-46- tal groepen moet worden afgewenteld. Met betrekking tot het tweede kritische punt wat u aangeeft, onderzoek naar de structuur, wijze van harmoniseren opbouw van de tarieven, de be zettingsgraad, overleg ik dan ook, dat heb ik de heer Van Hoek toegezegd, aan de sportraad om hierover van gedachten te wisselen. Dat stellen we nogmaals graag vast. Met betrekking tot het derde punt. Het overleg met de verenigingen moet beter, en wethouder wilt u eens aangeven hoe u dat gaat doen. Ik heb in eerste instantie, nadat bekend is geworden vanuit de werkgroep dat we 60.000,zouden bezuinigen, dat was ook vast gelegd, pas met dat gegeven ben ik gaan praten met de verenigingen in een eerste ronde over, naast die besparing, de wijze waarop de tariefs- opbouw in de nabije toekomst gerealiseerd zou moeten worden, of vorm zou moeten krijgen. Ik denk dat het ook verstandig is dat we met elkaar prin cipe-overeenstemming bereiken over hoe wij denken dat het gemeentelijk tariefbeleid in deze er uit moet zien, voordat u mij naar de verenigin gen stuurt en daar laat vertellen hoe ik erover denk, omdat u me anders weer terug kunt fluiten, en omgekeerd ik van het kastje naar de muur ga. Ik denk dat u er ook begrip voor zou hebben als ik stel dat ik vanuit de commissie graag met een heel duidelijk argument en een heel duidelijk ondersteund advies naar het college terug ga en vervolgens de verenigin gen opzoek en hen ga voorleggen, kijk, zo denken wij er bestuurlijk over. Maar nogmaals aansluitend, het laatste punt. Het overleg met de vereni gingen dat vind ik zeker belangrijk, zeker ook in het licht waarin u het stelt. De sport moet betaalbaar blijven. De sportraad bieden wij inder daad die mogelijkheid om met de sportverenigingen, mensen uit de sport, te overleggen. Daarvan wil ik dan ook gebruik maken, nu die sportraad er op dit moment is en ik zou dan tot slot willen vaststellen dat dat overleg voor wat mij betreft, vorm krijgt, waarbij ik me voor suggesties van de zijde van de sportraad ook aanbevolen houd. Ik meen dat we met elkaar misschien tot een betere structuur kunnen komen dan als ik. het alleen zou doen. Maar dat moet dan nog heel even wachten, tot we 22 janu ari aan een nieuwe bespreking toe zijn. De heer VAN HOEK: Ja voorzitter, de wethouder stelt dat het aantal vere nigingen die met de tarievenverhoging bij de binnensportakkommodaties daar geen moeite mee hebben, maar ons bereiken ook signalen dat er toch een aantal verenigingen zijn waarbij het ledenaantal toch onder druk komt te staan. En dat betekent dat bij hogere lasten de leden toch steeds meer moeten gaan betalen en dan wordt dat toch een moeilijk punt. En door meneer Videier is al gesteld dat de sportakkommodatieswe hebben in Oudenbosch een heel scala van goede voorzieningen, en die kosten in derdaad veel geld, onze fractie wil duidelijk dat daar naar die uitga ven-kant vooral gekeken wordt omdat er ook mogelijkheden zijn om daar het een en ander te bezuinigen en daarin de verenigingen te betrekken. En daarom willen wij toch eerder het nader overleg binnen de sportraad afwachten. De heer VIDELER: Meneer de voorzitter, ik heb nog één vraag ten aanzien van mijn laatste kritische punt,waarop de wethouder ingaat dat dat over leg met de sportverenigingen vorm zou krijgen in de sportraad, betekent het dat dat geagendeerd gaat worden in de eerstvolgende vergadering van de sportraad, heb ik dat zo goed begrepen.? Waarbij dan de overlegstruc tuur wordt vastgesteld? De heer RENNINGS: Voorzitter, ik had helemaal niets willen zeggen over dit punt, want dat had tenslotte de steun van de grootst mogelijke meer derheid in de sportraad, maar er wordt in de vergadering nog een klein beetje de indruk gewekt, alsof de sport als enige de lasten van de dag moet dragen en naar mijn oordeel is het tegendeel eerder waar. Want in de gehele welzijnssector, uitgezonderd de sport, draagt de particuliere organisaties, let wel het particulier initiatief, alle kosten en geeft de gemeente een directe subsidie.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1984 | | pagina 201