-15- welzijnsbudget die bij lange na niet is besteed en ook al brengen we de kj.kkk,over naar de post onvoorzien dan nog blijft in het welzijns budget een post onvoorzien van 27.000,die ik inderdaad daarbij gesteund door de heer Den Braber voor deze planperiode wil bestemmen. Met andere woorden ook al blijft in '83 een stuk over dat hevelen we over naar het volgende jaar. Dan met betrekking tot 6.6 ben ik het eens met het standpunt van het college om het bezwaarschrift van het mannenkoor ongegrond te verklaren en met betrekking tot het programma heb ik geen behoefte meer daar in details op in te gaan. Het is uitvoerig in de commissie aan de orde geweest. Ik ben het eens met de verdeling van het knelpuntengeld. De vragen naar nadere informaties zijn al door mijn voorgangers gesteld, dus ik zal ze niet herhalen. Ja, met betrekking tot ja, ik moet nog een aanvulling geven op de toevoeging van de 1+3.000,die ik daarstraks heb genoemd aan de post onvoorzien. Daar wil ik wel nadrukkelijk de kant tekening bij maken dat dit bedrag moet worden erkend als bezuiniging van de welzijnssector in het bezuinigingstraject. Het moet niet zo zijn dat dit op dit punt volledig over het hoofd wordt gezien omdat het niet via de bezuinigingscommissie als ombuiging is meegenomen. De standpunt bepaling over de subsidiëring van de vakbondsschool ben ik het maar ten dele met de heer Den Braber eens. Ik ben het eens in die zin dat het werk van die school inderdaad vormend is. Daar zullen wij geen misverstand over hebben. De enige blokkade voor mij en voor onze fractie om tot subsidie over te gaan is het feit dat men nadrukkelijk de eis stelt dat men lid van de vakbond moet zijn en dat de school wat onze fractie betreft voor subsidie in aanmerking komt als die drempel wordt weggenomen, want over de aard van de aktiviteiten verschillen we niet van mening. Con cluderend is ten aanzien van de subsidie van de vakbondsschool onze mening dat alleen het feit dat alleen leden daaraan deel kunnen nemen het voor ons onmogelijk maakt om mee te gaan met het voorstel om tot subsidie over te gaan. De heer DE HOOG: Voorzitter, ik ben toch, maar dat heb ik ook al uitge sproken in de welzijnscommissie, wat ongelukkig met het voorstel. Ik heb bij die gelegenheid gezegd en dat wil ik hier wel herhalen dat we eigenlijk tot de conclusie moesten komen na de klok van 12 dat we aan het boekhouden waren geweest die avond en dat we feitelijk ons niet hadden beziggehouden met het beleid op het terrein van hef welzijn, maar ik denk dat we dat onszelf aan moeten rekenen omdat we in september een aantal uitgangspunten hebben onderschreven waardoor dit heeft kunnen ontstaan. Zeer terecht wordt in het begin van het voorstel dan ook gezegd- ja, wij zijn er eigenlijk niet in geslaagd om op grond van aktiviteiten te subsidiëren en een daaraan te verbinden prioriteitenstelling. Ik vind dat een jammer gebeuren en ik vraag me eigenlijk af, we gaan binnenkort in de richting weer van de instellingen mag ik aannemen voor het boekjaar 8*+. Mijn vraag is eigenlijk in de richting van de wethouder: Slagen wij er in om duidelijkheid te bieden in de richting van de instellingen en vereni gingen op basis van welke normen en criteria wij wel gaan subsidiëren voor het jaar '8*+ Anders denk ik dat we ons geplaatst zien in exact dezelfde situatie als midden dit jaar. Dat is één opmerking. In zijn algemeenheid denk ik dat het bevriezen, want dat hebben we gedaan in september, althans dat hebben wij zo gesteld, dat het bevriezen wel ontzettend letterlijk is genomen en eigenlijk is het een beetje een Nova Zembla geworden en ik vraag mij af of in dat gehele Nova Zembla en we zitten nu bijna tegen de lente, of het toch niet mogelijk is om af en toe de lentezon te laten doorbreken op een aantal plaatsen. Dat betekent concreet dat we inderdaad wat gaan doen aan prioriteitstellen en dan hoeft dat voor mij niet verfijnd en kan dat best wat grof, maar toch gaan doen aan prioriteitstelling binnen het totale budget binnen de welzijnssector. II stelt in het advies een aantal vragen. Eén daarvan en de heer Den Braber heeft daar ook al op ge wezen: Wat doen we nu met de kortingen die komen vanaf het rijk Hoe

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1983 | | pagina 32