-19-
volledig en soms ook wel een onjuist beeld gaven van het bestuurlijk ge
beuren. Dan de betrokkenheid bij het gemeenschapsgebeuren. In de loop
van het jaar is de gemeente betrokken bij een aantal algemene aktivitei-
ten. Wij denken aan Koninginnedag, Karnaval en dergelijke. De gemeente
dient daarbij de voorwaarden te scheppen waaronder verenigingen of groe
pen van personen met het oog op algemeen geldende doelstellingen akti-
viteiten kunnen ondernemen. Dergelijke aktiviteiten geven kleur aan het
gemeenschapsleven en geven soms verbreiding aan bepaalde gebeurtenissen
in onze plaats. Denk maar eens aan de wielerronde en aan de braderie.
Teleurstellend was dan ook de medewerking die de gemeente heeft gegeven
aan de manifestaties in verband met het herdenken van de gevallenen van
de Tweede Wereldoorlog, maar ook het herdenken van het 100-jarig overlij
den van pastoor Hellemons ging met niet veel gemeentelijke medewerking
gepaard. Wij hadden anders verwacht gezien de betekenis die deze figuur
heeft gehad voor de Oudenbossche gemeenschap. Bestuurlijk overleg. In
het afgelopen jaar traden er weer enkele spanningsmomenten op tussen
aan de ene kant het college met de daarin vertegenwoordigde partijen en
aan de andere kant de meerderheid van de raad. De spanningen spitsten
zich onder andere toe op de procedure rond het bestemmingsplan van lob
B in Albano, het besluit van de raad over de ontmoetingsruimte voor de
buitenlanders en de automatisering van de gemeentesecretarie. Naar onze
mening komen dergelijke problemen vooral voort uit onvoldoende overleg
met de raad, het geven van onjuiste informatie en het niet uitvoeren van
raadsbesluiten. Na het vertragen van de invoering van de sportraad werd
uiteindelijk ook met medewerking van de fractie van ONS toch een oplos
sing bereikt. De genoemde gang van zaken geeft ons aanleiding om evenals
vorig jaar een waardering te geven over te wethouders. Wij ontlenen onze
beoordelingswijze weer aan het onderwijs. De CDA-fractie heeft de indruk
dat de ene wethouder ongewenste gedragingen van de andere aan het afkij
ken en overnemen is. Wij vinden het gewenst dat hij deze volgzaamheid
beëindigt. De omgang moet dan ook beperkt worden tot het strikt noodza
kelijke. Meer dan voorheen dient hij aandacht te geven aan opmerkingen
van anderen in zijn omgeving. In schoolse termen: Hij zou op een andere
bank moeten in de klas. Ten aanzien van de andere wethouder die optreedt
als een soort gangmaker voor zijn collega merken wij op dat deze te wei
nig onderscheidt maakt in zijn gedrag als lid van de raad en van het col
lege en als leider van aktiegroepen die zich soms richten tegen besluiten
van de raad. Hoewel wij ons met een belangrijk deel van de voorstellen
van het college niet konden verenigen hebben wij in het algemeen geen
twijfels over de inzet van de wethouders. De contacten met de fracties
die in het college vertegenwoordigd zijn waren in het afgelopen jaar in
cidenteel van aard. Wij hebben het wel gewaardeerd dat vanuit de fractie
van de Partij van de Arbeid pogingen zijn ondernomen om de relaties te
verbeteren. Gezien de verhoudingen hebben wij het niet betreurd dat het
jaarlijks uitstapje van de gemeenteraad dit jaar geen doorgang kon vin
den. Het vertrek van de fractievoorzitter van D'66 uit de raad hebben
wij als een gemis ervaren. Niet alleen doordat zijn inbreng wegviel, maar
ook omdat hij zich in de loop der tijd steeds onafhankelijker van het
college is gaan opstellen. Opmerkelijk voor een raadslid, dat aanvankelijk
aspiraties heeft gehad om de 3e wethouder te willen zijn in deze raads
periode. Wij wensen zijn opvolger de gelegenheid toe om in 1985 vaker
dan in 1984 in de gelegenheid te zijn om de beraadslagingen van de raad
en de commissies te kunnen bijwonen. Bij de VVD-fractie leefden in veel
gevallen dezelfde bezwaren als bij de CDA-fractie tegen een aantal voor
stellen van het college. Dit heeft ertoe geleid dat het college dan an
dere besluiten diende te gaan uitvoeren dan men aanvankelijk van plan
was. Bij een aantal personen blijkt daardoor de opvatting te zijn ont-