-32-
16. Voorstel tot het aan het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant toever
trouwen van de taak, bestaande in het verrichten van een onderzoek naar
(een) geschikte lokatie(s) voor (een) gewestelijke stortplaats(en)
De heer WIJNEN: Ja, mijnheer de voorzitter, tegen het voorstel hebben wij
geen bezwaar. Alleen het zoeken naar zo'n lokatie, dat is natuurlijk prachtig,
wij zullen er niet aan meebetalen omdat wij er geen gebruik van maken. Toch
zou ik wel bevorderd willen zien dat wij er nog een keer aan mee zouden
kunnen gaan betalen, want het storten vah. allerlei tuinmateriaal dat is
natuurlijk veel goedkoper dan het opstoken voor 75,-- per ton. Ik zou
het eigenlijk willen bevorderen dat wij een soort vuilruil tot stand zouden
kunnen brengen, dat er een plaatsje ingenomen wordt in het crematorium voor
het moeilijk te verwerken vuil van de plaatsen die tot dusver dat vuil
stortten en dat ons tuinmateriaal, ons tuinafval voor 3»gestort kan
worden.
De heer DU PONT: Ja, u weet dat niet alleen bet zoeken naar stortplaatsen
in onderzoek is, maar ook de hele positie van de vuilverbranding en wat
er uiteindelijk uit kan komen dat is niet bekend. Dat onderzoek ten aanzien
van de vuilverbranding zal in ieder geval door de provincie ter hand genomen
worden. Wat daar uiteindelijk de bestemming van gaat worden dat zal uit het
onderzoek moeten blijken en ik denk dat die aspecten die u noemt dat die
daar ook zeker in meegenomen worden, maar ook andere. Het zou dus kunnen
zijn dat de vuilverbranding een heel andere bestemming krijgt.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
17» Rondvraag.
De heer DEN BRABER: Mijnheer de voorzitter, ik heb 2 of 3 maanden geleden
bij de vaststelling van de begroting van de bibliotheek hebben wij toen dat
voorbehoud gemaakt ten aanzien van die bestuurskosten. Bent u (fear al wat
verder mee
De VOORZITTER: Ja, uit het hoofd kan ik u niet antwoorden, maar ik zal zorgen
dat het antwoord ter inzage komt, in de leesmap voor de raad. Akkoord
De heer RENNINGS: Voorzitter, et stond vanmorgen in de regionale pers een
uitgebreid artikel over de woningbouw. Uw gezichtsuitdrukking verraadt al
niet veel goeds. Is het juist en zo ja, om welke aantallen woningen gaat
het die Oudenbosch zijn toegewezen Is het mogelijk dat wij nog van '81
rest -woningen hebben. Er stond in de pers dat we vorig jaar 90 woningwet
woningen gebouwd hadden. Bij mijn weten is dat niet het geval, want dat was
het contingent voor 1980 en betekent dat als ik kijk naar de restwoningen
van andere gemeenten dat wij 90 woningwetwoningen uit het contingent '81
in '82 mogen bouwen en wat voor vermoedelijke effecten heeft dat op die 2
plannen waarvan er een is met een fatale datum
De VOORZITTER: Nou, het verhaal klopt. Wij mogen nog in de huursfeer k2
woningen bouwen en in de koopsfeer gesubsidieerd 16 en dan doen ze in Den
Bosch nog net alsof je daar echt van harte dank je wel voor moet zeggen.
Dan wekken ze de indruk dat ze je nog gehonoreerd hebben voor het feit dat
je als gemeente in het kader van het streekplan ook nog een taak vervult
ten behoeve van de omliggende gemeenten. Ik heb die vraag keihard zo op
tafel gelegd bij gedeputeerde Siepman, die voorzitter is bij die commissie
verdeling rijkssteun woningbouw en ja, er is met de positie van Oudenbosch
rekening gehouden. Nou toen heb ik hem heel vriendelijk aangestaard, maar ook
heel ongelovig en hij zei ja, er is verder niks. Dus, ja, ik kan er ook niks
aan doen. Resten van vroeger zijn er niet. Het enige wat er gespeeld heeft en
dat zou dan, maar dat kon hij niet precies aangeven, wellicht ook nog het
aantal voor ons ook nog wat positiever beïnvloed hebben, dat was de ijzeren
overloop die er lag en er lagen de huurwoningen aan de Zouavenlaan die vorig
jaar al aangevraagd waren, maar toen afgewezen waren omdat de vorige staats
secretaris die volkshuisvesting in zijn portefeuille had in juni vorig jaar