-13- Bat zijn zaken die aan de orde komen, niet in de laatste plaats vanwege het feit dat daarin de raad toch telkens een bepalende rol vervuld. Moet er gesloopt worden dan moet er een krediet zijn. Moet er een plan gemaakt worden dan wordt dat plan voorbesproken in de commissie en komt uiteindelijk de vaststelling toe aan de gemeenteraad zelf. Toch zal ik nu waar mogelijk op een aantal opmerkingen ingaan. Mocht ik dat niet op alle punten bevredigend doen, realiseert u zich dan dat het in ieder geval vroeg laten zijn uwerzijds naar de behandeling in de commissies, waar de zaken weer aan de orde zullen komen. Mijnheer Wijnen zegt en hij was dan niet de enige, de termijn was te kort en daarom was het voorstel niet in al zijn consequenties te overzien. Nou, ook wij hadden graag gewild dat de termijn wat groter was. Ik ben blij dat u er begrip voor hebt dat we desondanks de zaak toch hebben doorgezet om vandaag aan de orde te krijgen. Niet helemaal juist is de weergave, mijnheer Wijnen, dat u zegt alleen maar omdat wij erom gevraagd hebben in de commissie is deze zaak nog aan de orde gekomen. Het was nadrukkelijk de bedoeling van het college om de aan koop, voordat die zou moeten geschieden, in de commissie aan de orde te brengen, al was het moeilijk gezien het tijdsbestek, want vorige week dinsdag werd het akkoord uiteindelijk pas bereikt en dat akkoord dat kon eigenlijk pas een akkoord heten nadat u als commissie er een positief oordeel over had gegeven. Met betrekking tot de gebruiksmogelijkheden vraagt u om een in ventarisatie ten behoeve van de raad, Ik neem aan dat u die inventarisatie bedoelt ten behoeve van de betreffende commissies. Ik denk dat we daar slagvaardig over dat soort dingen kunnen praten en u zegt dat mede in ver band met de mogelijkheid tot het oplossen van knelpunten. Ik denk dat we heel goed moeten duidelijk maken naar onze gemeenschap dat de vele ge bouwen die in deze koop betrokken zijn uiteindelijk worden gekocht en dat is de reden waarom er 80% subsidie op wordt verkregen om in overwegende mate te worden afgebroken, want alleen ten behoeve van die volkshuisvestings functie wordt die subsidie toegekend en het zal dus nooit zo kunnen zijn, dat je er een plan op gaat realiseren waarbij je de gebouwen die er nu zijn behoudt en voor sociaal-culturele functies gaat benutten. Alleen in beperkte mate zal dat kunnen en ik denk dat het goed is om daar met elkaar in de commissie openbare werken dan wel in de welzijnscommissie met elkaar over te praten. U hebt,mijnheer Wijnen en met u hebben mijnheer Huijpen en mijnheer De Hoog dat gedaan, gesproken over het Natuur-Historisch Museum. Laten wij hier, want er zijn slechts weinigen die het rapport van de Vereniging voor de Musea gelezen hebben, een rapport wat een aantal jaren geleden, een jaar of 5 geleden, op verzoek van het toenmalige college tot stand is gekomen, omdat de vraag werd voorgelegd door de broeders zou de gemeente niet op dezelfde wijze als het Zouavenmuseum bereid zijn om niet de collectie en de exploitatie daarvan over te nemen. Ik denk dat we pas met vrucht over uw voorstel kunnen praten op het moment dat een ieder dat rapport heeft gelezen en bestudeerd en ik stel voor dat we dat op korte termijn ter beschikking stellen, ter lezing ter beschikking stellen, ik geloof dat het nogal een uitgebreid rapport is, maar dat hoeft ook niet van vandaag op morgen door eenieder gelezen te worden, in op de gebruike lijke wijze, dan kunnen we dat over een beperkt aantal maanden eens met elkaar bespreken, ik denk in algemene en bestuurlijke zaken, maar daar moeten we in B. en W. maar eens over spreken en dan kunnen we dat in ieder geval doen met een stuk informatie van een deskundige zijde. Ik vind het wat gevaarlijk wat mijnheer De Hoog doet om daar een citaat uit te pakken en aan dat citaat conclusies op te hangen. Ik zou het hele rapport in uw aan dacht willen aanbevelen. Met betrekking- tot de niet te bebouwen grond staat er een verhaal in het pakket ambtelijke voorbereiding, waaruit blijkt dat er inderdaad een last zou gaan drukken van ongeveer 100.000,op de gemeente. Ik moet er wel bij zeggen dan praten we over het park. Het hele stuk wat toen als park was aangemerkt. Dat is heel D en heel E. In-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1983 | | pagina 113