-17-
5 en dat lijkt me alleszins redelijk. Dan naar de opmerkingen toe. De
heer Du Pont die heeft met name aandacht gevraagd voor de situatie die
ontstaan is, juist door het ingedeeld worden in groeiklasse 4. Een jaar
of 5 geleden, voordat investeringen die je als gemeente doet en die daar
nadrukkelijk op gericht zijn, effect beginnen te sorteren, verwezenlijkt
worden. Nou, dan praat je eigenlijk over een periode waar we nog steeds
in zitten. We zijn daar volop mee bezig. We hebben met betrekking tot
bestemmingsplannen en ik heb het geproefd dat iedereen dat eigenlijk on
derschrijft. Ik heb inderdaad gemerkt dat het in de periode '80-'82,
dat het moeizaam was, maar gelukkig onderkend toch ook de raad dat dat
niet alleen in Oudenbosch een probleem was, maar dat het een algemene
instorting van de woningmarkt was, zodat het hanteren van dat element
specifiek voor een aantal groeiklasse 4-gemeenten, specifiek voor Ouden
bosch niet terecht is en ook gemakkelijk te weerleggen is.Als cijfers
van welke andere gemeente dan ook, of het nou een kleine of een grote
is, daarnaast gelegd worden, dan zien we in die periode exact hetzelfde.
Bovendien dacht ik dat we de laatste jaren bij het wat aantrekken van
de woningmarkt, de inspanningen die we hier zelf hebben mogen verrichten,
dat we toch een aardige inhaal daarvan hebben kunnen verrichten. Maar
die is niet voldoende om nu wat gelaten ons naar groeiklasse 3 te laten
leiden. Een groeiklasse waarvan de heer Den Braber heel terecht zegt
eigenlijk ga je 2 stappen terug, want de bijstellingen naar beneden hou
den eigenlijk in dat de hele groeiklasse 3 eigenlijk veel meer te verge
lijken is met de huidige groeiklasse 2. De heer Du Pont wijst op de in
vesteringen gedaan met betrekking tot uitbreidingsplannen, ook andere
bestemmingsplannen. Ik denk aan de aktiviteiten op het gebied van de
stadsvernieuwingen. Dat zijn zaken die dan weliswaar tot stand konden
komen, omdat daar in het kader van de zogeheten 80%-regeling uitkeringen
van redelijke omvang tegenover stonden. Dat neemt niet weg dat je op het
moment dat je je met stadsvernieuwing gaat bezighouden en ik dacht dat
iedereen dat op zich een goede zaak vond en we zullen in de nabije toe
komst nog wel meer op dat gebied te verwerken krijgen, dat doet een be
hoorlijke aanslag, we zien dat in het plan Brouwerijstraat, op de contin-
gentering die elk jaar aan de gemeente wordt toegewezen en dat knelt te
meer omdat in het kader van die groeiklasse 4 er ook nogal wat grond is
aangekocht in met name het uitbreidingsplan Albano. Dat moet je al tempo
riseren, omdat je op het gebied van de stadsvernieuwing ja, het gewoon
niet kunt maken om zaken te lang te laten liggen, of we daar nu eigenaar
van zijn of via andere eigenaren mee geconfronteerd gaan worden. We zul
len naar oplossingen moeten zoeken en dat zal in de meeste gevallen ook
een aanspraak betekenen op de toegewezen contingenten. Nou, met een te
ruggaan naar 3 in het vooruitzicht betekent dat we nog verder moeten tem
poriseren, dat we nog langer nog meer rente bij moeten schrijven met alle
problemen vandien, dat een verdichting om zaken betaalbaar te houden,
die we eigenlijk niet willen, die we voor lob B in het uitbreidingsplan
Albano gelukkig ook enigszins hebben kunnen terugbrengen, dat dat zaken
zijn waarvan je niet moet uitsluiten dat je noodgedwongen ze weer zou
moeten introduceren. Allemaal redenen die er voor pleiten om tenminste
voor een periode van een jaar of 5 de faciliteiten te behouden die een
groeiklasse 4 met zich meebrengt en tegelijkertijd in die periode zelf
in het te ontwikkelen beleid ook toe te werken naar die overgang die er
dan waarschijnlijk toch wel een keer zal komen naar groeiklasse 3, maar
dan is de breuk niet abrupt, maar dan kun je in je beleid waar je toch
altijd met een aantal jaren bezig bent, kun je daar nadrukkelijk reke
ning mee houden. Het onderwijs-centrum, Oudenbosch als onderwijscentrum,
staat onder druk. Dat is ongetwijfeld het geval, zoals heel het onderwijs
onder druk staat in het kader van het overheidsbeleid, waar de heer Du