-3-
tot afrekening wordt overgegaan, wij hebben die brief overigens in '82
ontvangen als ik me niet vergis,dat voor je tot afsluiting van het financiële
jaar 1982 overgaat, dat je eerst probeert om die kosten gewoon binnen de
begroting dekkend te maken. Dat is ons uitgangspunt hierbij geweest.
De heer RENNINGS: Ja, ik blijf dan toch een beetje, omdat ik het uitgangs
punt van de wethouder onderschrijf, zitten met het feit dat we als raad
in '83 zeggen dat je in '82 de begroting nog kunt bijstellen om die
dekking te vinden, maar misschien heeft u ook gelijk door te zeggen laten
we de afrekening eerst maar eens afwachten.
De VOORZITTER: Wie nog over de ingekomen stukken
De heer VAN HOEK: Ja, bij punt 13 voorzitter, is een schrijven binnen
gekomen van het dagelijks bestuur van het Streekgewest Westelijk Noord-
Brabant en dat betreft het basisplan openlucht-recreatie. Nu heb ik in
de bijliggende ambtelijke advies-nota gelezen dat er verwezen wordt naar
het overdekte zwembad in Oudenbosch, dat dat daar niet in opgesomd is.
Is het nu de bedoeling dat straks het overdekte zwembad een functie gaat
vervullen in het kader van de openlucht-recreatie. Moet ik me dat zo voor
stellen dat we 's-zomers met de ramen open gaan zwemmen of iets dergelijks
De VOORZITTER: Nee, maar u hebt ook gezien dat het de bedoeling was om
een totale inventarisatie te geven van de zwemakkommodaties en uit dien
hoofde is het meegenomen. Overigens met betrekking tot punt 13 zult u
begrijpen dat het de bedoeling is om dat niet voor kennisgeving aan te
nemen maar te reageren met inachtneming van hetgeen in die ambtelijke
nota staat aangegeven.
Besloten wordt:
a. de stukken, vermeld onder 1 tot en met *\k en 19, voor kennisgeving
aan te nemen;
b. met betrekking tot het stuk,' vermeld onder 15, de heer mr. C. van
IJserloo met recht van substitutie, te machtigen de raad te vertegen
woordigen;
c. de stukken, vermeld onder 16 en 17, conform bijgevoegd ontwerp-schrijven
te beantwoorden;
d. met betrekking tot het stuk, vermeld onder 18, met de voorgenomen wij
ziging in te stemmen.
k. Voorstel tot vaststelling van de vergoedingen ex artikel 101 van de
Lager-onderwijswet 1920 over 1982.
5. Voorstel tot het indienen van een verzoek als bedoeld in artikel 53
quater van de Lager-onderwijswet 1920 voor het jaar 1983/6e wijziging
gemeentebegroting 1983*»
Zonder hoofdelijke stemming worden deze voorstellen aangenomen.
5.1» Voorstel tot vaststelling van het bedrag per leerling ingevolge
artikel 101 van de Lager-onderwijswet 1920 over 1983»
De heer WIJNEN: Ja, voorzitter, dit keer lagen er geen cijfers bij het
advies ter inzage van de scholen en ik kan me herinneren dat we daar al
een paar jaar over gediscussieerd hebben in de voorafgaande raadszittingen
over de behoefte om het bedrag per leerling wat nader te onderbouwen en
ja steeds is toegezegd die cijfers die komen. Vorig jaar heb ik ook inder
daad cijfers gezien van 1982, maar dit keer liggen er geen bij. Ik denk
dat het toch wel wenselijk is om bij een dergelijke besluitvorming de cijfers
achter de hand te hebben. Temeer ook omdat ze dan een uitgangspunt kunnen
vormen voor een discussie. Dan heb ik in het preadvies gelezen dat er
een overleg is geweest met de schoolbesturen. Daar is niet duidelijk uit
naar voren gekomen wat het antwoord van de schoolbesturen op uw voorstel is