-8- lichting bij het bezwaarschrift gezegd wordt dat dat een verantwoordelijk heid is van de leden om die in stand te houden. Ik vind dat op zich best, maar ik vraag me af waarom zou het niet de eerste verantwoordelijkheid van de leden zijn om de activiteiten op plaatselijk niveau in stand te hou den. U heeft begrepen voorzitter, dat wij niet met uw voorstel mee kunnen gaan, wij vinden nog steeds dat het om recreatieve activiteiten gaat, dat wordt volgens de subsidieverordening gehonoreerd met van de subsidiabel gestelde activiteiten. Ik ben het er best mee eens dat dit werk een maat schappelijke functie heeft voorzitter, maar dat is iets totaal anders dan maatschappelijke dienstverlening, dat is zelfs geen familie van elkaar. Ik vind ook als de raad op deze weg voortgaat dat ze haar eigen beleid niet echt serieus neemt, dat de raad ook de welzijnscommissie niet echt serieus neemt. Het is voor de tweede keer in korte tijd dat het oordeel van die commissie zonder meer opzij geschoven zou worden. Het is ook onrecht vaardig ten opzichte van andere verenigingen die het gelag naderhand zullen moeten betalen en die er minder goed in.slagen om bij leden van deze raad te lobbyen Als we op deze manier ons welzijnsbeleid gaan maken voorzitter, dan moeten we niet de pretentie hebben dat wij echt beleid maken. Dan kunnen we ook beter de afdeling welzijn opheffen denk ik. Als het gaat van het zit toch wel goed, van u vraagt en wij bètalen, dan kunnen we veel beter de kassa aan de andere kant van de balie zetten en er een zelfbe diening van maken. De heer RENNINGS: Ja, voorzitter, over deze zaak is een- en andermaal ge sproken dus ik zal het erg kort houden. Ook onze fractie vindt dat je van de Katholieke Bond van Ouderen, hoe waardevol ook, niet kunt zeggen dat het een maatschappelijke dienstverlening is en derhalve past het in die betekenis niet in de categorie waarin het volgens het voorstel van het college als instandhoudingssubsidie wordt geplaatst. Wij kunnen ons voor stellen en hebben dat ook als wijze van compromis in de commissie voorge steld dat je het soos-gebeuren als een stuk maatschappelijke dienst-ver- lening accepteert en wij hebben daar voorgesteld dat om toch in ieder geval het beleid wat deze raad heeft vastgesteld overeind te houden om het soos-gebeuren voor zover dat aan kosten met zich brengt omdat dat voor namelijk huisvestingskosten zijn, die in de geest van de huisvestings subsidie voor 50% te subsidiëren. Dat voorstel heeft het niet gehaald. Dat betekent dat wanneer wij hier vanavond ja tegen zeggen dat we dan toch wel bijzonder schrijnend een verschil gaan maken als je dat verge lijkt bijvoorbeeld met jeugdverenigingen, ik wil daar één voorbeeld noemen en het daarbij laten. Turnen bij de bejaarden kost de leden 1^,per jaar en turnen voor jeugd bij Alpha dat kost maar liefst 60,tot 70,per jaar. Met andere woorden, wij hebben getracht om elkaar in deze raad politiek te vinden door een compromis voor te stellen. Dat heeft het spijtig genoeg niet gehaald en ik wil de aantekening hebben, mede namens mijn fractie dat we tegen dit voorstel zijn. De heer HUIJEEN: Ja, mijnheer de voorzitter, wij hebben deze kwestie al zo vaak besproken in de welzijnscommissie en ik moet toegeven het lag verschrikkelijk moeilijk, maar na herhaalde overwegingen kunnen wij ons toch vinden in het voorstel en wij vinden ook dat de afdeling Zellebergen van de Katholieke Bond van Ouderen op dezelfde wijze moet worden gesub sidieerd. Mevrouw DE RAAD-DILLEROP: Ja, mijnheer de voorzitter, de CDA-fractie onderschrijft wel het bezwaar van de bond van bejaarden, afdeling Oudenbosch. We zijn van mening dat de bond dus wel in aanmerking komt voor instand houdingssubsidie en wel voor de puur organisatorische kosten om de akti- viteiten van de bejaarden dus in stand te houden. Dus de kosten die de herziene begroting aangeeft en die het werk voor de bejaarden mogelijk maakt. Wij vinden dat de afdeling Zellebergen op dezelfde wijze gesub sidieerd moet worden.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1984 | | pagina 68