-3- dat bij de begroting die we nu zouden moeten gaan aannemen dan of expliciet ge meld zou moeten worden de gemeentefinanciën en de financiële stukken van deze stichting omdat anders toch inderdaad wel wat de hand gelicht wordt met de begroting. Het vindt daar geen steun in, maar voor die tijd zou ik toch wel de vraag beantwoord willen hebben en die kan ik mee beantwoorden overigens, of we deze traditie voortzetten en daarvoor hebben we wat gegevens nodig. Onder meer de vraag van wat kost dat en wat kost dat wanneer de gebruikelijke weg wordt gevolgd, dat een gesubsidieerde stichting zelf dient zorg te dragen voor het overleggen van een accountantsrapport, want daarmee is het te vergelijken en waarbij vervolgens kosten daarvan in de exploitatie worden opgenomen en dan is het maar de vraag of dat dat voor de gemeente al of niet profijtelijk is, maar zelfs als het budgettair neutraal is, dan lijkt mij het zuiverder wanneer dan die zaak toch op een zodanige wijze wordt geregeld dat uit de begrotingspost duidelijk te merken is dat het een dergelijk onderzoek betreft. Ik moet u echt zeggen ik heb er dan kennelijk ook een jaar of 5 a 6 overheen gekeken hoor. De VOORZITTER: Zou het niet het meest praktische zijn dat we die historie eerst naar boven halen en die bespreekbaar maken in de commissie algemene en bestuur lijke zaken en kijken of we er daar verstandig aan doen om met de informatie als we daar over kunnen beschikken die u vraagt, de zaak eens opnieuw te bekijken. Akkoord De heer RENNINGS: Een vraag kan ik wellicht zo beantwoorden. Bij mijn weten komen de kosten voor rekening van de muziekschool, want daar staan ze in de exploitatierekening. De VOORZITTER: Ja, dan wekt dit inderdaad een vreemde indruk, want als je dan kijkt naar de situatie bij de Zellebergen, daar wordt gerapporteerd aan de Zellebergen en dan krijgen wij een afschrift. Dat is dan een zuiverdere vorm natuurlijk, maar we zullen de zaak ter discussie stellen. De heer VAN DER GRAAF: Echt procedureel is het iets wringen, en u weet ik hou niet van wringende zaken, dus wat dat betreft is het alleszins de moeite waard om daar een paar wijzigingen in aan te brengen. De VOORZITTER: We komen erop terug. De heer RENNINGS: Ja, voorzitter, punt 29, het antwoord aan de briefschrijvers is eigenlijk maar vaag een antwoord terug op het concrete verzoek. Het concrete verzoek om maatregelen. Er wordt in het antwoord gezegd wat de voorwaarden op dit moment zijn. Vervolgens in een zin dat die voorwaarden niet voor deze tank gelden. Ik vind dat wij wat duidelijker in de brief kunnen antwoorden, en moeten antwoorden dat wij op dit moment geen maatregelen kunnen nemen. Ik vind op een duidelijke vraag dat we dan ook in deze zin duidelijkheid moeten geven. De heer DU PONT: Ja, ik dacht dat uit de brief duidelijk bleek dat de tank, die er dus al geruime tijd ligt, voldoet aan de voorwaarden die op dat moment golden. Er zijn zelfs voorzieningen getroffen, naderhand nog, die wij dus voor geschreven hebben. Ik dacht dat het nu dus duidelijk naar voren kwam, maar er is niks op tegen dacht ik om het nog duidelijker erin te stellen dat wij op dit moment verdere maatregelen niet kunnen nemen. De heer RENNINGS: Als u het in die zin verwoord dan voldoet u aan mijn verzoek. De VOORZITTER: Dus de heer Rennings bedoelt te zeggen dat de wet de mogelijkheden niet biedt om wat dat betreft in te grijpen. Dan zullen we kijken of het nog aanbeveling verdient om het nog wat te verduidelijken. Zonder dan de geest van de brief aan te tasten. De heer WIJNEN: Ja, dat betreft punt 3, onder h, dat is de administratie van de havenmeester en daar stond een opmerking bij, iets in de zin van gezien de aard en omvang van het bedrijf ware het niet mogelijk om de inkomsten te kunnen vast stellen. Nou vroeg ik mij af is dat bedrijf zodanig groot dat De VOORZITTER: Nee, het is juist zo klein. Je zou op het havenhoofd en de Mark 2k uur per dag iemand neer kunnen zetten die vaststelt welke boten er binnen komen en dan heb je daar het begin van de administratie, dan kun je daarna de verantwoording krijgen, maar dat is waarschijnlijk toch wel met goed geld naar kwaad geld smijten. Vandaar dat ze wel altijd deze opmerking maken, maar ook zelf, ik heb daar met de districtsverificateur ook wel eens een gesprekje over ook zelf zeggen van begin er niet aan om het te wijzigen. Besloten wordt:

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 67