VEEGADERING VAN DE GEMEENTERAAD OP DONDERDAG 17 MEI 1984 DES AVONDS OM 7-30 UUR. Aanwezig de leden: drs. J.H.P.J. van Eijkeren, drs. J.P. van Oosterhout, B.A. den Braber, J.M. Herrnes, J.F.M. van Hoek, G.C.J. Huijpen, M.G.P. Jongenelen, A.C.H. Klijs, S.A.I. du Pont, A.M.J. de Raad-Dillerop, A.W.J. Rubbens, C.J.E. Videier, ir. C.J.M. Wijnen. Bericht van verhindering is ingekomen van de leden: W.H.M. Rennings en J.W.A.R.M. Wierts. Voorzitter: mr. P.J.J.M. Mangelmans. Secretaris: J.C.W. Brans. 1. Opening. De VOORZITTER opent de vergadering met gebed. 2. Notulen. De notulen van de vergadering van 12 april 1984 worden zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. De heer WIJNEN: Naar aanleiding van de notulen, voorzitter. U doet een toe zegging, dat gaat over de ingekomen stukken en mededelingen, dat er binnen 1 a 1{ maand een verdere uitwerking in de raad terugkomt en die heeft dan betrekking op de sport- en jeugdraad en nou is het al minstens een maand, het is al bijna anderhalve maand en we hebben nog geen bericht gehoord. De VOORZITTER: Dus ik begrijp dat u ons aanspoort tot snelheid. De heer WIJNEN: Ja, en niet alleen dat. Ik had eigenlijk een voorstel en wel in deze zin om het zo snel mogelijk voor elkaar te krijgen en dat er niet nog 1£ maand verstrijkt zou ik voor willen stellen namens mijn fractie om de uitwerking van de verordening en de procedure aan de orde te stellen in de commissie algemene en bestuurlijke zaken van 5 juni zodat er dan nog tijd en gelegenheid is om de zaak verder voor te bereiden voor een afwikkeling in de raad. De VOORZITTER: Mag ik het als suggestie meenemen en kijken of we dat kunnen klaren. Ik weet niet in welk stadium het op dit moment zit, maar dat we in ieder geval ons best doen om het conform uw vraag aan de orde te stellen. De heer WIJNEN: En wanneer horen we het dan De heer VAN OOSTERHOUT: Het is misschien verstandig dat ik daar iets aan toe voeg. Naar aanleiding van die toezegging die ik daar heb gedaan is er in de voorbereiding op dit moment een stuk voor de commissie welzijn omdat het de sport betreft als ik het goed begrijp, de sport- en jeugdraad en omdat we de brede welzijnscommissie hebben, dat we daarin zouden spreken over het instel len van de adviesraad of de commissie, in ieder geval de wijze waarop B. en W. het voorstel wat in de raadsvergadering van december aan de orde is geweest zou willen invullen en ik hoop dat men er in geslaagd is, ik zal dat morgen pas weten, om dat op tijd te regelen, maar dan zou het in de welzijnscommissie van 29 mei kunnen. De VOORZITTER: In beide gevallen kan dat er toe leiden dat het in de raads vergadering van juni is mee te nemen. Ik meen dat u dat in elk geval beoogt. De heer WIJNEN: Inderdaad, maar de behandeling in de welzijnscommissie ligt naar ons idee en naar mijn idee helemaal niet in de lijn van deze gang van zaken, want het is in feite een algemene en bestuurlijke zaak waarvan de wel zijnscommissie wel ideeën kan hebben, die kan mogelijkerwijs wel advies geven, maar van veelstrekkender betekenis is de invulling door de commissie alge mene en bestuurlijke zaken omdat er een heel ander terrein is dan in feite de

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1984 | | pagina 92