in tweede instantie wat meer zicht op komt, omdat de meerderheid zich in die gedachte wel kan vinden dacht ik voor '83 en in '84 liggen er nog wat verschillen in opvatting waar ik bereid ben om het idee van de heer Rennings om in '83 de dekking uit de bezuinigingen te zoeken en het daarmee een wat structureler karakter te geven mij wel aanspreekt in het licht van wat tot dusverre de toezeggingen zijn geweest en de eigen po gingen om tot een dekkingsplan te komen, maar op de langere termijn is het misschien toch ook met het oog op de andere plannen binnen deze periode, maar ook de plannen die na '86 ongetwijfeld de aandacht zullen vragen, denk ik dat het toch goed is de suggestie van de heer De Hoog boven tafel te houden. De heer Huijpen verwoordt uiterst kort en krachtig het proces wat door de heer Videier financieel gezien nog eens wordt aan gevuld, het proces wat zijn fractie gaandeweg dit plan heeft doen lopen. Ik heb in die commissievergaderingen ook ervaren dat het met geknarste tanden is dat men met een uiterst positieve houding heeft willen meedenken over de vraag, geconstateerd hebbende dat het een uitstekend plan is wat be antwoordt aan de wensen van de mensen in dat gebied, uiterst positief vanuit die gedachte heeft meegezocht naar de mogelijkheid om tot een goede moge lijkheid, ook voor de eigen fractie acceptabele eindoplossing te komenT waarbij met name het financiële plaatje van het grootste belang was. Er waren een aantal problemen gesignaleerd die mogelijkerwijze zouden kunnen optreden. Ik heb getracht om in de commissievergaderingen toch duidelijk te maken dat ik die zorgen in ieder geval niet deel. Dat ik er best vertrouwen in heb dat na uitvoering ten aanzien van de ver wachtingen in andere wijken enerzijds ten aanzien van de parkeersituatie, anderzijds ten aanzien van dat er een zeer acceptabele situatie zal zijn ontstaan. Hij constateert dat het plan sterk versobert is. Ja, we zitten nu op het punt dat het ook voor het budget van 865*000,in zijn to taliteit zal moeten kunnen. Ik heb zelf in het uiteindelijke voorstel namens het college kunnen weghalen het idee wat in de laatste commissie vergadering nog overeind stond om de raad te vragen een percentage vast te stellen als een soort marge om daar nog wat op te komen. Ik vond dat gezien de discussie waarmee in de commissie de zaak besloten is de werking aan het plaatje waarop we elkaar uiteindelijk hebben kunnen vinden. Vandaar dat het ook in het voorstel niet voorkomt. Als het mogelijk is dat die 15.000,waar u uiteindelijk best overheen wilt stappen nog te ver dienen middels de aanbesteding, dan zullen we het uiteraard laten. De heer Videier spreekt uit dat het plan uiterst zorgvuldig tot stand gekomen is. De heer Huijpen pleit voor om ook bij de volgende plannen de uiterste zorgvuldigheid te blijven betrachten. Ik heb het opgevat als het financiële budget wat in principe is vastgesteld vanaf het begin. Over de financiële voorstellen van de V.V.D. heb ik gaandeweg in mijn beantwoording gereageerd. Ik neem daar een belangrijk gedeelte van mee. Over de mogelijkheid om eenmalig het fonds grote werken aan te spreken, de gedachte spreekt mij aan, maar ik heb ook de oplossing daarvan uit gesproken en die ademt ook het voorstel uit wat in principe voorligt. De heer Den Braber tot slot is uiterst tevreden met het plan. Hij stelt ook dat misschien als we het nu zouden moeten doen het Groene Woud in '83 aan de orde was geweest en andere in latere jaren. Daar heb ik ook over gesproken. Nogmaals de voorbereidingen zullen ook zo starten. Zijn reactie in de richting van het C.D.A. die is uiteraard voor zijn eigen rekening. Zijn opmerking dat een woonomgeving wel wat meer inhoudt dan uitsluitend verkeersmaatregelen heb ik ook al eerder onderschreven en toe gelicht. De constatering dat ook de commissie niet de luxe heeft kunnen aangeven die hier in het plan aanwezig zou zijn en die er dan maar uit zou moeten, ik denk dat dat op zich een juiste constatering is. De ver soberingen die zijn toegepast die zijn met veel moeite gevonden. De 525.000,zou te zeer een eigen leven zijn gaan leiden. Dat is enigs zins het geval. Het is allemaal veel werk geweest, ook in de tijd dat dat

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1983 | | pagina 180