolking bouwen. Dus van '85 tot een van die jaren ertussen om terug te groeien naar dat niveau, want dat proef ik eigenlijk aan de andere kant als eigenlijk ook aanvaardbaar. Vandaar De heer WIJNEN: Ja, dat ligt eraan. Kijk, als u zegt in de periode '90- '95 bereiken we de groeiklasse 3, dat wil zeggen dat u dan de overgangs periode in die periode legt. De VOORZITTER: Nee, van nu af. Dus dat we bereid zijn om bij een vol gende evaluatie in het begin van de negentiger jaren een indeling in groeiklasse 3 wel te aanvaarden en dat we er nu geleidelijk naar toe gaan groeien, zodanig dat we in die jaren dat bereiken. De heer WIJNEN: Nou ik denk dat je dat afhankelijk moet stellen van de omstandigheden waarin we in 1990 verkeren. Ook wanneer we dat bereiken dat niveau en dat je niet op dit moment kunt zeggen van dan zijn we precies zo ver, want anders dan krijg De VOORZITTER: Zodat we in de toekomst het niveau bereiken van uitslui tend voor de eigen bevolking te bouwen De heer KLIJS: Ja, dat klopt. Als je tot 1990 op basis van de huidige mogelijkheden enthousiast door blijft bouwen, dan zult u straks na 1990 wel uitgebouwd zijn. Dat klopt wel ja. Dan is Oudenbosch wel vol. De VOORZITTER: Nee, maar dat is nog maar 4 jaar. De heer KLIJS: Ja, maar dat is gauw. Het kan wel gauw zijn, maar als het met dezelfde frequentie gaat als nu De VOORZITTER: Nee, maar ik zeg dat we er nu geleidelijk al naar toe gaan groeien. De heer KLIJS: Ja, daar zit hem het knelpunt, voorzitter. De VOORZITTER: Nee, het probleem is dit De heer KLIJS: Hoe wordt de afbouw geïnterpreteerd Heeft dat de in tentie, zoals wij dus zeggen, het terugschakelen. Het terugschakelen in de woningbouw en er nu het beleid op richten Nu. De VOORZITTER: Mijn bedoeling is de volgende: Als je nu zegt groeiklasse 3, dan krijg je contingenteringen die daarop zijn afgestemd, want daar kan men dan niet bovenuit, dat is een doelstelling. Als je nou zegt groeiklasse 4, maar wij zijn bereid om naar dat andere niveau te groeien, dan heb je als vertrekpunt groeiklasse 4 en kan men daar geleidelijk van af trekken. Dan groei je geleidelijk toe naar dat niveau en ik dacht dat dat de bedoeling was. Vandaar dat ik dus deze poging deed om ons bij el kaar te brengen, omdat als we dat als raad unaniem inbrengen bij de pro vincie, dan maken we een kans en ik denk dat we in het andere geval aan onze eigen verdeeldheid ten gronde gaan. De heer VAN EIJKEREN: Mag ik aanvullen in de richting van de heer Klijs Als u zegt contingentering van de afgelopen 3 jaar voor de geest haalt en u zet daarnaast de contingentering die toegewezen is voor '85, dan is er al sprake van een duidelijke bijstelling naar beneden. Dus die

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1985 | | pagina 121