-hÖ-
moeten wisselen. We hebben aan de ene^kant een aantal projecten in het
investeringsprogramma opgenomen, in het beleidsprogramma voor deze prioriteit.
Groene Woud, Lindestraat, maar er komen op termijn wellicht nog andere pro
jecten aan de orde. Genoeg wensen dus. De heer Klijs heeft dat eigenlijk in
zijn betoog al aangeduid. Aan de andere kant beschikken we ook over tal van
fondsen. Ik noem er maar een paar: fonds grote werken, prioriteitenfonds,
fonds van het gemeentelijk woningbedrijf. Ik zou eigenlijk het college en
dan kom ik straks concreter terug op het plan Churchillstraat, eigenlijk willen
uitnodigen om eens aan de raad na overleg met de commissie te komen met een
discussienota over dit onderwerp, de prioriteit woonverbetering, de verbetering
woon/leefmilieu en dan aan twee aspecten aandacht te besteden. De projecten
die gepland zijn in deze termijn, maar ook wellicht projecten die over deze
termijn heen gaan. En bij de discussienota ook duidelijk het financiële aspect
te betrekken. Ik denk eigenlijk aan een soort, ja, hoe moet ik het noemen,
dorpsherstelplan, dorpsrenovatieplan. Daar gaan mijn gedachten eigenlijk
naar uit. Voor nu zou ik dus het groene licht en dus niet het rode licht
maar het groene licht willen hanteren voor dit project. Nu iets over de
financiering, want dat is blijkbaar een erg belangrijke zaak. Ik heb begregrepen
dat voor '83 gepland wordt een investering, groot ruim een half miljoen, om
precies te zijn 550*00QT~ met een lastenniveau van 64.000,.In het
investeringsprogram voor het project Churchillstraat en verkeersmaatregelen
is ongeveer 74.000,aan budgettaire middelen aanwezig. Voor '84 zou dan
voor dit project nog nodig zijn op investeringsbasis ruim 3 ton, om precies
te zijn 315»OOOiAls we dat terugrekenen in de sfeer van de dekkings
sfeer dan moeten we denken aan een bedrag van 36.000,en dan komt het
project dus ruim boven de ton. Nou dan concentreert het verhaal zich denk ik
een beetje op het vinden van dekking op die 36.000,Er zijn door de wet*
houder op instigatie van de commissie tal van ideeën gelanceerd, waarvoor
ik uiteraard dank zeg, maar er zijn ook nog andere mogelijkheden. Er zijn mogelijk
heden in de sfeer van het prioriteitenfonds. Er zijn ook mogelijkheden in het
fonds woningbouwreserves en we hebben ook een fonds grote werken. Al met al
en ik praat nu niet over de concrete invulling van budgettaire lasten in
'84, al met al denk ik als we die zaken mogelijk ook in tweede termijn meer
concreet op die invulling betrekken, al met al als we die zaken op een
rij zetten denk ik dat voor '84 op vrij eenvoudige wijze middelen zijn aan te
wijzen. Maar dan het verhaal na '84. Nou daar was nou net die suggestie
van die discussienota, waar ik vijf minuten geleden over sprak voor bedoeld.
Ik denk dat we na de vakantie en dan denk ik ergens in september, oktober,
mogelijkerwijs iets later, uitvoerig met elkaar van gedachten moeten wisselen
over dit type, dit soort van projecten en dan uitgebreid ook van gedachten
wisselen over de dekking op wat langere termijn. Concluderend lof voor het
plan, lof voor allen die daaraan meegewerkt hebben. Niet langer wachten. Van
de week reed ik door de straten en toen dacht ik dat de tegels al opgebroken
waren, maar het bleek dat er een P.T.T.-leiding gelegd moest worden. Ik
verdacht er de wethouder eigenlijk een beetje van dat hij al uitgebreid aan
het graven was geslagen. Dat type uitvoering dat spreekt mij aan. Zij het
dat we wel eerst even het krediet moeten regelen natuurlijk. Al met al lof voor
het plan. Snel van start gaan en ik denk dat we in tweede termijn best uit die
dekking komen.
De heer RENNINGS: Ja, voorzitter, ik zal na twee a drie uitgebreide commissie
vergaderingen me vooral concentreren op de financiering, maar ook terloops een
opmerking maken over het plan. In tegenstelling tot de fractie van het C.D.A.
beoordelen wij de enquête uitermate positief. De heer Klijs zegt terecht 56$
heeft niet gereageerd, maar bij een enquête eenresponsmelding van 44# is uiter
mate hoog en in die zin kan ik de daaruit door de fractie van het C.D.A. ge
trokken conclusies volstrekt niet onderschrijven. Ook de indringendheid waar
mee de voorlichting geweest is en de intentietijd waarin de gemeentelijke
plannenmakers met de bewoners hebben gesproken, geven mij de overtuiging dat