-2k- De heer VAN DER GRAAF: Mijnheer de voorzitter, dat gaat me toch iets te vlug. Niet dat ik het niet bij kan houden, maar nee, het probleem is toch wat anders. Laat ik dan de vraag anders stellen: Wat is er terecht gekomen van de verscher ping van toezicht Zijn er inderdaad dus klaarblijkelijk minder honden dan dat is aangenomen Kunt u daar iets over zeggen De VOORZITTER: Ja, dat laatste is waar, maar we zoeken de bevestiging daarvan in steekproeven die gehouden worden en aan de hand van de resultaten van de steekproeven moet beoordeeld worden of het systeem zoals het nu wordt toege past inderdaad een goed systeem is. De heer VAN DER GRAAF: Dat krijgen we dus voor de komende begrotingsbehandelingen te horen De VOORZITTER: Ja, dat komt voor de begrotingsbehandeling nog een keer aan de orde. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 10. Voorstel tot 7e wijziging van de Algemene Politieverordening. Mevrouw KNIEP-KÖHNKE: Mijnheer de voorzitter, een vraag: Hoe is het met de reeds bestaande alarminstallaties Wat zijn de consequenties daarvan De heer WIJNEN: Ja, wij vinden het gewenst dat de bekendheid met de alarmin stallaties en wat voor een dat er is, dat daar zorgvuldig bij de gemeente mee wordt omgesprongen en slechts hoogst zelden buiten het bureau van de burgemeester komt. Dus er wordt wel gezegd het gemeentebestuur krijgt inzicht in het plaatsen van een luid-alarminstallatie, maar ik denk dat dat heel beperkt moet zijn tot een deel van het gemeentebestuur en waarvan alleen slechts de portefeuille-houder in politiezaken, dat die ervan op de hoogte mag zijn, want als iemand daar een soort openbaar register kan raadplegen dan gaan we de verkeerde kant op. De heer RENNINGS: Ja, voorzitter, eens met het voorstel, maar er wordt de indruk gewekt dat we als gemeentebestuur goede apparaten kunnen voorschrijven. Nou de handicap van dit soort dingen is dat er met de frequentie van eens in de veer tien dagen een nieuw model verschijnt hè. Dat is een markt die zeer inspeelt op nieuwe technische mogelijkheden. Leggen we ons nou iets niet op wat je, is het reëel dat we als gemeentebestuur daar bepaalde normen en eisen aan kunnen binden De heer VAN DER GRAAF: Wat ik nu niet begrijp mijnheer de voorzitter, althans als ik de heer Wijnen hoor, dat is waarom er een aantal mensen is zowel parti culieren als bedrijven, die juist een bordje ophangen van let op deze zaak of dit huis is electronisch beveiligd. Nou, we zouden het die mensen dus veel makke lijker kunnen maken met dat openbare register. Dan kan men gewoon komen kijken van in welk huis moet ik niet wezen. Ik denk dat dat een zeer reëel uitgangspunt is, want dat is ook de reden waarom men dat bordje erop zet. Van probeer het hier nou niet De VOORZITTER: Ja, maar die lampen zitten aan de voorkant van het huis hoor. De heer VAN DER GRAAF: Ook dat nog. Goed, maar ik had eigenlijk een andere vraag willen stellen. Dat is: Hoe gaat die controle verlopen Hoe wil het college van B. en W. zorgen dat dit geen lege regel in de verordening is, in de A.P.V. De VOORZITTER: Met betrekking tot de vraag van mevrouw Kniep. De formulering van de bepaling luidt dat je zo'n ding niet mag hebben, dan met een vergunning. Dat betekent dat ook degenen die er een hebben gehouden zijn om er eentje te hebben die goed is, namelijk die geen overlast bezorgt. Dus voor eenieder zal gelden dat hij die vergunning moet hebben en als u vanavond deze bepaling vast stelt, dan zal daarop ook de voorlichting inspelen met bekendmaking daarvan. Met betrekking tot de opmerking van de heer Wijnen, ja, hij wekt de indruk dat er een tegenstelling zou zijn openbaar register of ja, volstrekte openbaarheid op de kamer bij mij. Zo is het natuurlijk niet. Die vertrouwelijkheid is aan veel stukken verbonden en ik denk dat je best mag concluderen dat de ambtenaren goed met die vertrouwelijkheid weten om te gaan. We zullen daar gewoon een prag matische oplossing voor moeten vinden. Als er zaken aan de orde zijn die duidelijk niet naar buiten kunnen zoals we dat eerder met betrekking tot de openbaarheid van die stukken van bouwvergunningen al eens aan de orde hebben gehad, je laat

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 24