-29-
wat beter omschreven kader naar buiten kwamen via de mond-op-mondbeademing
bij wijze van spreken, is er eigenlijk al een initiatief geboren in de
werkgroep Werk en Samenleving in de Paulusparochie, die mede gestimuleerd
door die wetenschap activiteiten zijn begonnen en die zouden dat zo organisa
torisch rond hebben dat ze daarin overleg met de welzijnsambtenaar en het
maatschappelijk centrum hebben. Dus ik denk toch dat we op de goede weg zijn
door het langs deze weg te kunnen gaan doen en dan moet je inderdaad nog
even afwachten wat het allemaal nog oplevert. Het deed mij een klein beetje
pijn wat hij zei met zijn opmerking over dit soort voorstellen zijn toch
altijd bureaucratisch. Ik heb nog voor geen tiende procent in mijn ziel wat
bureaucratisch wil zijn. Ik denk dat je er niet langs komt om zaken op papier
te zetten, nou en dat hebben we en de heer Rennings heeft dat dacht ik duide
lijk gemaakt, dat hebben we zo summier mogelijk gedaan, maar wel zodanig dat
duidelijk is wat minimaal vereist is om als kader te kunnen starten en vandaar
dat ik, ik ben niet bureaucratisch en ik vind ook dat dit stuk niet bureau
cratisch is. Als het gaat om dat het van achter een bureau of vanuit een werk
groep geboren is en niet eigenlijk de werklozen, dan zeg ik ja, dat is akkoord
maar daar heb ik het onvermogen al van aangegeven. Mijnheer Van Hoof die heeft
naar mijn mening terecht geresumeerd dat dit al geruime tijd de aandacht
vraagt. Uiteraard dit is niet het kader op grond waarvan je mag zeggen
van nou gaat alles automatisch geboren worden. Dat is inderdaad niet zo. Ik
heb overigens daarnet bij de beantwoording van mijnheer Wijnen of mevrouw Kniep
al aangegeven dat toch de eerste signalen naar buiten al initiatieven bij een
werkgroep hebben losgemaakt en dat zijn de enthousiastelingen die u bedoelt en
daar hoop ik op en dan is de duidelijke strekking dat het M.C. dat onderbouwt
ondersteunt daar waar nodig de aandacht geeft die het nodig heeft. Dan zijn wij
op onze beurt, en dat staat ook in het voorstel, als overheid behulpzaam om
middelen beschikbaar te stellen. De eigen bijdrage afhankelijk van het inkomen
dat ben ik in principe met hem eens maar ik denk dat dat een onmogelijke opgave
is. Ik denk dat je dan zo gedifferentièerd niet alleen met je eigen bijdrages
maar met het verkrijgen van de gegevens moeilijkheden ondervindt dat je dat
gewoon niet kunt realiseren. De enige indicatie zou zijn het belastbaar inkomen
en dan zul je bijvoorbeeld aantreffen dat bijvoorbeeld kO tot 50 mensen geen
inkomstenbelasting krijgen. Ik denk dat dat eigenlijk in de lijn van de ver
wachting ligt. Nou dan moet je uitgaan van andere gegevens. Dan kom je toch
weer op de loongegevens, de uitkering enz. Ik denk dat dat praktisch niet haal
baar is. Waar ligt het in principe Ja, ik denk dat dat naar draagkracht mensen
belasten in feite een juiste zaak is, alleen je moet het kunnen realiseren.
Mijnheer Rennings die heeft gezegd van nou deze notitie die spreekt me wel aan.
Ik weet niet in hoeverre ik inmiddels op vragen van hem ben ingegaan. Terecht,
het beleidskader is hier zeer concreet gemaakt. Beperkt, maar datgene wat er
moet staan staat er naar onze overtuiging in. Publiciteit is niet genoeg. Ik
verwijs weer naar hetgeen ik eerder aan de heer Wijnen heb verteld en ik hoop
dat inderdaad er toch voldoende aanknopingspunten zijn om goede resultaten
te boeken. Dat aantal van 80% geregistreerde werklozen ruimer aangeven. Ik
denk dat hij daarmee uit de problemen is door het voorstel van de heer Den
Braber. Er zijn ook dingen over het niet-conrurrerend zijn gezegd. Terecht,
dat mag niet concurreren met bepaald werk. Met een voorbeeldje heb ik dat
duidelijk gemaakt en dan zitten we dus inderdaad op de juiste lijn met elkaar.
Als je zegt van nou hoe beoordeel je dat, gewoon door het soort aanbod. Je
kunt het aan het aanbod zien. Ik denk dat dat heel duidelijk te maken is. U
vraag is beantwoord met betrekking tot hoe dat contact met het M.C. is ver
lopen. Dan doet hij een concreet voorstel met betrekking tot de eigen bijdrage.
Dat is toch niet helemaal juist bij mij overgekomen. Ik denk dat u dat in
tweede instantie eens moet verduidelijken. U noemt iets van tot 50% van de
rijksbijdrageregeling uit eigen middelen.
De VOORZITTER: Gemeentelijke.
De heer BROUWERS: Maar dan komt u niet aan die 10% eigen bijdrage, die brengt
u niet in discussie. Dan zegt u dan moeten we op de begroting uit onze eigen
middelen 5®% van de rijksbijdrage voteren. Dat is iets wat ik met liefde en
plezier meeneem of dat de rest van het college daarin meegaat dat weet ik niet,
maar dan denk ik dat de raad zich daar wel over uitspreekt, maar wanneer je