plan. Wat dat betreft denk ik dat we hier in de raad al zitten op een lijn, temeer ook daar ook O.N.S. zich daarin kan vinden. De Partij van de Arbeid merkt op dat zij van het college eigenlijk vraagt of verlangt om de aandacht het komende jaar te verleggen, waar het betreft het verlenen van middelen aan de stichting gemeenschapstehuis, omdat zij denkt dat wanneer we die middelen vrijmaken voor andere oplossingen dat dan wellicht het akkommo- datieprobleem sneller kan worden opgelost. Ja, ik denk dat dat voor ons toch niet aan de orde hoeft te zijn. Ik stel vast dat wij in overleg zijn met de stichting gemeenschapstehuis en dat overleg heeft tot op dit moment geleid tot een positieve opstelling van die zijde. Er zijn een aantal zaken overeengekomen. Ik noem bijvoorbeeld dat er een beleidsprogramma van de zijde van de stichting gemeenschapstehuis gaat komen en ik denk dat we in eerste instantie positief moeten meedenken om te komen tot een wat efficiënter of optimaler, zo u wilt, gebruik van de ruimte daar en wellicht dat als dat niet tot een goed eind leidt dat we dan op dat moment in de richting moeten gaan denken zoals u suggereert, maar zoals ik zij op voorhand heeft dat nog geen pas denk ik, in de onderhandelingspositie die we daar op dit moment innemen. U merkt op dat uw bezwaren vanwege het feit dat de zaken die in het welzijnsplan de aandacht hebben gekregen dat die on voldoende zijn terug te vinden in het welzijnsprogramma. Dat die eigenlijk in het komende jaar wel die nodige aandacht zullen moeten krijgen. Ik kan u toezeggen dat we wat dat betreft bij een komende gelegenheid, dus het volgende programma, daar voldoende aandacht aan zullen besteden. Wat be treft de opmerking en de opvattingen van de Partij van de Arbeid ten aan zien van het realiseren van een ontmoetingsruimte, aktiviteitencentrum ten aanzien van of voor de buitenlandse inwoners en dat zeg ik eigenlijk niet alleen naar de Partij van de Arbeid toe, maar naar alle fracties, heb ik het volgende antwoord, waarbij ik erg kort zal zijn en u een heel simpel voorstel wil doen. Ik heb begrepen dat wij, alle fracties hier bijeen, vinden dat op zeer korte termijn gekomen moet worden tot het realiseren van een aktiviteitencentrum voor buitenlanders. Daar is iedereen het over eens en ik denk dat, gezien de uitlatingen die u daar in eerste instantie over heeft gedaan, dat we er goed aan doen en ik doe daar een dringend beroep op, om daar met zijn allen nader overleg over te hebben en daarover vanavond niet of het doen van uitspraken te besluiten. Nogmaals, ik denk dat een nader overleg in deze erg zinvol is. Beter dan het nu ad hoe komen tot uitspraken. Dat waren mijn opmerkingen ten aanzien van de Partij van de Arbeid. De vraag van de V.V.D. met betrekking tot. Sorry, ik wordt er op geattendeerd dat ik er een ben vergeten. Oh, ja, bedankt voorzitter, voor de opmerking. De zelfwerkzaamheid komt in een van de voorstellen van de Partij van de Arbeid aan de orde, die mag niet leiden tot het wegvallen van betaalde ar beidsplaatsen. Heel gemakkelijk mijnheer Den Braber kan ik daarop antwoorden dat dat onze mening in deze ook is. Wij zullen wat dat betreft bij het over leg met de sportverenigingen in het kader van het tarievenbeleid, de harmonisatie van tarieven zeker het punt zelfwerkzaamheid wel inbrengen, maar de randvoorwaarden die u eigenlijk aangeeft die delen wij. Dan terug naar de V.V.D. Terug van weggeweest zou ik bijna zeggen. De V.V.D. die merkt in haar beschouwing op dat de beperkte financiële middelen ons in ieder geval overduidelijk maken dat de invulling door vrijwilligers zonder meer noodzakelijk wordt. In onze eerste of in ons eerste antwoord hebben wij gesteld dat inderdaad een beperkt budget van welzijn ons noodzaakt tot zeker ook een kritische beschouwing van de personeelskosten die een belangrijke factor uitmaken van het totale budget in het kader van welzijn en ik zeg u toe dat die kritische beschouwing van die personeelskosten in die sector ook zal geschieden, dat we daar .bij de komende bezuinigingsronde wellicht, hoe spijtig dat ook te constateren, dat dat voldoende aandacht krijgt. In hetzelfde verband, nee, dan zegt u ja, in hetzelfde verband stelt u voor om de binnenkort optredende open plaats voor een beroepskracht bij S.O.J.O. niet voor de volle *f0 uur in te vullen. Ik denk dat het noodzakelijk

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1983 | | pagina 193