-8-
Het antwoord van het college van burgemeester en wethouders is zowel uitvoerig
als duidelijk. Zaken welke niet onmiddellijk kunnen worden besntwoord, komen
binnen redelijke termijn terug in de commissie. U zult begrijpen dat wij over
het algemeen ingenomen zijn met uw antwoord. Onze opmerkingen zijn derhalve
beperkt in aantal.
Wij zijn niet onder de indruk van uw argumenten voor het beëindigen van de
nieuwjaarsontvangst op het gemeentehuis. Wanneer wij met u constateren dat de
manier waarop tot op heden getracht is de nieuwjaarsontvangst tot een tref
punt voor de inwoners te maken geen succes heeft gehad, dan geven wij de
voorkeur aan een andere opzet in plaats van het afzien van een dergelijke
ontvangst. Logisch gevolg daarvan is, op 1 januari aanstaande naar oude opzet
de ontvangst voort te zetten en in 1985 op een geheel andere manier een
trefpunt voor inwoners trachten te realiseren. Voor dit laatste hebben wij
u als suggestie gedaan een en ander samen met de verenigingen te organiseren.
Ten aanzien van wandelplaatsen en plantsoenen merkten wij bij het afdelings-
onderzoek sterke kostenstijgingen op. In uw antwoord deelt u mee dat zulks
het gevolg is van verminderde inzet van medewerkers van de sociale werkvoor
ziening. De eigen dienst diende hierdoor meer uren capaciteit in te zetten
stelde u in het antwoord. Merkwaardig daarmee in tegenspraak lezen wij in
het antwoord in eerste termijn het aantal plaatsingen bij gemeente en derge
lijke niet wordt teruggebracht, maar de inzet van mensen van de sociale werk
voorziening slechts wordt bevroren. Wat is nu het juiste antwoord 1
Wij betwijfelen of uw keuze tot het achterwege laten van initiatieven in het
kader van de bezwarenprocedure rond de renovatie van de Churchillstraat
een juiste is. Er zijn tegen een besluit van de gemeenteraad bezwaren inge
bracht. De afwikkeling daarvan geschiedt thans buiten medeweten van de raad.
Daarbij komt als extra complicerende factor dat een deel van de raad per
soonlijk bezwaren heeft ingebracht tegen de procedure in het kader van de Wet
op de Ruimtelijke Ordening. Wij achten het daarom niet uitgesloten dat juist
een open behandeling van inhoudelijke bezwaren tevens voor de indieners van
de procedurele bezwaren aanleiding kan zijn het bezwaar in te trekken. Wij
achten het een goede zaak, indien het college in deze haar voelhorens eens
uitstak. Dat de notulering van de commissievergadering een zaak is van uit
sluitend de commissie achten wij een nogal boute bewering. Wij hebben toch
niet voor niets een reglement voor alle commissies. In dit verband achten wij
het een goede zaak dat ook de verslaglegging van de commissies zoveel moge
lijk uniform is. Uiteraard kunnen wij volstaan met de overwegingen van de
diverse standpunten, die zijn ingenomen, zonder een volledige weergave van
het besprokene. Uw plan van aanpak voor het Groene Woud spreekt ons aan.
Toch willen wij nu reeds waarschuwen lering te trekken uit de ervaringen met
het plan Centrumerf en Churchillstraat en omgeving. In een vroeg stadium
detailleringen aanbrengen en op tekening zetten maakt plannen inflexibel. Het
wordt voor belanghebbenden en bestuurders uitermate moeilijk, zo niet on
mogelijk nog veranderingen aan te brengen. Zowel aan de bestuurders als aan
de betrokkenen moet in het vervolg een globaal plan worden voorgelegd. Dit
zal het gemakkelijker maken in alternatieven te denken indien zulks nodig is.
Wij hebben grote bezwaren tegen de afbouw in twee jaar van de HaFa-subsidie.
Met onze fractie was de meerderheid van de welzijnscommissie van mening dat
de Oudenbossche Harmonie er op een geweldige manier in is geslaagd jonge of
beginnende muzikanten al snel na het begin van de muziekopleiding aan de
Muziekschool samen te brengen in een orkest. Iets wat op de Muziekschool niet
of nauwelijks is gelukt. Op grond hiervan vinden wij het alleszins terecht
indien de HaFa-sübsidie wordt gehandhaafd. Van de fractie van O.N.S. mag dit
zelfs ten koste gaan van de Muziekschool. In de welzijnscommissie hebben
wij voor dit laatste voorstel geen meerderheid kunnen vinden. Uiteraard zouden
wij thans door wijzigingen voor te stellen in de begroting alsnog kunnen
proberen de HaFa-subsidie te handhaven. Echter niet anders dan op vrij grove
wijze de zorgvuldig voorbereide en eenvoudig te hanteren subsidieregeling te
wijzigen. Dit laatste bezwaar achten wij zo zwaar dat wij afzien van voor
stellen tot handhaven van de HaFa-subsidie.
