-34-
eind waar ik toch niet aan wil voorbijgaan aan het feit dat die bestuur
lijke betrokkenheid erg belangrijk is. Ik deel dat met hem. Ja, dat daar
op dit moment geen basis voor is om inderdaad die bestuurlijke inbreng
ook op een voldoende juiste en juiste wijze te kunnen brengen dat moeten
we even voor lief nemen. Ik hoop met de bespreking op 2 oktober u toch
een zodanige inzage te geven in die zaken die ons leiden tot een eerste
en belangrijke stap over te gaan om dat toch te voorzien van zodanige
informatie dat we daar toch met zijn allen van kunnen zeggen van nou ja,
dat kan dan nog net. Het zal de schoonheidsprijs niet verdienen, maar
dat zult u best wel begrijpen. U vraagt om, althans in de twee vragen,
in de eerste vraag vraagt u om de voorwaarden vervult te zien dat we u
betrekken bij de besteding van de middelen in de vergadering van oktober
die we met elkaar afgesproken hebben. Nou ik heb aangegeven dat dat onze
bedoeling is om in de commissie ABZ aan te geven. Ik wil vanavond her
halen dat wij met betrekking tot de besteding van deze middelen van u
op 2 oktober in dat verhaal zullen betrekken en voordien gebeurt dat nog
niet, althans alleen in de voorbereidende sfeer. Ten aanzien van de per
sonele problematiek wijst u ons met name op de invloed die er is op de
taken van medewerkers. U weet dat van de zijde van de medezeggenschaps
raad er, ik heb daar eerder melding van gemaakt, van de zijde van de me
dezeggenschapsraad gevraagd is om een afgevaardigde in de stuurgroep
automatisering, de beleidsgroep automatisering. Dat is niet het enige.
Er zijn ook vanuit de medezeggenschapsraad een aantal andere elementen
naar voren gebracht, waar zij aandacht aan geschonken wil zien. Daar
moeten we naar kijken. Een van die elementen is, ik denk dat het een vol
komen terecht element is, dat je de wijziging die taken ondergaan, dat
je die inderdaad vroegtijdig signaleert a. om ze te begeleiden en b. om
dat er ook andere consequenties aan vast zitten of aan vast kunnen zitten
voor de organisatie. Daar willen we beslist aandacht aan en zullen we
beslist ook aandacht aan schenken. Ik denk dat dat onderdeel moet zijn
of althans onderdeel moet uitmaken van het automatiseringsplan. De heer
Den Braber heeft aangegeven met de voorwaarden zoals die, of de uitgangs
punten zoals die neergelegd zijn voorlopig uit de voeten te kunnen en
hij stelt eigenlijk kortom ik wacht tot 2 oktober tot er wat concretere
zaken aan de orde zijn. Nou, ik heb toegezegd dat we inderdaad met die
informatie zouden komen en dan kunnen we er opnieuw over praten. In de
richting van de heer Wijnen wil ik niet ontkennen dat niet al tot twee
maal toe denk ik er is gesproken vanuit uw fractie en aangedrongen op
een automatiseringsplan. Langs de andere kant wil ik toch de antwoorden
die ik toen heb gegeven eigenlijk op dit moment nog eens een keer in her
innering brengen. Wij zijn daar niet zomaar zonder meer aan voorbijgegaan.
Het laatste jaar hebben wij heel duidelijk laten weten dat de visie hier
was en die stoelde op naar ons gevoel betrouwbare gegevens, dat we nog
minstens twee jaar vooruit zouden kunnen met de huidige programmatuur
en de huidige apparatuur. We hebben nu in november, het preadvies zegt
het ook, een voorstel gedaan met betrekking tot de aanschaf van nieuwe
programmatuur omdat we daarmee problemen zoals we die nu op dit moment
zien aankomen, zouden kunnen worden voorkomen. Helaas blijkt die ver
wachting die wij hebben, ook nadat de bestelling eenmaal is gedaan van
die programmatuur, blijkt die verwachting gewoon geen reële verwachting
te zijn en moeten we gewoon constateren dat we terug moeten. Kijk als
we op dat moment die informatie hadden gehad dat het onmogelijk zou zijn
of dat het deze consequenties zou hebben, dan hadden we natuurlijk iets
anders gedaan. Wij hadden het wat dat betreft niet in het vizier. Ja,
u kunt zeggen van u heeft het misschien wat gemakkelijk gereageerd op
de toezeggingen die van andere kanten zijn gedaan. Ik denk dat dat niet