-31+- preteer en dat wil ik dan graag even vernemen of dat dat zo is. De heer RENNINGS: Neen. De heer VAN HOOF: Is dat daar 50% van de 5-90^,die ons in het preadvies zijn genoemd De VOORZITTER: Dat is voor 1981. De heer BROUWERS: Ja, dat zijn de kosten die wij gekregen hebben voor 1981, maar daar is geen beroep op gedaan. Wij hebben nou een krediet van 1.000, voor de organisatiekosten. Mijnheer Rennings bedoelde voor de rijksbijdrage die komt in 1982. En dat is die 35*000,dus 17-500, De heer VAN HOOF: Dan heb ik het verkeerde cijfer mijnheer de voorzitter, ik dacht dat het 50% zou zijn van het bedrag wat we van het rijk zouden krijgen. De VOORZITTER: Ja, gevraagd is 35.875, De heer VAN HOOF: Waar is deze 5-90^,dan op gebaseerd De VOORZITTER: Dat is gekregen in 1981. De heer VAN HOOF: Nou, dan vind ik dat toch een zeer vergaand voorstel. Daar kan ik mij toch een, twee, drie niet in vinden. We moeten het natuurlijk ergens aan opmaken en dan gaan we gewoon zoeken. Nee, ik vind dat toch te rigoureus, mijnheer de voorzitter. Ik kan me in dat voorstel niet vinden. De heer VAN DER GRAAF: Ja, voorzitter,als vliegende keep of achtervanger, maar ook wel een klein beetje om mijn aandeel in deze spraakwaterval niet te missen. Eerst graag iets over de organisatie, de bestuurlijke organisatie in deze ge meente leidt tot dit soort spraakwatervallen en met name gewoon omdat wij ge confronteerd worden met voorstellen die tamelijk vergaand zijn en erg gedetail leerd en waar je in feite beleidsmatig voorbereidend als raad helemaal niks mee kunt doen en het gevolg is dan dat we hier vele uren voor nodig hebben en dan nog eigenlijk op geen enkele manier weten van elkaar, want er is niemand meer die het bij kan houden, wat er nou allemaal in feite voor verschillende meningen liggen. Nou de heer Rennings die weet dat in ieder geval wel zegt hij. Ik denk dat we ons daar best eens een keer het hoofd over mochten breken of we tot een andere bestuurlijke organisatie moesten komen om dit soort zaken wat eenvoudiger te maken om hier te behandelen. Ik denk mijnheer de voorzitter, dat er een grenzeloos optimisme en een misplaatst optimisme spreekt uit wat de meeste mensen die inbreng geleverd hebben voelen tegenover waarschijnlijke deelname aan deze reeks projecten. Alleen al het feit dus dat er zo optimistisch gedaan wordt dat er prioriteiten gesteld moeten worden. Mocht het overlopen, dat getuigt er al heel erg van. Ik heb een aantal projecten in den lande gevolgd. Eigenlijk alleen bij gemeenten die vrij veel groter zijn dan de gemeente Ouden bosch, maar dat getuigd nog meer, juist van het feit dat het optimisme hier wat misplaatst is. Hoeveel mensen krijg je nou bij elkaar, verhoudingsgewijs, per centage Er is geen gemeente in Nederland te vinden waar dat hoger is dan 10%. Dan nog zullen de voorwaarden optimaal moeten zijn. Nou in die gemeenten waar zeg maar daar in vrij behoorlijke mate aan voldaan wordt, is gekozen voor een totaal andere invalshoek. Niet versnipperd, maar in een vorm van centrum, waar binnen en van waaruit zich alles afspeelt en in die vorm krijgen dan ook de mensen gelegenheid om zichzelf uit te spreken over wat ze nou eigenlijk willen. Om zelf mede gestalte te geven aan activiteiten en meer nog wat gaan wij hier voorstellen. De ene instelling wil iets aan muziek gaan doen. Die moet proberen om uit dat bescheiden groepje om daar dan nog eens een keer een groepje mensen uit te krijgen die aan muziek willen gaan doen, maar los van al dat andere, dus allemaal aparte organisaties. De ander die moet aan andere vorming gaan doen. Kreatieve vorming. Ik denk dat er eigenlijk maar een instelling is die zich ertoe leent om een zeg maar wat geïsoleerde plaats in kan nemen in het totaal aan activiteiten en projecten en dan met name omdat die sub-doelgroep waar schijnlijk op geen enkele andere manier te bereiken zal zijn en dat zijn de etnische minderheden in hun eigen centrum, maar dan moeten ze niet weggehaald worden en naar elders toe, maar dan moet er naar hen toegekomen worden* bij het bieden van de nodige hulp in alle vormen waar dat geboden moet worden. Ga je nu een dergelijk project opzetten in een centrum van waaruit alles geregeld wordt dan zal blijken dat die soos-gedachte dat dat eigenlijk de centrale plaats is van waaruit mensen eerst vertier zoeken vervolgens over hun sores gaan spreken wellicht zelfs actiegroepen voeren, met spandoeken voor het gemeentehuis hier

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 98