-21-
streekgewest omdat daar toch recht gedaan wordt aan het feit dat wij toch
moeten proberen te werken binnen de 18 gemeenten op grond van gezamenlijk
heid en dat we toch moeten hopen dat er geen gemeenten buiten de boot
gaan vallen en ik zou toch een beroep willen doen, in onze kringen wordt
dat ook meestal appel genoemd, om toch alle gemeenten zover te krijgen
dat ze zich hierin kunnen vinden en dat dus niet als verschillend gaan
voordragen bij gedeputeerde staten.
De heer DEN BRABER: Ja voorzitter, met het college is mijn fractie van
mening dat het streekgewest er zich een beetje met een Jantje van Leiden
van afmaakt waar het onze inbreng van april jongstleden, in het commen
taar van onze reactie van april j.l. Ik vind dat ook kleine gemeenten,
waarvan Oudenbosch er een is, best de nodige aandacht voor haar inbreng
mag vragen en het hoeft niet alleen gericht te zijn op de wat grotere
gemeenten in het streekgewest. In navolging van wat de heer Van Hoek net
zei zou ik in de nieuwe reactie op het nieuwe voorstel wat er een stuk
beter uitziet op zich wel expliciet tot uitdrukking willen laten komen
dat we met name in dit geval de lasten en de lusten gezamenlijk gedragen
zullen moeten worden door alle gemeenten. Mijnheer Van Hoek heeft de VVR
genoemd en de pooling van de transportkosten. Ik denk dat we daar geen
onduidelijkheid over moeten laten bestaan in onze reactie naar het
streekgewest toe, want dat zou bij de verdere afhandeling wel belangrijk
kunnen zijn.
De VOORZITTER: Wat ik begrijp uit uw woorden dat u zegt ik wil wel de
procedure van het geschil volgen
De heer DEN BRABER: Nee op dit moment nog niet. Ik krijg nog een nieuwe
reactie van het streekgewest en ik heb begrepen dat als er dan een ge
schil is dat daar eerst G.S. een uitspraak over zou doen. Ik wil, vanuit
het Bergen op Zoomse voorzitter, wordt met name ten opzichte van die
transportkosten nogal wat stennis gemaakt binnen het streekgewest en ik
vind dat wij daar ons tegen moeten verweren, dat wij onze belangen daar
tegenover moeten stellen.
De heer HUIJPEN: Ja, mijnheer de voorzitter, akkoord met de inhoud van
het voorstel, waaruit onze fractie de conclusie trekt dat er nogal wat
onduidelijkheden zijn, onzekerheden zo u wilt vraagtekens met betrekking
tot een aantal punten en de besluitvorming daarover. Met name de loka-
tiekeuze, een eenvoudige beoordeling van onze voorstellen die te wensen
overlaat, de financiële consequenties, pooling van de transportkosten.
Kortom volgens onze visie mijnheer de voorzitter, straalt de nota nogal
wat onduidelijkheid uit en daarnaast blijven we met een peperdure vuil
verbranding in Roosendaal zitten waarvan de kosten de pan uitrijzen. Vol
gens onze visie zijn er in de nota een aantal passages die volgens onze
fractie en zo hebben we dat ook gezegd in de commissie openbare werken
maar ik zou het hier nog eens graag herhalen, meer aandacht verdienen
en een konkretere invulling vragen. Met name de aandacht voor beperking
van het afvalaanbod, het scheiden van de waardevolle componenten, herge
bruik van afval voor grondstoffen, hulpstoffen en energiebijdragen. Ik
denk dat het ook zo is voorzitter, we hebben middels deze nota weinig
duidelijkheid, ik heb dat net aangegeven, maar dat we in zijn algemeen
heid toch moeten proberen de afvalverwijdering en -verwerking economisch
efficiënt te doen geschieden en betaalbaar houden.
De heer DU PONT: Voorzitter, ik moet in herhaling spreken, maar aan het
eind van uw preadvies staat "conform het advies van de commissie openbare
werken de punten die daar besproken zijn onder de aandacht van het
streekgewest gebracht zullen worden." Sprekers voor mij hebben de punten
al genoemd. Onze fractie vindt dat in feite te zwak uitgedrukt. Als wij
de stukken goed lezen dan zegt het streekgewest je kunt met de voorstel-