-10- dat er een beperkte ruimte is voor dit beleidsterrein, voor een financiële ruimte en met bevriezing zoals hier genoemd in algemene zin, daarmee gingen we vorig jaar al akkoord, maar de noodzaak om met de bevriezing akkoord te gaan die wordt steeds groter naargelang de winter nadert en de cijfers van C.R.M. op ons afkomen waarin de bezuinigingen worden aangekondigd voor het sociaal-cultureel werk. Gezien ook ons begrotingsoverleg van de afgelopen week. Dan nog een opmerking mijnheer de voorzitter. In het preadvies daar wordt tot twee keer toe uitgesproken dat de raad het politiek verantwoordelijk college is dat de hoofdlijnen moet aangeven. Wij vinden dat eigenlijk een omkering van de gang van zaken. B. en W. bereiden het beleid voor en ja, ik doe maar niks anders dan B. en W. citeren. In de krant'- van gisteren daar stond dan een kandidaatstelling welzijnscommissie of commissie welzijn en dan staat er in dat decentralisatie van het welzijnsbeleid nu tot gevolg had dat het gemeentebestuur op verscheidene welzijnsterreinen de ontwikke ling van het eigen welzijnsbeleid in gang heeft gezet. Het college van burgemeester en wethouders is belast met de voorbereiding en uitvoering van de planning op het terrein van het specifiek welzijn. Nou, dat is duidelijk, maar ik vind het een beetje haaks staan op het preadvies wat nou voor ons ligt. Ik denk dat er vanuit het college voorstellen moeten komen en dat niet de raad hier de hoofdlijnen en gezichtspunten moet gaan zitten bedenken, want daar is dit kader niet voor. Dan nog een ander punt dat is dat er toch wel verwarring ontstaat over het gebruik van begrippen. Insiders, mensen die er in gegroeid zijn in dit vakgebied die zullen daar met verwondering naar kijken en denken van hoe kan dat nou eigen lijk, maar het is nou eenmaal zo. Ook raadsleden hebben daar nogal wat moeilijk heden mee van wat wordt er nou eigenlijk hier omvat. Welzijn, specifiek welzijn, sociaal-cultureel werk en dat wordt ongeveer allemaal naast elkaar gebracht, niet alleen in het preadvies, maar ook in die advertentie en ja wij hebben zelfs die twijfel opgenomen in die advertentie, om daar nog even op terug te komen, of daar nou sport wel benoemd wordt als veld. In dit preadvies wel. Blijkbaar wordt dat hier even buiten beschouwing gelaten. Het wordt omschreven op welk gebied men aantoonbare kennis en belangstelling moet hebben. Nou sociaal-cultureel werk, emancipatie, maatschappelijke dienstverlening. De sport komt daar niet in voor. Wij zouden dat toch een gemis vinden als mensen menen dat de sport dan niet gerekend kon worden tot de categorie waaruit sollicitanten worden verwacht en mocht nou de sport er wel bijhoren dan vind ik het juister dat daar gewag van wordt gemaakt middels een nadere aankondiging dat dat ook onder dit terrein valt, want het specifiek welzijn, dat lezen we dan in een ander stuk van dit preadvies, omvat wel de sport, want daar verdelen we wel de centen over. Dus zo haarscherp is het allemaal niet aangegeven. Dat is eigenlijk wel de bedoeling omdat we onze intentie hebben uitgesproken om het duidelijker te laten zijn. Dan nog het punt over de indeling van de werkvormen. Het lijkt ons beter om te praten over kostensoorten in plaats van werkvormen. Dat is misschien ook een mindere boekhoudkundige aanduiding, werkvorm, maar het gaat toch eigenlijk om het verdelen van zaken op basis van het beslag op de financiële middelen. Voor ons zou het wat doelmatiger zijn geweest bij dit voorstel om aan te geven hoeveel financiële middelen er voor elk van de categorieën op dit moment vereist was. We zouden dat natuurlijk allemaal op kunnen zoeken, maar daar heb ik de tijd niet voor genomen, want ik denk dat het nog wel een keertje terugkomt. Alleen het is voor de beeldvorming wat beter als je gelijk weet van nou dat omvat het en zoveel centen zitten er achter. Dat maakt het wat overzichtelijker. Dan nog een opmerking over de opgevoerde kosten, mede in relatie wat de heer Rennings zei over de commissie. Wij zouden eigenlijk het college in overweging willen geven om dat de commissieleden meer op basis van hun bereidheid om zich met het welzijnswerk in Oudenbosch bezig te houden, aan dat overleg gaan deelnemen en wij vinden het eigenlijk niet juist datdaar nou een bepaalde vergoeding op gezet wordt om mensen te krijgen die straks gaan kijken of de vrijwilligers, want we praten in feite over het merendeel van het werk over vrijwilligerswerk of die daar nou goed hun werk doen. Dat zou ik erg spijtig vinden dat we dus twee categorieën hebben die zich met het welzijnswerk bezig houden. Aan de ene kant mensen die dat onbetaald doen en met een geweldig enthousiasme en inzet en aan de andere kant dat je dan de mensen hebt die dat vanuit de gemeente contro-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1982 | | pagina 50