-11-
wethouders behoren naar onze mening doorslaggevend te zijn voor uitbreiding van
het aantal wethouders. Gelukkig is voor Oudenbosch het besluit tot uitbreiding
van het aantal wethouders onderworpen aan het goedkeuringsrecht van het college
van gedeputeerde staten. De signalen die uit Den Bosch komen sluiten goed aan
bij die van het C.D.A. Oudenbosch, geen 3e wethouder in Oudenbosch. Wij zien het
banenplan van de heer Den Braber niet zitten, want wie zal dat allemaal moeten
gaan betalen. Dit politieke gekonkel, juist ja, de belastingbetaler wordt de dupe.
Het C.D.A. zal dan ook geen enkele belastingverhoging steunen welke het gevolg
is van de aanstelling van nog een wethouder. Terwijl iedereen de mond vol heeft
over bezuinigingen gaat men in Oudenbosch ruim 30-000,uitgeven voor een derde
wethouder en dan praten we nog niet over wachtgeld en andere verplichtingen.
Hoelang het bestuursschip dat nu gevormd wordt zal varen is niet bekend, al
constateren wij met tevredenheid dat de brandweer van Oudenbosch zich bekwaamt
in het bergen van schepen.
De VOORZITTER: Ik kan me voorstellen, dames en heren, dat er onder u zijn die
zich zeker ook zeer persoonlijk aangesproken weten door hetgeen hier is gezegd.
In principe discussiëren wij over agendapunten in twee instanties. Ik moet u
zeggen dat ik de indruk heb dat een tweede instantie wel eens zou kunnen leiden
tot een verscherping in de verwijtende zin, hooguit naar het persoonlijk gevoel
tot een rechtvaardiging. Mag ik u in overweging geven om de inbreng tot heden
als een verklaring aan te merken voor eenieder in plaats van als een aanzet tot
een discussie. Zou u daarvoor voelen Oké.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor de koffiepauze.
Na opheffing van de schorsing stelt de VOORZITTER:
Dames en heren, mag ik uit de conclusie zoeven voor de schorsing, dat we deze
eerste instantie zouden aanmerken als een verklaring begrijpen dat de raad met
uitzondering van de fractie van het C.D.A. zich uitspreekt voor een uitbreiding
van het college met één wethouder en mag ik dus concluderen dat uw raad daartoe
besluit waarbij het C.D.A. nadrukkelijk wil worden aangemerkt als zijnde tegen
het voorstel Akkoord.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen, onder aantekening
dat de fraktie van het C.D.A. tegen dit voorstel is.
De VOORZITTER: Dan stel ik aan de orde de verkiezing van de wethouders. Oh nee,
ik bega een fout. Voor de publieke tribune goed denk ik om het even te zeggen.
De derde wethouder waartoe de raad besloten heeft, mag nog niet benoemd worden.
Er moet gewacht worden tot gedeputeerde staten zijn goedkeuring aan dat besluit
gegeven heeft, dus dat besluit wordt nu ingezonden naar gedeputeerde staten en
pas als de goedkeuring daarop binnen is ofwel een ander, dan mag de derde wet
houder benoemd worden. Wij benoemen vanavond dus maar twee wethouders.Het woord
is aan de raad.
De heer DEN BRABER: Namens mijn fractie stel ik kandidaat voor wethouder de heer
Van Eijkeren.
De heer WIJNEN: Namens de fraktie van het C.D.A. stel ik kandidaat de heer Van
Hoek.
De VOORZITTER: Het reglement van orde zegt dat de voorzitter, voordat er aan ver
kiezingen wordt begonnen, twee stemopnemers benoemt. Mag ik de heer Wijnen en
de heer Du Pont uitnodigen om als zodanig op te treden Dan benoem ik ze graag.
De stemming heeft tot resultaat:
de heer Van Eijkeren: 9 stemmen,
de heer Van Hoek: A stemmen.
Benoemd is derhalve de heer Van Eijkeren.
De heer Van Eijkeren verklaart desgevraagd zijn benoeming te aanvaarden.
De VOORZITTER: Aan de orde is de verkiezing van de tweede wethouder.
De heer RENNINGS: Voorzitter, namens de fractie van O.N.S., de Partij van de
Arbeid, de V.V.D. en D'66 stel ik kandidaat de heer Van Oosterhout.
De heer WIJNEN: Namens het C.D.A. stel ik kandidaat de heer Van Hoek.
De stemming heeft tot resultaat:
de heer Van Oosterhout: 8 stemmen,
de heer Van Hoek: A stemmen