bezuinigingen in deze sector. De beantwoording die ik heb gegeven in eerste instantie met betrekking tot het overleg wat we hebben op willen starten met betrekking tot de sportverenigingen en hoe wij dat overleg nu verder op gang krijgen, daar heb ik me ook over beraden. Op het moment dat bleek dat op de af gesproken vergadering die nauwelijks doorgang kon vinden, heb ik de toen aan wezige mensen van O.S.O. gevraagd om terug te gaan naar een overleg en te be raden over nieuwe stappen. Ik heb hun gevraagd om aan ons te laten weten of er bij O.S.O. gezien de ontwikkelingen op dat moment nog behoefte was aan dat overleg en ik moet zeggen tot op heden heb ik daar nog geen antwoord op. Als dat nog even duurt wil ik dat best nog wel eens proberen, maar als daarvoor echte behoefte is, alhoewel in eerste instantie in de maand juni door middel van brieven blijkt dat die behoefte er wel was, ja, als die behoefte er nu niet meer blijkt te zijn dan denk ik dat we eventueel moeten overgaan tot overleg met de betreffende besturen of hun dat nodig vinden op een bepaald moment naar aan leiding van een bepaald concreet geval. Uw opmerking met betrekking tot het vormen van een fonds dat gevoed wordt uit subsidies die wel begroot zijn doch niet besteed worden, waarvan u dan zegt afwachten wat er overblijft en als er niets overblijft er niets gebeurt. Er zijn altijd ontwikkelingen die ertoe kunnen leiden dat er wel wat overblijft en dat er dus derhalve een fonds kan worden gevormd. U gaat dan verder en zegt dat bestemmingsfonds zou gevormd moeten worden om gelden beschikbaar te stellen aan clubs en verenigingen die daadwerke lijk iets doen voor jongeren. Eerder hebben wij in het kader van de jeugdwerkloos heid een publicatie gericht aan de instellingen en verenigingen in Oudenbosch en eigenlijk naar aanleiding daarvan is ook, dat is overigens enige tijd geleden, het project "Mensen zonder werk" opgestart en die worden op normale wijze in de subsidieverordening net zoals andere instellingen die terzake werk verrichten, meegenomen. Ik denk dat we gewoon bij de subsidievaststelling daar met uw wensen en wensen die ook anderen te kennen hebben gegeven, rekening moeten houden. De opmerking van de heer Jongenelen naar aanleiding van het vermoeden dat ze hebben dat achter de gehele situatie, de gehele gang van zaken met betrekking tot de aanstelling van de tweede opbouwwerker bij het Emcee dat daar meer achter zit. Op basis van dat vermoeden wellicht uit mijn houding, u zegt dat eigenlijk zelf zo hebt u afgeleid trekt u mijn integriteit zonder meer in twijfel. Ik heb daarvan in eerste instantie gezegd en B. en W. heeft dat onderschreven, dat we het jammer vinden. Ik wil daar persoonlijk aan toevoegen dat ik het nog steeds jammer vind dat dat overeind blijft. U heeft net zoals anderen alle stukken in deze kunnen inzien. U heeft dezelfde informatie als ik en als de anderen. Er is een besluit gevallen in de raad waarin uw raad besluit om dat voorstel te accepteren, dan blijft dit nog overeind. Een persoonlijke noot: Ik vind dat bijzonder triest. Mijnheer de voorzitter, in antwoord op de verdere vraag ten aanzien van de jeugd honken waar de heer Jongenelen het voorstel doet om het beheer van de jeugdhonken aan hun over te laten met name wat betreft dan het onderhoud en dat daartegenover ook staat dat ze geen huur meer hoeven te betalen. Daarvan zou ik willen zeggen dat het wellicht een voordeel is in dit geval, omdat de kosten voor ons betrekke lijk veel hoger zijn dan de opbrengsten, maar de beleidslijn die we in deze zouden willen aanhouden is dat de volle prijs die gerekend wordt voor de akkommodatie die in gebruik is zoals die is vastgesteld en dat wij het onderhoud daarin mee nemen en dat wanneer er een onderhoud verricht wordt door de mensen zelf dat achteraf verrekend wordt vanuit de betaling door middel van verlaging in de storting in het onderhoudsfonds. Die beleidslijn zouden wij graag willen aan houden en derhalve dit willen ontraden. Ten aanzien van de beschouwing van de heer Van Hoek die zegt dat de tendens aanwezig is om te komen tot het in eigen appa raat onderbrengen van alle geautomatiseerde functies. Ik denk niet dat het gaat om alle geautomatiseerde functies, dus dat het niet daarom gaat, maar ik ben wel met de heer Van Hoek eens dat het planmatig moet gebeuren, wanneer we deze zaken zelf in eigen beheer zouden gaan nemen en dat lijkt me gewoon een goede zaak. Ten aanzien van de beschouwingen van de heer De Hoog. U vraagt om een toezegging om een verdere openstelling van het gemeentehuis te onderzoeken en daarover met concrete voorstellen te komen, omdat het ook wellicht geïnspireerd was op het organisatorisch probleem en te weinig op het publiek. Ik zeg u toe in het voor-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1982 | | pagina 198