de haven uitgevoerd te worden. Dit beleid staat echter niet op zichzelf,
maar is afgeleid van het bestemmingsplan voor de kom waarin de ontwikkeling
van de haven nadrukkelijk is uitgezet. Tegen dit bestemmingsplan zijn een
aantal bezwaren ingebracht, die de vaststelling en uitvoering enige jaren hebben
vertraagd. Ten aanzien van het onderdeel van de haven is echter op geen enkel
punt een bezwaar ingediend. Onze fractie kiest mede om die reden voor een
volledige open haven, overeenkomstig dit bestemmingsplan. Wij achten een soort
referendum over de haven overbodig en in strijd met de zorgvuldigheid waarmee
in het verladen 'r het bestemmingsplan voor de kom is voorbereid en vastgesteld.
Aanleiding voor het houden van een referendum is de suggestie een deel van de
haven te dempen. Wij zijn geen voorstander van het dempen van de zwaaikom
als alternatieve oplossing voor*de haven. De redenen: Het feit dat alle po
litieke partijen voor de gemeenteraadsverkiezingen hebben gesteld dat de haven
moet open blijven; dat verplaatsing van de markt naar het stuk haven dat eerst
gedempt moet worden, de relatie met een deel van het vernieuwde centrumerf
te veel wordt verbroken; het dan ontstane plein veel te excentrisch ligt om
ooit het hart van Oudenbosch te worden en het bestemmingsplan zoals eerder ge
zegd niet toestaat dat de haven gedempt wordt. Mijnheer de voorzitter, in het
program -akkoord hebben de partijen in deze gemeenteraad unaniem twee zaken
absolute prioriteit gegeven, te weten woningbouw en het sociaal-economisch
beleid waaronder het behoud en uitbreiding van onderwijsvormen. Ten aanzien
van de woningbouw en het sociaal-economisch beleid draagt het gemeentebestuur
niet de eerste verantwoordelijkheid, maar zij kan slechts voorwaardenscheppend
werk doen. Het effect van dit werk is er niet minder belangrijk onder zoals
in de vergadering van oktober met betrekking tot de woningbouw nog nadrukke
lijk is gebleken. In enkele maanden kon het contingent woningen dat aan de
Zouavenlaan verloren dreigde te gaan in Albano worden gerealiseerd. Deze
woningen zijn soberder en kleiner en zij nemen aanzienlijk minder grond in be
slag, maar zijn ook aanzienlijk goedkoper. De woningen die in '83 voor be
woning gereed komen zullen zoals u weet vermoedelijk een huur hebben van circa
430,per maand. Ter vergelijking de ^6 woningwetwoningen die in 1980
voor bewoning gereed kwamen hadden in dat jaar een gemiddelde huur van ^32,50.
Bij een huurverhoging van 6% per jaar zoals minimaal de laatste jaren gebruike
lijk is, is de huur uit 1980 inmiddels met 19% of ruim 80,per maand ge
stegen. Een beter middel als sobere en kleinere woning om de woonkosten te ver
lagen kan niet worden geleverd. Dit succes komt ook op rekening van de woning
stichting St. Bernardus, die flexibel op de gewijzigde situatie inspeelde.
Voor de toekomst zal deze lijn moeten worden doorgetrokken. Met een woningbouw
programma van 153 woningen biedt 1983 een beter perspectief voor de volks
huisvesting dan de afgelopen uiterst sobere jaren. In dit verband verzoek ik
u ons te informeren omtrent de huidige stand van zaken m.b.t. de woningbouw
plannen, de voortgang met de realisatie, het type en omvang van de geplande
woningen Indien het rijk het voorgenomen woningbouwprogramma 1983 ongewijzigd
laat, waarmee de gesubsidieerde bouw drastisch wordt teruggebracht, in welke
mate kan dan het eerdergenoemde woningbouwprogramma voor onze gemeente worden
gehandhaafd door vergroting van het aantal goedkope woningen in de vrije sector
Op het effect voor de begroting van de algemene dienst van de woningbouw kom
ik in het vervolg nog terug. Mag met betrekking tot de woningbouw met enige
voorzichtigheid op betere tijden worden gehoopt, voor het sociaal-economisch
beleid is dit nog geenszins het geval. Ook op dit beleidsterrein zal de trend
van het beleid uit het verleden moeten worden omgebogen. De instrumenten die
tot nu toe worden toegepast zullen daarvoor niet toereikend zijn. De werkloos
heid in Oudenbosch ligt met 15% per 1 september 1982 op het landelijk niveau
en iets onder het gemiddelde van West-Brabant. Wij zijn van mening dat de
kansen op loonvorming voor deze grote groep voor niet aktieven moet worden ver
groot en belemmeringen dienen te worden weggenomen. De grote groep jongeren,
schoolverlaters, die werkloos is, maakt het ook om andere redenen noodzakelijk
maatregelen te treffen hen aan het arbeidsproces te laten deelnemen, namelijk
om te voorkomen dat deze groep blijvend van het arbeidsproces blijft verstoken
door het ontbreken van werkervaring. In het algemeen zijn wij het eens met hetgeen
u op bladzijde 70 van de nota van aanbieding terzake stelt. Daarmee wil niet