VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD OP DONDERDAG 20 JANUARI 1983 DES AVONDS OM 7-30 UUR.
Aanwezig de leden: Drs. J.H.P.J. van Eijkeren, Drs. J.P. ven Oosterhout, B.A.
den Braber, J.M. Hermes, J.F.M. van Hoek, J.P. de Hoog, M.G.P. Jongenelen,
A.C.H. Klijs, W. Kniep-Köhnke, S.A.I. du Pont, A.M.J. de Raad-Dillerop, W.H.M.
Rennings, A.W.J. Rubbens, J.Chr.M. van Wijk, Ir. C.J.M. Wijnen.
Voorzitter: mr. P.J.J.M. Mangelmans.
Secretaris: J.C.W. Brans.
1. Opening.
De VOORZITTER opent de vergadering met gebed.
2. Notulen.
Aan de orde zijn de notulen van de vergadering van:
a. 18 november 1982.
b. 2 december 1982.
c. 16 december 1982.
Het volgende schriftelijke wijzigingsvoorstel is ingekomen van:
De heer KLIJS: Op pagina bij de behandeling van punt 17, voorstel tot
het verplaatsen van de weekmarkt, heeft de voorzitter, na het antwoord van
wethouder Van Eijkeren, alvorens te concluderen dat het besluit zonder
hoofdelijke stemming werd genomen, gezegd: "Ik begrijp dat de heer Klijs
geen bezwaar maakt tegen het besluit, maar dat hij het niet eens is met de
gevolgde procedure".
De vermelde notulen worden zonder hoofdelijke stemming vastgesteld, met in
achtneming van de voorgestelde wijziging.
De heer RUBBENS: Mijnheer de voorzitter, van 16 december van de rondvraag, is
daar al iets van bekend. Ik heb in het weekend niets gelezen in de leesmap
over het werk aan de Havendijk.
De VOORZITTER: Zou u dit willen bewaren tot de rondvraag, want ik denk dat
dat de plaats is waar het aan de orde moet komen. Dan zal ik die notulen al
vast aan de wethouder geven.
De heer DE HOOG: Ja, ik heb in de vergadering van 16 december in antwoord op
een opmerking van de wethouder een vraag gesteld in de rondvraag met betrek
king tot de brief die voor mij als burger bestemd zou zijn. Er is toen toe
gezegd door de voorzitter dat de wethouder alsnog zou nagaan of hij de op
merking die gemaakt is heeft geadresseerd aan het raadslid De Hoog, danwel
de burger De Hoog. Ik zou willen vragen of hij dat onderzoek heeft gepleegd
en of hij daar nu op terug wil komen.
De VOORZITTER: Mag ik ook u vragen om de vraag aan te houden tot de rondvraag,
omdat we bij de notulen uitsluitend vast moeten stellen.
De wethouder houdt de beide vragen in de gaten.
De VOORZITTER: Wij zijn gekomen aan agendapunt 3» maar ik heb van de heer
Van Wijk begrepen dat hij graag het woord wil hebben.
De heer VAN WIJK: Ja, mijnheer de voorzitter, ik wil een punt aan de orde
stellen dat is vreemd aan de orde van de dag, namelijk een schrijven dat is
gegaan, hier gedateerd op 10 januari naar de huidige gebruikers in de omge
ving van het bestemmingsplan Albano.
De VOORZITTER: Dan zullen we aan de raad vragen of de raad er geen bezwaar
tegen heeft om daarover te spreken. Niemand bezwaar Akkoord.
De heer VAN WIJK: Mijnheer de voorzitter, in het schrijven aan de 7 agrariërs
wordt gesteld dat ze binnen een drietal weken de grond die ze gebruikt hebben
moeten gaan verlaten omdat per 1 februari de gemeente over deze gronden wil
beschikken. Dan vraag je je in eerste instantie af gaat het nu ineens zo
snel met de woningbouw hier in Oudenbosch dat ze begin 1983 lob B meteen gaan