per leerling. 16. Schrijven van burgemeester en wethouders van Zierikzee d.d. 22-9-1982, inzake een motie van de raad dezer gemeente betreffende de beleidsvoor nemens van het rijk tot wijziging van de Financiële Verhoudingswet 1960. 17. Schrijven van de Instelling voor Samenlevingsopbouw Emcee d.d. 15-9-1982 inzake een vakature in het opbouwwerk. 18. Overzicht "Onvoorziene uitgaven, saldi-reserve, kapitaallasten van nieuwe onrendabele investeringen, eenmalige middelen en fiscaal egalisatiefonds" tot en met de raadsvergadering van 28 oktober 1982. De heer DE HOOG: Voorzitter, punt 10, advies-nota van de directeur gemeente werken betreffende sloopwerkzaamheden pand Van Aken. Ik heb in het kader van de behandeling eens een keer van de zomer gesproken over de mogelijkheid, de wenselijkheid om bepaalde gebouwen in Oudenbosch, althans zo heb ik het bedoeld, wat te gaan beschermen. Toen ik dit verhaal las werd ik eigenlijk in die mening die ik toen uitgesproken heb, bevestigd. Ik zou u willen vragen verder zou ik eigenlijk niet willen gaan, om deze nota in de commissie ruimtelijke ordening aan de orde te stellen. De heer VAN HOEK: Mijnheer de voorzitter, ik heb gezien dat bij de goedkeu ring van de besluiten, dat er nog een besluit niet goedgekeurd is en dat betreft de begroting 1982. Binnenkort gaan we starten met het onderzoek van de begroting 1983 en dan zouden wij toch wel graag willen weten wat de provinciale griffie dacht van onze begroting 1982. Is dat al bekend De VOORZITTER: Wat ze precies denken en met name G.S. is niet bekend, maar uit het feit dat ze alle begrotingswijzigingen hebben goedgekeurd denk ik dat we kunnen afleiden dat er slechts sprake is van een achterstand bij de griffie. Ik denk dat we het zo moeten interpreteren. Ze hebben ook een aantal jaren geleden laten weten dat ze bericht zullen sturen van ontvangst en als ze niet binnen een bepaalde termijn, maar die termijn is inmiddels ruim schoots verstreken, gereageerd hebben kunnen we daar gewoon op verder werken. De heer DE HOOG: Voorzitter, punt 16, schrijven van burgemeester en wethouders van Zierikzee over de voorgenomen wijziging van de Financiële Verhoudingswet daar waar het gaat over de verfijningsuitkering. Ik heb begrepen dat de gemeente Oudenbosch op dat punt enige financiële vergoedingen krijgt. Ik vraag mij af of dat wat u voorstelt, voor kennisgeving aannemen en het standpunt van de V.N.G. afwachten, niet wat beperkt is. Ik heb inmiddels begrepen, dat de raad van de gemeentefinanciën bepleit heeft om de motie van de gemeente Zierikzee te vertalen en te dragen in de richting van de minister. Ik vraag mij af of enige adhesie-betuiging aan deze motie niet waardevol zou zijn. De VOORZITTER: Wij hebben, mijnheer De Hoog, in vorige samenstelling afge sproken dat als er moties worden toegezonden die om adhesie vragen, dat we dan, omdat je dat met regelmaat van de klok overkomt, dat we dan wachten op een advies van de zijde van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Als de Vereniging van Nederlandse Gemeenten het nuttig acht om een standpunt te steunen en dat gebeurt, dan doen we dat. Als ze er zelf aanleiding in vinden om het op te pikken en in het overleg met het ministerie te gebruiken dan komt het vanzelf wel recht en leidt ertoe dat wij niet te hooi en te gras aller lei moties ondersteunen. Nu is het effect kennelijk toch al opgeroepen bij de raad van de gemeentefinanciën. Ik denk dat we eens rustig moeten afwachten temeer omdat we niet weten hoe een en ander voor ons uitpakt. Zierikzee is al berekend; Oudenbosch nog niet. De heer VAN HOEK: Mijnheer de voorzitter, er is een schrijven binnengekomen van de heer Rennings onder punt 13 en dat betreft het vooroverleg leden en plaatsvervangende leden van de gewestraad. In dat schrijven doet de heer Rennings mededeling van de resultaten van het vooroverleg tussen de leden en de plaatsvervangende leden van de gewestraad. Tijdens het vooroverleg is door ons gesteld dat wanneer je de intentie uitspreekt om samen te werken met de gewest-afgevaardigden van de gemeenten Oud en Nieuw Gastel, Standdaar- buiten en Oudenbosch dat je dan ook in overleg met deze afgevaardigden de kandidatuur bespreekt voor de zetels in het dagelijks bestuur van het streek- gewest. Tijdens dit vooroverleg op 6 oktober werd afgesproken vooroverleg van de vergaderingen van de gewestraad tussen de drie gemeenten te blijven voeren

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1982 | | pagina 70