-11-
dat gebaseerd is op artikel 6, lid 2, van dat besluit Reconstructie- en
saneringsplannen en dat artikel 6, lid 2, dat zegt. dat dat een vast bedrag
is waarop bij de eindafrekening geen correctie meer mogelijk is. Men doet
dat wanneer de verdere exploitatie in financiële zin moeilijk in te
schatten is. Ook wij hebben ons overigens wat gehandicapt gevoeld door de
beperktheid van het preadvies. Het lijkt mij niet zinvol om nou hier in
deze raad zonder enige voorbereiding van wie dan ook el over de inrichting
van het plan verder te praten. Ik neem aan, mede gezien de voorwaarden van
de staatssecretaris, dat de nodige voortvarendheid bij de uitvoering aan de
dag gelegd moet worden,dat op korte termijn de commissie en misschien wel
meerdere commissies, omdat er ook wel meerdere portefeuilles bij betrokken
zijn, maar in ieder geval de commissie openbare werken en ruimtelijke orde
ning bij elkaar zal komen om te praten over het programma van eisen en
uitgangspunten voor de verdere inrichting. Ik denk dat dan met name de op
merkingen van de kant van het C.D.A. en ook van de V.V.D. daarin ingebracht
kunnen worden. Overigens zou ik namens mijn fractie wel willen vragen om
nu wij Albano gefaseerd als gevolg van deze aankoop gaan invullen, verder
in gaan vullen of in de loop van het volgend jaar de gevolgen daarvan finan
cieel gezien voor de exploitatie van Albano eens op een rijtje gezet kunnen
worden en in de commissie algemene en bestuurlijke zaken aan de orde ge
steld kunnen worden. Rest mij, voorzitter, om akkoord te gaan met de aankoop
van al die percelen en het college te complimenteren met de voortvarendheid
waarmee zij met name de subsidie binnengehaald heeft.
De heer DE HOOG: Voorzitter, zoals collega-raadsleden wel bekend,zwerf ik
nog wel eens fietsend door Oudenbosch, maar ik wandel ook wel eens en één
van de.objecten die ik in mijn wandelroute nog wel eens meeneem is het park
Saint Louis. Ik heb dat in het weekend na de vergadering van vrijdagavond
nog maar eens gedaan en ik ben me bij die wandeling nog meer bewust geworden
van het historische moment waar we hier over praten. De huidige aankoop
betekent wat. Het internaat Saint Louis en de Basiliek zijn heel bepalend
voor Oudenbosch. In de loop der tijden is toch de situatie gewijzigd, er is
een nieuwe situatie ontstaan, maar ook in de nieuwe situatie vind ik dat
een houding van respect en achting voor het verleden past. In dat besef
zie ik ook deze aankoop, los van de financiële en inhoudelijke consequenties.
Kort ingaand op het voorstel zelf. Ik vind het nogal sobertjes. De finan
ciële consequenties, maar daar heb ik respect voor, konden op die korte
termijn niet erg goed in beeld gebracht worden denk ik. Met name dan de
consequenties in de sfeer van de exploitatie en het onderhoud op termijn,
maar ook inhoudelijke consequenties zijn nauwelijks terug te vinden, maar ik
verwijt dat het college niet aangezien ik aanneem dat in
latere stadia uitgebreid gecommuniceerd zal worden,met de commissie en de
raad over die invulling. Toch wat punten. Het park, daar ben ik uiterst ge
lukkig mee. Ik vind echter dat alle voorzieningen en dan bedoel ik de ju
ridische voorzieningen zowel in de privaatrechtelijke als in de publiek
rechtelijke sfeer genomen moeten worden om het park te beschermen.
Misschien mag ik toch even ingaan op de privaatrechtelijke voorwaarde die
geldt. Het is zo dat als de bestemming van het onderhavige park zou
worden gewijzigd dan ontstaat de verplichting voor de gemeente, tot terug
levering aan de broeders van Saint Louis. Het laat eigenlijk de vraag open
wat er zou gebeuren als de huidige verkopers ophouden te bestaan. Ik denk
dat op dat punt enige voorziening noodzakelijk is. Ik denk ook dat in die
koopovereenkomst moet worden opgenomen een bepaling die de gemeente ver
plicht om bij vervreemding van het perceel, nu niet de bedoeling, maar wat
in de toekomst gebeurt weet je maar nimmer, dat de verkrijgers onder algemene of
bijzondere titel de verplichting opgelegd krijgen om het perceel blijvend
te bestemmen voor openbaar park. In de publiekrechtelijke sfeer neem ik aan
dat op korte termijn zal worden gewerkt aan de wijziging van het bestemmings
plan en dat in dat bestemmingsplan het openbaar park uitdrukkelijk zal worden
opgenomen. Daarnaast kan ik mij voorstellen dat de raad bij het aannemen van
het bestemmingsplan uitspreekt dat geen medewerking zal worden verleend