-12-
De VOORZITTER: Mijnheer De Hoog, ik moet u onderbreken. Wij zijn hier bezig met
het besturen van de gemeente en daarvoor bent u allen gekozen.
De heer DE HOOG: Ja, waar het om gaat is dat wij een akkoord hebben gesloten, er
is een politieke wil uitgesproken. We zijn drie maanden bezig en het C.D.A. geeft
continu blijk van wantrouwen in het bestuur. Ze heeft nu uitgesproken
dat het gaat over een specifieke wethouder, maar die ondergrond heeft er steeds
gezeten en ik vind ook vanwege juist dat goede besturen dat het C.D.A. moet weten
wat ze doet.
De VOORZITTER: Er ligt vanuit de eerste instantie van deze discussie een voorstel
van de zijde van de heer Klijs om als gemeenteraad uit de spreken dat we het be
sluit van 7 september intrekken. Ik denk dat de heer Klijs dat in stemming gebracht
wil zien.
De heer KLIJS: Graag voorzitter.
De VOORZITTER: Dan moeten we nu tot stemming overgaan.
De loting wijst aan dat de heer Klijs (nr. 1 van de presentielijst) als eerste
stemt.
De stemming heeft tot resultaat:
Vóór genoemd voorstel stemmen de leden: Klijs, Wijnen, De Raad-Dillerop, Rubbens,
Jongenelen en Van Hoek.
Tegen genoemd voorstel stemmen de leden: Hermes, Den Braber, Van Wijk, Kniep-Köhnke
Du Pont, Rennings, Van Oosterhout, Van Eijkeren en De Hoog.
Het voorstel is derhalve met 6 stemmen voor en 9 stemmen tegen verworpen.
De VOORZITTER: Mag ik aannemen dat de conclusie die we daaraan moeten verbinden
is dat met de aantekening dat de C.D.A.-fractie tegen is de raad zich met het voor
stel verenigt.
Besloten wordt:
a. de stukken, vermeld onder 1 tot en met 9 en 13, vooj; kennisgeving aan te nemen;
b. met betrekking tot het stuk, vermeld onder 10, terzake een Kroonberoep in te
stellen;
c. met betrekking tot het stuk, vermeld onder 11, geen bezwaren in te dienen;
d. het stuk, vermeld onder 12, conform bijgevoegd ontwerp-schrijven te beantwoorden
onder aantekening dat de fractie van het C.D.A. tegen dit ontwerp-schrijven,
inzake uitbreiding van het aantal wethouders, is.
*t. Voorstel tot:
a. vaststelling van de begrotingen van de bedrijven en de algemene dienst van de
gemeente voor 1983;~
b. vaststelling van de 1e en 2e wijziging van de gemeentebegroting 1983 en 1e
wijziging van de begrotingen 19"3 van woningbedrijf, grondbedrijf en bedrijf
gemeentewerken
c. vaststelling van het investeringsprogramma voor de jaren 1983 tot en met 1987;
d. vaststelling van de meerjarenraming fonds grote werken voor de jaren 1983 tot
en met 19^7;
e. goedkeuring van de tarieven 1983 van de gemeentelijke centrale antenne-in
richting.
De VOORZITTER: Ik stel voor dat we dezelfde volgorde aanhouden als we de eerste
instantie hebben gedaan, waarbij gezien de functieverdeling in de fractie van
het C.D.A. allereerst het woord is aan de heer Wijnen.
De heer WIJNEN: Mijnheer de voorzitter, het antwoord van het college op onze
beschouwingen in eerste termijn geeft aanleiding tot enige reacties. Daarnaast
zullen we ingaan op de voorstellen en gedachten die door andere fracties naar
voren zijn gebracht. In uw antwoord geeft u onder meer aan dat een aantal door
de C.D.A.-fractie genoemde onderwerpen zich niet leenden voor bespreking in de
commissie algemene en bestuurlijke zaken. Dit antwoord is teleurstellend. Beter
ware het geweest om aan te geven welke onderwerpen volgens u dan wel in de
commissie aan de orde dienen te komen en wanneer dit het geval zou zijn. Volgens de
C.D.A.-fractie behoort de informatie-voorziening vanuit het college naar de
raad duidelijk thuis in een dergelijke commissie. De huidige gang van zaken geeft
overigens aan dat er wel voorbereidingen worden getroffen en dat er iets wordt
geregeld zonder overleg met de raadsleden. De commissie- en werkgroeporganisatie
is eveneens een punt dat dringend de aandacht verdient. In juli en augustus zijn
