-Jfl-
lijk ligt bij de opsporingsambtenaar, 'ten aanzien van het misbruiken van mest en
gier, want normale bemesting is gewoon mogelijk. Als ik nou even ten aanzien
van artikel 38 wat de heer Van der Graaf dus genoemd heeft. In de toelichting
staat dus
De VOORZITTER: Ja, even voor de duidelijkheid. Nou bedoelen we artikel 38 van de
model-verordening, dat is J>k van onze verordening.
De heer DU PONT: Ja, nee het is 38 van onze verordening.
De VOORZITTER: Oh ja, die. Ja oké.
De heer DU PONT: Daar staat:"Voor toezicht op de naleving van de regels die
bij of krachtens de afvalstoffenwet zijn gesteld bevat de wet zelf een uitge
breide regeling. Voor de autonome bepalingen van de verordening kan de raad dit
zelf regelen. De artikelen kk en ^5 zijn een uitwerking van die mogelijkheid.
De hier bedoelde gemeentelijke toezichthoudende c.q. opsporingsambtenaren kunnen
van verschillende discipline zijn. Gedacht kan worden aan functionarissen die
afwisselend met de term reinigingscontroleur, milieucontroleur, reinigingspolitie
etc. worden aangeduid. Vanzelfsprekend kunnen echter ook de ambtenaren die de
naleving van de Hinderwet en andere milieuwetten en verordeningen controleren,
voor aanwijzing in aanmerking komen. Voor het toezicht op de naleving en de
opsporing van de medebewindsbepalingen betreft, ligt deze mogelijkheid al be
sloten in de Afvalstoffenwet, namelijk artikel 68 derde lid." Dat is de toe
lichting die ze dus op dit artikel geven.
De VOORZITTER: Dat betekent voor onze verordening dat hetgeen bepaald is in
artikel ^0, dat zijn autonome aanwijzingen van de gemeenteraad, dus geen aan
wijzingen van de afvalstoffenwet dat daar inderdaad ook door gebruikmaking van
die mogelijkheid tegen kan worden opgetreden.
De heer VAN DER GRAAF: Als u nou die totale verordening leest, dan vindt u daar
geen bepaling in die kan nopen tot het binnentreden in mijn woning om te komen
controleren of ik aan de vuilnisman de juiste zak meegeef. Want daar gaat het
namelijk om en of ik geen autowrak op de verkeerde manier ergens deponeer, maar
zolang ik het in mijn huiskamer zet heeft die afvalstoffenambtenaar weg te blijven.
Dat maak ik zelf uit of ik een autowrak in mijn huiskamer neer wil zetten.
Het staat er al.
De heer DU PONT: Ten aanzien van de heer Wijnen over het storten op het bedrijf
gemeentewerken. Ja, ik dacht toch dat de mogelijkheden die we daar bieden, name
lijk het zich ontdoen van vuil wat normaal niet met de huisvuilwagen meegegeven
kan worden, kleine hoeveelheden puinendergelijke.dat we ons tot die mogelijkheid
zouden moeten beperken om te voorkomen dat je straks daar opslag krijgt van huis
vuil. De controle die je daar noodzakelijk op moet hebben geloof ik dat in
het systeem zoals wij het nu dus hebben dat moeilijk kan inpassen.
De VOORZITTER: Ik heb een voorbeeld waar de heer Van der Graaf het mee eens is.
De raad bepaalt in artikel 17 dat het verboden is als deze verordening wordt aan
genomen, grof huisvuil op een andere wijze of plaats aan de inzameldienst over
te dragen of ter inzameling aan te bieden dan bij of krachtens deze titel is
bepaald. Als u nou zegt van nou het kan in mijn huis, dus dan wordt uw huis vol-
gestapeld met grof huisvuil, dan heeft op grond van de bepaling van artikel 38
een eventuele opsporingsambtenaar de bevoegdheid om bij u in huis vast te stellen
dat u daar een inzamelplaats heeft.
De heer VAN DER GRAAF: Nee, want ik zamel dat daar niet in. Ik spaar het op. Nee
dat is het echt niet. Dat artikel slaat uitsluitend op het inzamelen van door
derden van huisvuil of autowrakken of weet ik veel wat en dat slaat bepaald niet
op of dat ik van mijn huis een pakhuis wil maken, van huisvuil of zoiets. Dat is
mijn goed recht om dat te doen. Ik ga het ook doen.
De heer RENNINGS: Dat vraag ik me af hoor. Het grote probleem wat je af en toe
in eigenlijk ongelukkige situaties ziet dat mensen aan totale vervuiling bloot
staan of zich bloot gegeven hebben. Dat er een opslagplaats is van allerlei
vuilnis in huis en dat dan de medische dienst, de buren dikwijls weken, maanden
lang nodig hebben om binnen te komen om daar maatregelen tegen te nemen.
De heer VAN DER GRAAF: Maar daar slaat deze verordening niet op mijnheer Rennings.
Natuurlijk niet. Degene die op deze manier vervuilt in zijn eigen woning die is
niet bezig een inzameling te houden en daar slaat dat artikel 17 op.
De VOORZITTER: Ja, maar daar is oók alleen de bevoegdheid om op te treden. Als