-43-
ven, want ik denk dat dat belangrijk is, van wat levert het nou op en op
welke wijze kan het nou voldoen aan de wensen die de raad stelt ten aanzien
van bevordering van werkgelegenheid en het opstarten van bedrijven.
De VOORZITTER: Ik heb vastgesteld dat, maar daar ben ik ook in het be
gin van uitgegaan mijnheer Videier, dat u niet garanties eist maar dat u er
naar streeft. Als u zegt vergelijking van de grondprijs tussen Oudenbosch
en Moerdijk die gaat mank, dan hebt u daar op allerlei fronten best gelijk
in, maar wat ik heb willen aangeven is het doet er niet toe naar welk indus
trieterrein je kijkt, er is nergens bouwaktiviteit. Industriële investeer
ders zijn op dit moment verschrikkelijk voorzichtig en dus in de sfeer van
het verlagen van de grondprijs moet u niet de illusie hebben dat we op dit
moment werkgelegenheid er naartoe kunnen halen. We hebben wat dat betreft
al een aantal pogingen ondernomen. We zijn als raad ook nog eens bij elkaar
geweest, maar ik denk dat we dat op dit moment gewoon nog even moeten af
wachten. U zegt waar halen ze nou die spaarcenten vandaan. Nou ze kunnen
spaarcenten opbouwen. Dat zal met mondjesmaat gaan, maar het kan. Er is,
dat geldt dan voor de RWW, de WWV-ers daar wordt het vermogen niet van be
oordeeld. Met betrekking tot de, althans niet voor de kostwinners, met be
trekking tot de RWW geldt ook nog, of de ABW met zijn uitvoeringsregeling,
geldt ook nog dat er een vrijgesteld vermogen is wat best nog een respecta
bel bedrag is en als u zegt ja, ik vraag me af of ze dat bedrag er dan wel
in willen stoppen. Nou, ik denk als je enige zekerheid hebt, enige steun
hebt, toch eerder dan wanneer je geen steun hebt en dat is nou eigenlijk
wat we proberen te bieden. Als u zegt schoorvoetend, want wij vrezen dat
er toch niet aktief mee gewerkt kan gaan worden. Ik garandeer u dat er in
ieder geval op de afdeling sociale zaken aktief mee gewerkt zal gaan worden.
Met betrekking tot uw vraag om voor die eventuele concretere aanpak in ABZ
nog eens met elkaar van gedachten te wisselen. Mag ik dat eens koppelen aan
de vraag van de heer Wijnen. Het is natuurlijk wel zo dat de vraag van mijn
heer Wijnen betrekking heeft op een fase waarin voor het grootste gedeelte
de zaak al afgewerkt zal zijn. Daardoor heeft dat waarschijnlijk wat minder
effecten als je zegt van ik wil aan de hand van de informatie die ik dan krijg
bijsturen. Misschien is het daarom nog niet zo gek om in de september-ver-
gadering van ABZ er toch nog eens met elkaar over te spreken om wat garan
ties te krijgen met betrekking tot die praktische bruikbaarheid. Wellicht
dat we ons dan ondertussen ook nog eens wat kunnen verstaan met het E.T.I.N.
om van hen ook nog een nadere suggestie te krijgen in die richting. Dus ik
wil eigenlijk best met het voorstel van mijnheer Videier eens zijn, maar
ik denk dat we dan mijnheer Wijnen bereid moeten vinden om die interim-rap
portage daarvoor in de leveren, want anders denk ik dat we in een wat moei
lijke situatie terecht komen.
De heer WIJNEN: Hoe bedoelt u dat
De VOORZITTER: Nou ik denk dat als je én zegt in september over een concre
tere aanpak spreken, dan pas uit laten gaan, dan een interim-rapportage krij
gen, nou dan zitten we in de loop van volgend jaar voordat we er iets mee
kunnen gaan doen en ik denk eigenlijk dat dat te betreuren is dat we tijd
verliezen.
De heer WIJNENDie interim-rapportage dat houdt toch gewoon in dat de uit
komsten in een bepaald stadium aan ons voorgelegd worden, of besproken wor
den om te kijken of de realisering voldoende is voor de Oudenbossche situa
tie. Dat bedoel ik in feite. Kijk het E.T.I.N. kan wel een mooi rapport op
leveren en zeggen van hier is het klaar.
De VOORZITTER: Oh, dan is het iets anders. Ik dacht dat u naar twee rappor
ten wilde. Een interim-rapport en een eindrapport, maar u wil naar de pre
sentatie van de eerste gegevens en u wil suggesties van het eindrapport zien
en beoordelen of die wel concreet genoeg zijn
De heer WIJNEN: Ja, dat is in feite dus een soort opbouw van aanbevelingen,
waarbij wij van de gemeente uit dus iets aan bij kunnen dragen. Ik weet