-33- vastgelegd, dat is ook uit de interpretatie achteraf gebleken hoe nadrukke lijk men vasthield aan het Poortgebouw en de argumentatie daarachter inhou delijk die was er op dat moment niet. Mijnheer Wijnen die refereert van ja, ik kende het Poortgebouw vanuit de voorgaande situatie, maar het Poortgebouw of sorry, u kende het programma van eisen vanuit de situatie zoals dat had gegolden in de Brouwerijstraat en ja op dat moment was het toch ook, ik durf niet veel te zeggen, maar ik denk toch een jaar of anderhalf oud, als dat dan als argument in een paar uur tijd als argumentatie moet gelden dan twij fel ik daaraan. Waarom, in antwoord op vraag 2, ja, de behoefte aan een breed opgezet onderzoek. Een van de beide gebouwen moest bestemd worden maar eigenlijk was de vraag al beantwoord. We moesten eigenlijk alleen maar een onderzoek verrichten naar het feit dat het onmogelijk was om het Poortgebouw te doen. Dat merk ik nu steeds en vandaar dat breed opgezette onderzoek waar u behoefte aan had dat kan ik niet meteen plaatsen, want het kon alleen maar dat ene zijn, tenzij het onmogelijk was. Daarvoor hadden we dat onderzoek eigenlijk kunnen beperken begrijp ik nu achteraf. Het antwoord op vraag 3, voorzitter, waarom men nu nog aan het standpunt vasthoudt, nu de resultaten bekend zijn. Ja, daar heb ik eigenlijk alleen kunnen aantreffen dat het gaat om twee gebouwen in onderlinge samenhang, maar dat zegt eigenlijk helemaal niets over de argumentatie die men kiest voor de ene variant, want in beide varianten zijn er twee gebouwen in onderlinge samenhang en ik moet zeggen dat het wat dat betreft, maar ja, wat dat betreft blijft het voor mij op dit punt te mager. Ja, bij vraag 4 bent u heel duidelijk. Als het Poortge bouw niet zou voldoen aan de behoefte dan was u bereid geweest om wat dat betreft uw standpunt te veranderen. Dat is een variatie, zo interpreteer ik het, op dat wat u eerder zegt namelijk als het Poortgebouw echt niet kan als het onmogelijk is wat aangetoond is of als dat aangetoond wordt. De heer WIJNEN: Er speelde ook toentertijd nog de bestemmingsrechtelijke procedures. Mogelijk hebben toentertijd ook de bestemmingsbepalingen een rol gespeeld van wat gaat er gebeuren als we moeten verbouwen. Het ene ge bouw wordt meer verbouwd dan het andere. Die overwegingen hebben bij ons ook een rol gespeeld. De heer VAN OOSTERHOUT: Maar daar waren we ongeveer uit aan het einde van de tweede ad hoc-vergadering, toen was dat probleem er eigenlijk al niet meer. Welke rol spelen/speelden de wensen van de potentiële gebruikers. Ja, u heeft dat aangegeven. 15 december speelden alleen de wensen conform het plan Brouwerijstraat. Ik moet zeggen dat ik het op dat moment niet zo bij de hand had. Wat nadien is gebeurd bij de standpuntbepaling, ja, u zegt de wensen naast het Poortgebouw, u zegt ten aanzien van die wensen naast het Poortgebouw kun je ook ten dele de Schuur gebruiken voor de buitenlanders. Ja dat wordt toch een wat moeilijke kwestie. Als je de ruimteproblematiek ziet zoals ik die daarstraks ook nog even heb geschetst, dan denk ik dat dat probleem er zo niet zal liggen. Ik vraag me af ook hoe u nou in een keer komt, waar u ook in eerste instantie een opmerking over heeft gemaakt, waar om het nou ineens mogelijk moet zijn om ook gebruik te kunnen maken van de Schuur door de buitenlanders. Ik het ijsje en iedereen mag een keer lik ken. Ja, bij vraag 6, het goede overleg. Het betere klimaat, de zorg voor het klimaat. De heer Den Braber deelt dat met u, maar die deelt het ook wat betreft het klimaat in de samenleving. Dan zouden we heel duidelijk moeten zijn, ik denk dat die duidelijkheid er, althans ik ga steeds meer begrij pen dat die duidelijkheid er sinds 15 december ligt, ondanks wat daarna al lemaal is gebeurd en die zou moeten aangeven wat men wil. De buitenlanders hebben dat gedaan, iedereen heeft zijn opvatting gegeven en dan staan we dus toch tegenover elkaar en ik zie niet in wie dan daarmee het klimaat, het betere klimaat kunnen creëren. Met vraag 7 waar op die consequenties gewezen wordt, met betrekking tot het eventueel niet tot stand komen van een ontmoetingsruimte. Daar zegt u het niet aanvaarden is hun eigen verant woordelijkheid. Uiteraard, de mensen beslissen zelf of ze een geboden op lossing aanvaarden. Maar als voor u alleen objectieve argumenten mogen gel den daar derhalve dus de wensen voor zover ze niet hard te maken zijn in getallen of in meters of wat dan ook niet meegeteld mogen worden, dan denk

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1984 | | pagina 153