-30- hele korte periode kan gaan dan, want je moet toch zeker met een aantal jaren rekenen voordat de huidige eigenaar de opstand kwijt is en dan is het tot '86 of '87 toch niet zo lang meer én vanwege het feit dat we moeten voorkomen dat we straks nog eens voor extra kosten komen, want dat was juist het aantrekkelijke van deze situatie, dat het toch aanbeveling verdient om het toch zo te doen. Ik begrijp dat, ja, we kunnen natuurlijk ook aan een derde instantie beginnen, maar dat is bij ieder agendapunt en ik vraag me af of het verstandig is, maar als de raad dat nodig vindt dan doen we dat. De heer WIJNEN: Ik wil een voorstel doen. Ik wil een voorstel doen in deze zin dat het gebruik om niet beperkt wordt tot 1 januari 1983. Hij koopt die opstand op dit moment en die moet hij ruimen en dan wordt die grond ter beschikking gesteld aan de gemeente om in één jaar de pacht aan gegadigde uit te geven in een overeenkomst waarbij onmiddellijke onteigening of ontruiming ge vraagd kan worden als dat gewenst is. Die overeenkomsten zijn er. Zeker als de eigenaar het met een niet tot de landbouw betrekking hebbend doel gaat ge bruiken. De VOORZITTER: Ja, dat lijkt allemaal heel redelijk, maar we hebben een over eenkomst gesloten om te voorkomen dat we in de toekomst nog eens met bedragen van in de 30*te maken krijgen en als we dan nu iemand die een niet pro fessioneel boomkweker is verplichten om in één plantseizoen die zaken kwijt te raken, dan denk ik dat je van de vertrouwensrelatie die er was een beetje misbruik gaat maken. Ik zou het sterk willen ontraden. Ik denk dat er best te praten zal zijn met de man over 1 januari '85, maar als je zegt 1 januari '83 dan stel je hem voor het gegeven dat die het merendeel van de opstand op een houtstapel kan gooien op y\ december. Het voorstel van de heer Wijnen is om artikel 12 te wijzigen in die zin dat daar komt dat het per 1 januari 1983 vrij moet worden opgeleverd. De heer MEIJERS: Ik wil een tussenvoorstel doen. De VOORZITTER: Nee, dat kan niet. De heer MEIJERS: Jawel. De VOORZITTER: Nee, mijnheer Meijers, luister. Aan de orde is de stemming over het voorstel van de heer Wijnen. Als u zegt ik wil een stemverklaring geven dan kan dat wel kort, maar u kunt geen tussenvoorstel doen. De heer MEIJERS: Ik wil dan een stemverklaring doen dat tot 1 januari '84, want ik ben het met u eens dat die termijn te kort is tot '83. De VOORZITTER: Dus u bent tegen het voorstel van de heer Wijnen. Dan kunt u daarna een ander voorstel doen. De stemming heeft tot resultaat: Tegen genoemd voorstel stemmen de leden: Den Braber, Meijers, Van Elzakker, Brouwers, Mol, Rennings, Kop Jansen, Kniep-Köhnke, Kok en Van der Graaf. Voor genoemd voorstel stemmen de leden: Wijnen i en Van Hoek. Het voorstel is derhalve met 10 stemmen tegen en 2 stemmen voor verworpen. De VOORZITTER: Een voorstel van de heer Meijers om ervan te maken ontruiming per 1 januari '8^. De stemming heeft tot resultaat: Voor genoemd voorstel stemmen de leden: Meijers, Van Elzakker, Wijnen, Brouwers, Van Hoek en Kok. Tegen genoemd voorstel stemmen de leden: Den Braber, Mol, Rennings, Kop Jansen, Kniep-Köhnke en Van der Graaf. Het voorstel is derhalve met 6 stemmen voor en 6 stemmen tegen aangehouden. De VOORZITTER: Dan wordt het aangehouden tot een volgende vergadering, maar dan moet ik u toch op de consequentie wijzen, want dan is namelijk daarmee niet meer realiseerbaar vermoedelijk dat we geen extra notariskosten krijgen. De heer VAN DER GRAAF: We kunnen een nieuw voorstel doen voor 1 januari 1985, dat heeft u al gezegd. De VOORZITTER: Ja, maar dan moeten we volgende keer toch nog over dit stemmen. De heer VAN DER GRAAF: Ja, maar als dit haalbaar is kunnen we wel verder. De VOORZITTER: Ik denk dat we dat uit praktische overwegingen moeten doen, want anders dan maken we daarmee de zaak extra kostbaar. Mag ik het voorstel van het college nog eens aan u voorleggen: 1 januari '85. Dat is dan een tussenvoorstel tussen wat het college aanvankelijk deed zonder termijnen en *85.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1982 | | pagina 189