reëel werk wordt gedaan. Zorgelijk is de bezuiniging die leidt tot lasten verzwaring voor onze burgers. Besparingen in onder meer de sociaal-culturele sector leiden veelal tot het krapper worden van de middelen voor de vere nigingen en organisaties. Daarbij voltrekt zich het verschijnsel dat degene die het meest krijgt, dat zijn de organisaties met beroepskrachten, het minst en degenen die het minst krijgen, de vrijwilligersorganisaties, het meest dreigen te moeten inleveren. De bezuinigingen die voorgesteld worden geven grote onrechtvaardigheden en stimuleren ongewenste ontwikkelingen. Namelijk afbraak van de op vrijwilligers draaiende verenigingen. Deze weten zich anderzijds beconcurreerd door instellingen die beroepskrachten hebben en zich over de inkomsten heel wat minder zorgen hoeven te maken. Deze gang van zaken manifesteert zich ook in de verhouding waarin aan onderdelen van het beleid middelen worden gespendeerd. Opvallend is de continuïteit van de uitgaven voor de openbare werken. Daarentegen wordt de andere sector op alle mogelijke manieren met bezuinigingen opgezadeld. De welzijnssector moet inleveren om de uitgaven voor openbare werken ongestoord doorgang te kunnen laten vinden. Of anders uitgedrukt: De ene wethouder moet centen gaan vergaren bij de verenigingen en organisaties om de andere zijn uit gaven te laten doen. Wij zijn met een dergelijke gang van zaken verre van ingenomen en zullen voorstellen doen om de zaak terug te buigen. Zorgen hebben wij ook om de lasten direkt bij de burgers te gaan leggen. Zij krijgen steeds meer aanslagen op hun inkomen, terwijl dat in dalende lijn gaat. Maar al te gemakkelijk wordt de belasting verhoogd. De reden is de veiligstelling van de gemeentelijke plannen. Gelukkig is dit jaar de stijging van de onroerend goedbelasting beperkt kunnen blijven. Vorig jaar lukte dat nog niet en werd nog uitgegaan van het automstisme van de jaarlijkse trendverhoging. De daling van de rentevoet, maar ook de geldontwaarding kwamen de gemeente te hulp of de vermindering van de geldontwaarding kwamen de gemeente te hulp. Al met behoefde er geen beroep te worden gedaan op het fiscaal egalisatiefonds. Zo lijkt het althans.Opmerkelijk vinden wij dat er nog steeds geen inzicht is in de financiële situatie van de afgelopen 2 jaar. Zonder een gedegen inzicht wordt toch geprobeerd de bevolking te overtuigen van de noodzaak tot een grotere bijdrage. De geloofwaardigheid gaat in het gedrang komen als er nadien omvangrijke overschotten op de rekeningen zouden blijken. Elke direkte en indirekte lastenverhoging voor de burger zal door ons dan ook kritisch worden bezien. Temeer omdat in sommige sectoren de grens als vrijwel bereikt wordt. Wij denken daarbij aan de sport en aan het vrijwilligerswerk, zaken waarvan de functie in gemeentelijk verband maar al te gemakkelijk ondergewaardeerd wordt. Cultuur en recreatie. Met die titel wordt een terrein aangegeven dat tot voor kort onder de kaderwet specifiek welzijn zou gaan vallen. Het ziet er naar uit dat deze wet geen uitvoering zal gaan krijgen. Vooruitlopend op deze wet zijn wij nu al jaren bezig geweest om alles wat er op dit gebied was te inventariseren en planmatig te gaan behandelen. Nu de resultaten van al dat speurwerk boven water komen vragen wij ons af waar is het alle maal goed voor geweest. Om de subsidies aan de verenigingen beter te verdelen voor 1983 heeft dat in elk geval geleid tot een teleurstellend beleid. Voor het bijdragen in de tekorten en in het verstrekken van de maxima in 1982 behoefde men toch niet al die bureaucratische toeren te gaan verrichten. De voorstel len voor 198^ zijn evenmin naar onze tevredenheid. Maar al te willekeurig is er een indeling tot stand gekomen waarbij groeperingen zijn verdeeld over de verschillende prioriteitsklassen. Het opnemen van het gecoördineerd be- jaardenwerk onder de maatschappelijke dienstverlening schept toch wel een zeer grote afstand tot het uitvoerend bezig zijn van de Bond van Ouderen onder de recreatie. Alsof coördineren belangrijker is dan het werkelijk uitvoeren van het werk. Dat wordt dan maar onder recreatie opgenomen. Of een andere overeenkomst het werk van de ambtenaren hier op de secretarie valt onder maatschappelijke dienstverlening met de hoogste prioriteit en gemeentewerken valt onder recreatie. Wij stellen voor de Bond van Ouderen

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1983 | | pagina 142