-12- verordening die heb ik er nog eens op nagelezen en die geeft denk ik voor deze benadering alleen maar aanleiding om te zeggen dat is een vrijmoedige benadering. Goed, het is er niet expliciet uit te halen dat dit door de verordening niet toe gestaan wordt maar het is er ook nauwelijks uit te halen. Kijken we dan inhoudelijk naar de materie waarover we praten dan valt al direkt op dat u gebruikt de ook al weer oude kreet "bevordering van doorstroming"Ik heb in een veel eerder stadium in deze raad een aantal rapporten geciteerd, ik heb ze toen ook bij me gehad, toen het ook in dit geval ging over woningbouw, niet over premieregelingen, maar in die wetenschappelijke rapporten waarin nadrukkelijk werd afgerekend met het fenomeen "doorstroming". Doorstroming bestaat niet of nauwelijks en als doorstroming bestaat, want als ik zeg nauwelijks dan betekent dat er wel iets bestaat, dan is het nog een kwestie van als u daar een beroep op doet dan betekent het dat je bouwt voor iemand die het niet nodig heeft in de hoop dat hij een woning verlaat voor iemand die het wel nodig heeft. Nou waarom bouw je dan niet ineens een woning voor iemand die het wel nodig heeft Een ander argument wat gegeven wordt buiten die doorstroming dat is die bevordering eigen woningbezit. Nou ik denk dat dat een goede zaak is. Mijn fractie heeft er ook geen enkele moeite mee met bevordering van eigen woningbezit, maar we willen dan toch wel een beetje de nadruk leggen op eigen woningbezit. De wijze waarop in dit geval mensen soms woningen kopen die is nauwelijks te omschrijven met het begrip eigen woningbezit, dat is veel meer te omschrijven met het bezit van een eigen galg. Alleen het vervelende is dat het een driemansgalg is en op een gegeven moment dan hangt daar niet alleen de eigenaar aan, maar ook de gemeente en ook het rijk en ik denk dat vanwege die overwegingen dat het een hele slechte zaak is om als overheid te committeren met de mogelijkheden voor iemand om verder te springen dan een normaal menselijke polsstok lang is. Zeker in deze tijd waar vrijwel alles op losse schroeven staat, waar we zelfs binnen gemeenten en binnen rijksoverheid en binnen de provinciale overheid bezig zijn, ook al mag dat in Oudenbosch nog niet zo heel erg plaatsvinden, maar er zijn legio gemeenten waar het wel zo is en wellicht volgt Oudenbosch, waar je op een gegeven moment zelfs de vrij onaantastbare positie van de ambtenaar waar je van moet zeggen die staat in een aantal gevallen op de helling en moet je dan in deze tijd mensen die strop aanbieden Mijnheer de voorzitter, ik kan me deze overwegingen niet voorstellen, ik vind het echt een foute zaak uit mense lijk oogpunt en ik denk dat mijn fractie dan ook in ieder geval het voorstel moet doen, want zo moeten we het wel benaderen, want er ligt een verordening en u voert die per delegatiebesluit uit en ik denk dus dat wij het niet anders kunnen be naderen dan dat we het voorstel nu hier indienen om geen garanties te verstrekken die uitstijgen, nee, ik moet het even goed formuleren, geen garanties verstrekken wanneer de totale som die men nodig heeft om de woning te betalen hoger is dan die bewuste gekapitaliseerde 23% van het inkomen en ik denk dat daarmee, zij het dan dat ik het wat brakkig geformuleerd heb, ik had het eerst op papier moeten zetten, maar u begrijpt het ongetwijfeld. Ik heb aangegeven dat wij deze weg niet langer willen volgen. Mevrouw KNIEP-KÖHNKEMijnheer de voorzitter, de genoemde discussie-nota geeft mij de aanleiding tot de volgende opmerkingen. De gevolgde procedure op zich komt overeen met de gedachtengang van de V.V.D.: De burgers zoveel mogelijk verantwoorde lijk te doen zijn voor hun daden. Zou iemand bereid zijn meer voor zijn woonge not te betalen dan die 23% van het bruto-inkomen zoals genoemd in de verordening, dan zou dat ook zonder meer mogelijk moeten zijn. Het komt mij echter voor dat juist in deze tijd een interpretatie van deze verordening, zoals omschreven in de discussienota wat slecht gekozen is gezien de economische situatie waarin wij verkeren en de daaruit voortvloeiende inkomensvermindering. Die veroude inkomens van de middengroep betrekken. De kans is daardoor aanwezig dat juist de aanvrage van een garantie die met zijn totale lasten boven 23%-norm gaat als gevolg van de niet te voorspellen inkomensvermindering in de situatie komt dat hij niet meer aan zijn financiële verplichtingen kan voldoen, waardoor speciaal in deze gevallen alsnog een beroep op het fonds moet worden gedaan om eventuele stroppen van de banken te compenseren. Dit nu zie ik nog steeds niet als een juiste toepassing van de gemeenschapsgelden. Uit het discussiestuk blijkt dat de in de praktijk opgedane ervaring heeft geleerd dat de risico's aanvaardbaar zijn. Op grond hiervan ga ik dan ook akkoord met de inmiddels kennelijk reeds in gebruik zijnde methode van garantieverlening. Daarbij wil ik echter wel de kanttekening maken dat indien

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1982 | | pagina 73