-25- aantal dingen in gelezen, dus de verdere ontwikkeling zoals het college dat denkt. Het college denkt er aan om de commissie culturele minderheden op te heffen. Moet ik dat nu uit dit stuk lezen Dat heeft u zelf vastgesteld, niet om de commissie op te offeren of op te heffen, maar wel om een onderzoek te doen naar het tot stand brengen van één grote welzijnscommissie en daarin zou dus ook het beleid voor de culturele minderheden ondergebracht kunnen worden. Nou dat onderzoek ik denk dat dat overigens ook wel in de onderhandelingen voor het programmavorming plaats zal hebben, maar het is dus al bij de aan bieding of bij de vaststelling van de beleidsnota sociaal-cultureel werk vast gesteld, dat we dat onderzoek zouden doen. Dus die komt niet zo uit de lucht vallen, dat is een duidelijke zaak. Ik heb daar eerder ook wel eens argumenten voor aangedragen, namelijk dat ik vind dat je een commissie culturele minder heden dat als je daar over beleid wilt praten dat je daar dan ook de buiten landers in mee moet kunnen laten doen. Nou in die zin functioneert de commissie niet. De zaken gaan in feite met Nederlanders over buitenlanders. Dat vind ik geen ideale situatie. Dat is een eerlijke mening die je genist mag hebben en waar je dan moet gaan zoeken hoe kunnen we dat wel beter gaan reguleren. De mogelijkheid van het gestructureerd overleg dat in ieder geval erin voor ziet dat je gestructureerd volgens afspraak of volgens een vaste lijn met elkaar overlegd met de buitenlanders. Dan is het ook mogelijk omdat je dan in een wat meer informele sfeer met de buitenlanders kunt praten. Deze mensen hoeven dan op dit moment ook niet de Nederlandse taal helemaal machtig te zijn. Dat kan wel. Nou de formele relatie wordt dan gelegd naar bijvoorbeeld de welzijnscommissie, die dus dezelfde functie heeft, een vaste commissie van advies en bijstand van het college zoals de commissie culturele minderheden dat heeft. We hebben gezegd nou dan heeft de enig Nederlands sprekende buiten lander al voorbehoud gemaakt. Ik denk dat, ja, dat is in ieder geval niet helemaal juist geïnterpreteerd. Het probleem was dat men binnen dat overleg met een aantal mensen van het I.K.O. wel een goede oplossing vond om het gestructureerd overleg dus vorm te geven, maar men kon geen buitenlanders voor een formele commissie, dus ook bijvoorbeeld niet voor de welzijnscommissie leveren, zuiver en alleen op grond van de handicap van de Nederlandse taal, maar vooral ook de wijze van vergaderen die volkomen anders is. Dezelfde problemen ervaren en ook doorgesproken indertijd met de heer Rabbae, waar men in Breda met hetzelfde probleem zat. Nou dat voorbehoud is door het I.K.O. gemaakt. Men wilde daar in de vergadering over spreken en daarover kwam men dus met een uitsluitsel en ik denk dat we dat moeten gebruiken om de discussie daarover verder te voeren. Ja, ik denk voorzitter dat is daar toch, ik heb in ieder geval een poging gedaan om duidelijk te maken dat dat verslag een weer gave is van het werk dat gedaan is. Dat men heeft aangegeven dat,het voor nemen is ook bekend, we die zaken via een coördinator verder gestalte willen geven en hoe dat we de mogelijkheden onderzoeken om dat bestuurlijk ook in de commissie verder te brengen. De VOORZITTER: Mag ik er twee dingen aan toevoegen. Een van formele aard en een van financiële aard. Het zou wel eens kunnen zijn bij nader inzien, dat de heer Van der Graaf als hij zegt het wethouder-salaris dat kun je niet als extra bestuurskosten aanmerken, dat dat best wel hout snijdt en dat het departement dat niet zou willen accepteren, omdat voor het bestuur van de gemeente dat hele wethouder-salaris aanwezig is en bij ambtenaren kun je spreken van deeltaken of onderdelen die duidelijk met de behartiging van een bepaald stuk van het beleid te maken hebben. Ik denk dat je dat bij wethoudersalaris, het salaris van de burgemeester, de vergoeding van raadsleden niet kunt doen, dat die allemaal met het besturen van de gemeente in zijn totaliteit te maken hebben. Misschien dat we t daarvoor ook wel die overheveling naar volgend jaar nodig hebben of eigenlijk naar dit jaar nodig hebben. Ik weet dat er een brief is binnengekomen, maar in detail weet ik daarvan verder de inhoud niet. Met betrek king tot de conclusie van de heer Van der Graaf dat overheveling van een groot gedeelte van die 30.000,naar 1982 hem wel welkom zou zijn, moet ik zeggen dat er dan toch wel een tegenvallertje zit in het feit dat die 30.000, in de begroting zitten, post 33, als dekkingsmiddelen. Dus ze zijn al als inkomsten geraamd, dus als ze volgend jaar binnen zouden komen dan kun je er

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1982 | | pagina 184