-20-
worden begonnen. Ik zou graag willen weten of die verwachting ook een blijde
verwachting inhoudt Dan tenslotte voorzitter wat het bestemmingsplan
Oudland betreft dat komt hier moeilijk tot ontwikkeling. We begrijpen ook
waarom, dat is ons wel duidelijk. Later lees ik, nadat we de commissie
vergadering hebben gehad, een paar dagen later, lees ik dus in een interview
dat wethouder Van Eijkeren heeft gehad met het Brabants Nieuwsblad, dat hij
zegt ik zie de woningbouw daar helemaal niet meer zitten. Dat betekent dan
voor ons dat ten aanzien van de vuilverwijdering dat men dan toch middelen
zal moeten overwegen om tot een actiever beleid over te gaan. Bij deze
opmerkingen voorzitter, zou ik het graag in eerste instantie willen laten.
De heer DE HOOG: Een paar korte opmerkingen. In de commissie heb ik gevraagd
om toch ook nog eens een keer in het dorp te kijken naar open gaten. Er
zijn er zeker in de Molenstraat en ik vraag me eigenlijk af, het is een
beperkt aantal, of binnen de normen zoals hier gesteld er toch nog enige
ruimte voor kan worden gevonden. In de Profvan Ginnekenstraat is één
pand opgenomen. Nou, ik vraag me eigenlijk af of die paar panden die dan
of die paar lege gaten die er zijn in de Molenstraat of die daar niet aan
toegevoegd kunnen worden. De tweede opmerking heeft betrekking op bestem
mingsplan Oudland. Dat baart toch wel enige zorgen. In de commissie had
de wethouder wat geruststellende opmerkingen. Zo van in '85 dan zie ik
toch eigenlijk wel mogelijkheden. En ook ik lees de krant en toen dacht ik
hé, dat wat nu door de wethouder gezegd wordt, tenzij die journalist het
verkeerd heeft opgetekend, dat is toch wel een beetje in tegenspraak met
dat wat hij gemeld heeft. Ik ben er eigenlijk een warm voorstander van
om de intentie uit te spreken dat juist dat plan zo ver mogelijk naar voren
wordt gehaald en ik weet wel dat daar van de zijde van het college mogelijker
wijs tegenover zal worden opgemerkt dat daarmee een vertraging in de bouw
komt in Albano en dat dat betekent dat we enig renteverlies of langer
renteverlies zullen houden in Albano. Dat zij zo. In het volkshuisvestings
beleid spelen natuurlijk niet economische motieven alleen, maar er spelen
ook motieven als ja, hoe richt ik mijn dorp in# We weten allemaal dat
daar al jaren eèn ontzettend vervelende plek leeg ligt die feitelijk
fungeert als vuilstort. Ik hecht er toch aan om hier uit te spreken dat wat
mij betreft dat plan naar voren geschoven zou kunnen worden naar '8^, al
thens dat van de zijde van het college de intentie wat steviger wordt uit
gesproken. En dan een laatste opmerking. Ik heb in de inventarisatie gemist
en ik heb dat ook abusievelijk niet in de commissie opgemerkt het pand
op de hoek Lollestraat/Ste. Bernaertsstraat. Dat is een pand dat al enige
tijd leeg staat en in een deplorabele toestand verkeert en mijn vraag is
aan het college wat gebeurt daar Dat mis ik op deze lijst.
De heer RENNINGS: Ja, ik had gelet op de behandeling in de commissie geen
opmerkingen willen maken voorzitter. Gelet op het feit dat de heer Klijs
in navolging op wat in de commissie gezegd is over het plan Polderstraat
zou ik er toch op willen aandringen dat bij die studie ook wordt meegenomen
wat voor gevolg een dergelijke planwijziging heeft met betrekking tot de
historische stadskern. Als ik me goed herinner heeft bij de totstandkoming van
het Komplan ook meegespeeld dat de inrichting van het plan dat er gekeken
is naar de effecten van het al dan niet vervallen van de uitkering histo
rische stadskernen. Ik zou dat wel degelijk in de studie daarin mee willen
nemen.
De heer HUIJPEN: Ja, mijnheer de voorzitter, ik merk dat we een stuk van de
commissievergadering van 17 augustus aan het overdoen zijn en een van
de vragen die daar gesteld is die zou ik nu op dit moment willen herhalen.
Dat is ten aanzien van de Polderstraat/Marktstraat, of dat er nog plaats
ingeruimd kan worden voor de vrije sector-woningen en of dat daar nog winkels
komen?
De heer DEN ERAEER: Voorzitter, ik zou willen beginnen met aan te sluiten
bij het compliment dat de C.D.A.-fractie via de heer Klijs het college doet