minderheden en de sportraad. Hij vraagt dan om wat waarborgen, om ook die onderdelen van het welzijn aan hun trekken te laten komen. Hij zegt dan vooraf geef ik trouwens de nieuwe commissie het voordeel van de twijfel. Ik denk dat bekend is dat van onze zijde het voornemen bestaat om bijvoor beeld voor de sport, iets dat nog heel duidelijk op papier moet komen, een overleg te creëren met plaatselijke verenigingen. Een overleg dan tussen de wethouder en de sportverenigingen. Hetzelfde zou je vervolgens kunnen doen bij de culturele minderheden. De mogelijkheid bestaat ook nog, u heeft het zelf al gesuggereerd, om dat via de werkgroep te doen plaatsvinden. Een en ander is denk ik heel goed uit te werken straks in de commissie zelf. Ik denk dat we daar allemaal bij zijn als we nu we op het punt staan dat we duidelijk een heel andere wijze van werken gaan volgen, dat we dan allemaal bij zijn om daar waar leemtes zijn, naar welke groepering dan ook om die te signaleren en daar iets aan te doen. Voor wat dat betreft staan ons een heleboel zaken open. Waarom de culturele raad in verband met het ontstaan straks of de oprichting van de culturele raad, de commissie expositieruimte niet is opgeheven. Ik denk dat het zo is dat de commissie beschikbaarstelling expositieruimte op dit moment een specifiek stuk werk doet waar in belangrijke mate ook technische aspecten aan vastzitten. Ik denk dat we niet al te zeer op de zaken vooruit moeten lopen en die commissie gewoon even de gelegenheid geven omdat anderzijds ook de culturele raad toch een ander karakter heeft dan de commissie welzijn. Om naar de bejaarden toe apart een commissie in leven te roepen, dat lijkt me niet zinvol. Op het moment dat je dat namelijk gaat doen zou je dat voor elke andere groepering met evenveel recht kunnen doen. Ik wil refereren aan wat ik eerder heb gezegd op het moment dat u signaleert of in de commissie wordt ge signaleerd of in de raad hier wordt gesignaleerd dat er wat dat betreft behoefte bestaat aan een nadere zorg, een nader contact. Ik denk dat het gewoon goed is om dat in de commissie ter sprake te brengen. Dat de voordracht bindend is en dat u liever zou zien naar aanbeveling van. Ja, u refereerde daarbij aan een vorige vergadering waarbij gezegd is de raad bepaalt het beleid. De raad maakt het beleid. Daar zijn we het helemaal over eens. Ik denk dat dit toch een zaak is die met de nodige zorg omgeven is. Waar gesprekken gevoerd zijn, waar persoonlijke belangen in het spel zijn en ik denk dat u in dit geval mag ver wachten van degenen die het gesprek hebben gevoerd, die de sollicitatieprocedure helemaal hebben meegemaakt, dat er dan ook een voordracht komt en geen aanbe veling, want dan ben je nog in het ongewisse. Anderzijds heeft u er ook recht op om te weten hoe de sollicitatiegesprekken zijn verlopen. Daar heeft u in een aantal stukken die bij dit voorstel ter inzage lagen iets van kunnen lezen. U kunt daaruit lezen wat voor vragen er gesteld zijn. Ik wilde daar aan toevoegen maar dat is misschien ook overbodig, de criteria die globaal en die we in hoofd zaak hebben aangehouden bij de totstandkoming van deze voordracht, dat is het inzicht en de betrokkenheid in het welzijnsgebeuren in Oudenbosch en de mate waarin mensen tijd, maar ook openingen kunnen vinden om informatie te ontsluiten. Andere leden van de raad en dat wil ik er dan meteen bij betrekken heeft ten aanzien van de voordracht ook wat opmerkingen gemaakt en, soms heel ge detailleerd zelfs. Ik wil heel nadrukkelijk stellen dat er geen andere zaken dan deze geleid hebben tot de totstandkoming van deze voordracht. Politieke kleur, of leeftijd en dat soort zaken dat doet gewoon niet terzake en dat wil ik er beslist ook buiten laten. Ik kom dan verder niet meer terug op de voor dracht en de criteria die hebben geleid tot. Tot slot uw laatste vraag. U suggereert ook dat vanwege de sportraad en de commissie culturele minderheden er een jaarverslag zou moeten komen. Ik begrijp dat even niet goed. De sportraad en de commissie culturele minderheden zijn straks als u het besluit aanvaart opgeheven en dan zullen we een nieuwe vorm moeten kiezen. Ik wil dat open laten. Mijnheer De Hoog om antwoord te geven op zijn vragen. Die heeft met betrekking tot de in de verordening voorkomende begrippen zorg, educatie en recreatie wat problemen. Hij vindt dat dat niet de hele lading dekt. Ik heb de indruk dat in allerlei stukken van overheidswege die gebruikelijk zijn, dat deze termen om het zo te zeggen dat die gebruikelijk zijn. Ook in de vorige verordening die vandaag misschien wordt ingetrokken zijn deze termen gebruikt. Ik wijs er ook op dat sport in dit geval onder recreatie valt en emancipatie inder-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1982 | | pagina 94