nou moeten ze daarop vastgebonden worden, want gelijktijdig zegt de heer Den Braber van och, van snderen die zeggen dat in ieder geval van dat is strijdig hondenbelasting verhogen, maar goed, retributies of bijdragen van burgers via huisvuilzakken dat kan eigenlijk toch wel. Nou dan ben je ook niet principieel bezig denk ik. Voor ons was het peil van de hondenbelasting ten opzichte van de andere gemeenten dusdanig laag dat wij daar ons aan ge conformeerd hebben en gekeken hebben van nou hoe zit het nou bij ons in de gemeente en dan blijkt dat wij nog een heel laag tarief hadden en dan daar weer bij een eenmalige aanpassing voorgesteld vorig jaar in gedachten houden het houden van honden in de gemeente toch ook nog wel wat conse quenties heeft. Dat is dan niet onmiddellijk gerelateerd zoals de heer Huijpen zegt maar wij denken dan meer aan de reiniging van of de reinigings werkzaamheden die ontstaan doordat honden nou bepaalde straatdelen bevuilen, wat dan weer consequenties heeft voor arbeidsintensieve schoonmaakbezigheden. Dan hebben wij vorig jaar nog genoemd de bijdrage die samenhangt met de aanwezigheid van honden, dat er een hond wegloopt, dat hij in het asiel moet en dat wij daar de kosten voor moeten opbrengen. Niet dat je nou zegt van naarmate de kosten daar hoger zijn moeten wij hondenbelasting heffen, maar er is toch een relatie tussen de hondenbelasting en het opgenomen worden in het asiel. Dan heeft de heer Huijpen gezegd van ja, die honden hebben toch nuttige functies. Dat erkennen wij ook. Er zijn een heleboel dingen die functies vervullen en de hond blijft daardoor waarschijnlijk toch door de mensen gehandhaafd als een zeer nuttig dier voor als gezelschaps dier en ik twijfel er niet aan dat er een heleboel mensen het wel vervelend vinden maar van de andere kant dat ze daardoor een hond niet anders gaan behandelen of weg zullen doen, maar er zijn in onze gemeente een heleboel zaken zoals televisie en dergelijke waar je kijkgeld voor moet betalen, de burger een bijdrage voor moet betalen en dat kan voor eenzamen, bejaarden en weet ik wie allemaal nog meer een hele interessante vrije-tijdsbesteding zijn, dat die mensen daar eigenlijk aan gekluisterd zijn, maar dat-'geeft nog niet de mogelijkheid om te zeggen van nou laten we nou dat kijkgeld bij die mensen gaan afschaffen. Nou zo zijn er nog een heleboel andere zaken te noemen waar je van zegt nou daar wordt ongeacht het aanzien van de persoon een bijdrage gevraagd. Wij hebben van de kant van de rechtmatigheid ten op zichte van andere belastingen gemeend de hondenbelasting wat hoger te moeten voorstellen dan tot voor kort geldend was. Wij hopen dat het in ieder geval voorkomt dat op andere manieren weer meer bijgedragen zal moeten worden. Het is natuurlijk denkbaar om te spreken over een herziening van het op halen van het huisvuil, maar dan denk ik dat je het hele pakket moet aan pakken wat daar verband mee houdt. Niet een eenmalige verhoging van huis vuilzakken en dan misschien ook het proberen te beperken dat er vuil buiten die huisvuilzakken gedeponeerd wordt. Dat is in ieder geval een belangrijke zaak, maar dat staat nou niet op de agenda. Van onze kant zien wij geen reden om op dit moment een ander standpunt in te nemen dan het college. De heer DEN BRABER: Ja, mijnheer de voorzitter, het is natuurlijk een drog reden van de heer Wijnen om te zeggen van we gaan de hondenbelasting verhogen want dat steekt vrij gunstig af tegen de perceptiekosten. Dat is ook nooit de reden geweest dat de Partij van de Arbeid voorgesteld heeft ooit om die belastingsoort in deze gemeente in navolging van vele anderen af te schaffen. Het is zelfs bijverschijnsel genoemd maar het is nooit de reden geweest om destijds met het voorstel te komen. Mijnheer Wijnen noemt in tweede termijn toch een argument waarom de hondenbelasting verhoogd zou moeten worden. Hij zegt het peil van de hondenbelasting in Oudenbosch is erg laag in vergelijking met andere gemeenten. Ik weet uiteraard niet welke gemeenten hij dan bekeken heeft, maar onlangs is er van de hand van mijnheer Stadhouders van het ministerie van Binnenlandse Zaken, voorzittereen rapport verschenen "Het profijtbeginsel en bekostiging van gemeentelijke voorzieningen, 1983". Daarin staat een tabel "Landelijke opbrengst gemeentelijke heffingen 1981".

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1983 | | pagina 86