-31- de zijde van de heer Wijnen nog onbeantwoord zijn gebleven en dat wil de heer Du Pont alsnog doen. De heer DU PONT: Dat is de eerste vraag van de heer Wijnen naar de onderhouds kosten buitensportakkommodaties. Wij willen hem toezeggen na te gaan of daar een oplossing voor mogelijk is en zijn vraag over de panden van kwekerij Labor. Die zullen gedeeltelijk te gebruiken zijn en mogelijk gedeeltelijk te verkopen De heer VAN DER GRAAF: Er zijn toch nog een paar punten die nog nader besproken moeten worden en ik wilde een schorsing van een minuut of vijf vragen. De VOORZITTER: We zijn nu aan het einde van de tweede instantie. Dat betekent volgens het reglement van orde in principe dat we daarmee de beraadslagingen afronden en tot besluiten moeten komen. In de tussentijd kunnen degenen die voorstellen hebben gedaan de gelegenheid nog krijgen om als laatste op die voorstellen te reageren. Is uw schorsingsvraag daarop gericht Op het laatste Oké. Iedereen akkoord Oké dan schorsen we enkele minuten de vergadering. De VOORZITTER schorst de vergadering. Na opheffing van de schorsing stelt de VOORZITTER: Als u niet aandringt op een derde instantie, maar voor een vierde en een vijfde zijn wellicht straks evenveel argumenten aan te halen, dan zijn wij toe aan het laatste woord wat degenen hebben die voorstellen hebben gedaan. Mag ik voorzover die daar gebruik van willen maken het woord verlenen. De heer VAN DER GRAAF: Een voorstel mijnerzijds, dat wil zeggen, nog een enkel woord over een voorstel mijnerzijds ten aanzien van de evaluatie voorlichting. In eerste instantie heb ik gesteld dat die evaluatie zou moeten plaatsvinden en ik concretiseer dit voorstel nu in die zin dat ik zou willen dat uiterlijk in februari de commissie algemene en bestuurlijke zaken aan de hand van een gedegen praatstuk het voorlichtingsbeleid van deze gemeente evalueert en dat los van eventuele organisatorische aspecten. De VOORZITTER: Nee, ik wil toch eigenlijk wel graag de beperkingen die er gelden aan alle kanten in acht nemen en ik dacht eigenlijk dat wij nou niet meer het woord hadden over die voorstellen. De heer VAN DER GRAAF: Waarom niet De VOORZITTER: Nee, omdat het laatste woord aan de voorsteller is. De heer VAN HOOF: Mijnheer de voorzitter, ik geloof niet dat het voorstel op het juiste tijdstip aan de orde is gebracht en in de juiste bewoordingen. Daar hoeft het college in derde instantie inderdaad geen antwoord meer op te geven. De VOORZITTER: Nee, maar u kunt zich misschien voorstellen dat ik op zich eigenlijk best behoefte heb om daar een advies bij te doen. De heer VAN DER GRAAF:We zijn onderhand meer tijd kwijt om te onderzoeken of dat wel kan dan over het voorstel zelf. Ik zou toch wel willen aandringen, voorzitter, op enige soepelheid in deze. We hebben verpakt in de algemene be schouwingen allemaal in wezen een reeks van voorstellen gedaan en we laten dus als eindconclusie per fractie aan het einde van die tweede instantie hebben we op een gegeven moment de keuze van halen we die voorstellen al of niet uit de verpakking om ze te concretiseren. Ik bedoel dat is mijn standpunt en ik denk dat we die soepelheid toch met elkaar moeten opbrengen. De VOORZITTER: Dat ben ik met u eens. Daar zit het hem ook niet in. Het gaat om de vraag of degene uit het college die er dan direct wel mee zit om dat te gaan doen of die nog de kans heeft om daarop te reageren. Ik begrijp uit artikel 11 dat dat eigenlijk wel kan. Ik zou dat heel kort willen doen. Ik zie gewoon geen mogelijkheid om dat in februari op een zinnige wijze op tafel te brengen. Dus als u ertoe besluit dan weet ik niet hoe ik het rond moet krijgen, maar het laatste woord is aan de raad. De heer VAN DER GRAAF: Kunt u niet een handreiking doen Wanneer denkt u dat wel te kunnen De VOORZITTER: Ik zal, vandaar dat ik straks dat voorstel deed, ik zou best willen bepleiten dat voorlichting de hoogste prioriteit krijgt of een zeer hoge prioriteit krijgt naast dat structureren van het communicatie- en perso neelsbeleid, waar we het eerder over hadden, in de uitvoering van O.D.R.P. Op een aantal punten kun je gewoon beginnen. We hebben alleen de afspraak ge maakt dat we de aanzet met betrekking tot die prioriteitstelling die zo gaan

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 216