-2- werken en ruimtelijke ordening en ik zal er dus ten aanzien daarvan het zwijgen toe doen. Ik vraag me af of het beschikbaarstellen van een kre diet voor de sloopkosten nog relevant is. Als ik meen uit punt 1 van de koopovereenkomst blijkt dat de sloopkosten voor rekening van de verkoper zijn, dat die moeten worden uitgevoerd uiterlijk per 1 oktober 1984. Dan valt het mij op dat in de overeenkomst geen voorwaarde is opgenomen die het gemeentebestuur vrijwaart van eventuele bodemverontreiniging en ik vraag daar met name aandacht voor omdat in de subsidietoekenning, het is me in de snelheid ontgaan of dat de minister of de H.I.D. in s-Herto- genbosch is, expliciet vraagt om daar in de koopovereenkomst een voor waarde aan te verbinden en je zou met een zekere vrijmoedigheid van de koopovereenkomst zelfs kunnen zeggen dat de gemeente bewust die risico's aanvaardt. Ik meen toch niet dat dat de bedoeling kan zijn. Tenslotte voorzitter, wat in het geval de koper niet kan leveren omdat ik uit een brief heb moeten afleiden dat 1/3 van perceel ik dacht 2979 nog niet in het bezit is van de verkoper. Ik zeg de koper niet kan leveren maar dat moet zijn de verkoper niet kan leveren. De heer KLIJS: Voorzitter, allereerst wil ik me aansluiten bij de vraag stelling zoals de heer Rennings die heeft gedaan ten aanzien van de sloopkosten. Ook onze fractie kan instemmen met het voorstel, in zoverre dat we op deze manier in elk geval de beschikking gaan krijgen over een terrein wat beslist voor de leefbaarheid van Oudenbosch, de verbetering van de leefbaarheid van Oudenbosch absoluut een noodzaak is om daar zelf hoe moet ik het zeggen, min of meer de vinger in de pap te krijgen. Als v/ij echter met dit voorstel eens zijn, dan willen we reeds nu duidelijk signaleren dat dat niet betekent dat wij het met de in de wandelgangen bekende invulling van het plan eens zijn. Wij willen dat nog helemaal open laten, zelfs al zou in een later stadium blijken dat daar financieel gezien andere consequenties aan verbonden zouden zijn. De heer DEN BRABER: Ja, voorzitter, mijn fractie kan instemmen met het voorstel wat hier voorligt, omdat zich dat beperkt tot lokatie 1 in het betreffende gebied, dus ook met de wijziging van 7 woningen en 4 bedrijfs ruimten naar 12 woningen. Die instemming geldt overigens op dit moment nog niet de andere lokaties, 2, 3 en 4. Ik heb gezien dat daar voor nogal forse financiële injecties van de algemene middelen nodig zijn en dat willen wij dan toch graag nog eens op een rij gezet zien en in de com missie openbare werken besproken. Daar gaat het vanavond niet over, dus akkoord met het voorstelOverigens denk ik wel dat er nou het bestem mingsplan gewijzigd wordt, dat we een voorbereidingsbesluit nodig hebben. De VOORZITTER: Mijnheer Huijpen, de aandacht voor de bebouv/ingsplannen en de verkeersproblematiek hoort niet in deze vergadering thuis, maar dat had u zelf ook al gezien. Het gaat natuurlijk nu niet om de invul ling. Ik denk dat het een goede zaak is en u begrijpt dat de wethouder voornemens is wat dat betreft uw suggestie te volgen, om als het gaat om de invulling straks om dan over die invulling overleg te plegen met de plaatselijke middenstand. Overigens geldt daarbij, want het is een afwijking van het Komplan, daarbij geldt wel als uitgangspunt en dan moet het toch ook naar de heer Klijs gezegd worden, de eis die in de beschik king van vanmorgen verwoord was, namelijk dat het een versterking van de woonfunctie in het centrum moest gaan betekenen en dat het daarom moest gaan om die 12 woningen en niet om de 7 zoals die er aanvankelijk lagen. In hoeverre die 12 te combineren zijn ook nog met andere functies is een open vraag die denk ik te gelegener tijd in de commissie openbare werken en ruimtelijke ordening maar eens aan de orde moet komen. De afwijking die leidt tot de versterking van de woonfunctie is tot stand gekomen op verzoek of die voorwaarde is tot stand gekomen op verzoek van de commis sie stadsvernieuwing. Dat is een sub-commissie van de provinciale plano logische commissie en de verbindingen tussen de P.P.C., de plaatselijke

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1984 | | pagina 2