aangepast. De subsidie van de Katholieke Bond van Ouderen, Nogmaals voorzitter, in al deze gevallen vonden met name de fracties van WD en CDA dat het college onvoldoende de verenigingen of instellingen tegemoet was gekomen. Ik hoop niet dat mijn vrees bewaarheid wordt, dat juist deze fracties naast alle andere argumenten in dit geval doof blijven voor de gerechtvaardigde wensen van twee kwetsbare groepen Oudenbosschenaren. Afwijzen van dit voorstel van het college van B. en W. brengt schade toe aan de Oudenbossche samenleving, is strijdig met het goedgekeurde beleid in de eigen minderhedennota, geeft een negatief maatschappelijk rendement omdat niet één van de gebruikers het gebouw krijgt waar hij zijn voorkeur voor heeft en is een volstrekte minachting voor het advies van de welzijns- commissie en in die zin maakt het het politiek onbetrouwbaar. Als fractie Oudenbosch Nu en Straks steunen wij van harte het voorstel van het college van B. en W. wat er nu ligt. De heer VAN OOSTERHOUT: De heer Wijnen heeft een vrij uitvoerig stuk ge schiedenis van de laatste 10 maanden eigenlijk aangehaald, waarbij hij met name begint op 17 november. Een tijd waarin de aankoop plaatsvond van de terreinen rondom St. Louis. Uiteraard is het zo dat als je met die onderhandelingen bezig bent weet waar je het over hebt, dat je weet wat er te wachten staat als zo'n aankoop inderdaad lukt, dat je denkt aan moge lijkheden en onmogelijkheden op dat moment. Je kunt dat niet naar buiten toe brengen. Je mag daar alleen voor jezelf mee werken en als je dan met een enorm probleem zit, een ontmoetingscentrum voor buitenlanders dan moet er gerealiseerd worden dan wil je toch wel elke mogelijkheid aan grijpen. In dat betreffende gebied wat aangekocht zou worden waren twee gebouwen die inderdaad mogelijkheden boden om verenigingen, instellingen daar in onder te brengen. Wij hadden zojuist de lokatie die daarvoor al was aangewezen maar die helaas om redenen weer geen doorgang vond weer verlaten en bij die aankoop werd ik dus meteen geconfronteerd met moge lijkheden. Ik denk dat je op dat moment, ik spreek even nu heel duidelijk naar de situatie toe, want de heer Wijnen zegt terecht er waren verschillende gebouwen en ten aanzien van het gebruik van die verschillende gebouwen zou je een geïntegreerd beleid moeten voeren en er zou dan toegezegd zijn dat er een speciale commissie komt, een ad hoc-commissie, om dat al te be zien. Ik spreek even naar mijn situatie toe. Je gaat onderzoeken, maar los van de ad hoc-commissie, los van het onderzoek wat ik verricht, de heer Wijnen heeft natuurlijk helemaal gelijk als hij stelt, dat heeft ook van daag nog in een plaatselijke krant gestaan of een regionale krant, dat uiteraard de raad te allen tijde beslist. Ad hoc-commissie of geen ad hoc- commissie. Een speciale vergadering van de commissie openbare werken of niet. U geeft eigenlijk met het stukje voorgeschiedenis aan dat u op dat moment onvrede heeft met het feit dat u niet meteen op de eerste de beste penne- streek betrokken bent geworden bij het hele verhaal. In feite geeft u aan dat anderen voorkennis hebben waar u op dat moment eigenlijk moeilijk heden mee heeft en het bestuurlijk samenspel waar u eigenlijk in uw slot conclusie naar verwijst, dat u daar toch inderdaad die problemen signaleert. Dat heeft ertoe geleid dat op 15 december zonder dat de raad van onze zijde uit een voorstel was gedaan, want wij weten ook wel dat de raad een be slissing moet nemen, zonder dat er echt onderzoek was verricht, althans er waren geen resultaten van een onderzoek, er was intern door mij met een enkele persoon die op gemeentewerken zit waren er wat suggesties gedaan waar we wat zaken bekeken hadden. Maar zonder dat al komt er plotsklaps op 15 december een besluit. Een besluit waar we heel erg lang over hebben gedaan, omdat het besluit aanvankelijk niet meer kon inhouden dan wij bestemmen het Poortgebouw tot ontmoetingscentrum, punt. Ja, dat kan natuurlijk niet. Althans, dat kon voor mij niet. Ik wist nog niet eens of het een wel beter geschikt zou zijn dan het andere. Ik had wel mijn voor-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1984 | | pagina 131