-2- De heer WIJNEN: Ja, maar je moet toch opdracht geven aan de betreffende. Besloten wordt a. de stukken, vermeld onder 1 tot en met 7 en 10, voor kennisgeving aan te nemen b. de stukken, vermeld onder 8 en 9? conform bijgevoegd ontwerp-schrijven te beantwoorden. 3» Behandeling der begroting 1984 van de algemene dienst en van de bedrijven. De VOORZITTER: In het jaar 1982 hebben we dat gedaan in de volgorde rechts be ginnend bij het C.D.A. en zo naar de heer Den Braber toe. Ik stel u voor het nu omgekeerd te doen en de heer Den Braber de spits te laten afbijten en aldus de tafel volgend tot de heer Wijnen te gaan. De heer DEN BRABER: Dank u wel. Het is met gemengde gevoelens, mijnheer de voorzitter, dat de fractie van de Partij van de Arbeid terugblikt op het nu ten einde lopende dienstjaar. Enerzijds zijn wij tevreden over een groot aan tal zaken welke hun beslag gekregen hebben. Anderzijds stelt de slagvaardigheid van deze raad ons wel teleur. Maar al te vaak is dit gezelschap naar onze mening bezig met het zoeken naar spijkers op laag water, naar de voor- of achterkant van het eigen gelijk. In schier eindeloze discussies wordt het werk van de commissies daarbij meer dan eens nog eens dunnetjes overgedaan. In dat licht bezien komt een pleidooi voor nog uitgebreider behandeling in de commissies op zijn minst wat wonderlijk over. Bij ons althans, maar voor zover dat de bestuurskracht ten goede zal komen willen wij daar van harte aan meewerken. Zoals wij het ook toe zouden juichen wanneer het incidenteel ad-hoc overleg tussen de coalitie-partners een kamerbrede vorm zou aannemen. Wij allen zoals we hier zitten hebben immers hetzelfde beleidsprogramma voor deze raadsperiode ondertekend. Dan moet er natuurlijk wel een bepaalde ver trouwensbasis bestaan. Die kan moeilijk tot stand komen wanneer geldings drang verwordt tot obstructie. Wat men daarmee wil bereiken en wie daarmee gediend is, is onze fractie een volslagen raadsel. Mijnheer de voorzitter, een en ander stemt ons tamelijk somber ten aanzien van de komende periode waarin deze gemeenteraad opnieuw voor tal van uiterst moeilijke beslissingen zal komen te staan. Want de problemen die op ons afkomen liegen er niet om. Alleen al de in het regeer-akkoord van het kabinet Lubbers opgenomen en in middels verscherpte ombuigingstaakstellingen inzake het gemeentefonds, plus de gevolgen van de Financiële Verhoudingswet, zullen de begrotingspositie van onze gemeente in 1986 met zo'n 7 ton doen verslechten ten opzichte van heden. Daarbij is dan nog geen rekening gehouden met te verwachten kortingen op allerlei specifieke uitkeringen, waarmee men in Den Haag ook druk doende is. Onze fractie vraagt zich af of het wel verstandig is om vast te houden aan de afspraak, gemaakt in de bezuinigingswerkgroep om voor 1986 te streven naar evenwicht tussen inkomsten en uitgaven. Gelet op enerzijds de omvang van de bezuinigingsoperatie die daarvoor in korte tijd nodig is en anderzijds de moeite die de samenleving heeft ombuigingen of bezuinigingen op te nemen, willen wij het bereiken van het begrotingsevenwicht over een langere periode uitsmeren. Aktiepunt 35 van het beleidsprogramma pleit trouwens voor een ge leidelijk verloop van deze operatie. Een kreatief gebruik van de reserves kan ons daarbij van dienst zijn. Mijnheer de voorzitter, dat neemt niet weg dat de bezuinigingswerkgroep zijn taak weer voortvarend ter hand moet nemen. Uiteraard, maar onze fractie vindt wel dat daarbij meer dan voorheen echte politieke keuzes gemaakt moeten worden. Tot nu toe is de werkgroep weliswaar tamelijk doeltreffend, maar toch wat ad-hoc-erig bezig geweest. Echte af wegingen hebben onvoldoende plaats gevonden. Het staat voor ons als een paal boven water dat zolang er geen uitzicht is op het daadwerkelijk realiseren van de benodigde bezuinigingen, de raad zich uitermate terughoudend moet op stellen ten aanzien van de zogenaamde leuke dingen voor linkse, rechtse of andere mensen. Het zou een goede zaak zijn om onze neigingen om allerlei wensen ondanks de moeilijke tijden toch spontaan te honoreren zouden weten te onder-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1983 | | pagina 126