-33- zullen we nog een vrij behoorlijke kapitaalbehoefte hebben op korte termijn, maar dan zal het ook inderdaad een korte-termijn-behoefte zijn en dan is het de vraag of we dat in een vaste geldlening zo moeten doen. Nou ik zou zeggen laten we eerst maar eens even afwachten wat u daar op zegt, maar u begrijpt dus dat we dat toch eigenlijk wel willen betrekken bij de besluitvorming over dit voorstel. De VOORZITTER: De kapitaalbehoefte zoals we hem op dit moment kunnen voorzien die hebben we beschreven in het preadvies. Wij zijn bezig met, ik kan dat hier eigenlijk wel zeggen hoewel dat officieel toch niet direct voor de open baarheid geschikt is, met wat vooruitlopen op een eventueel neen van de zijde van Eurowoningen die op grond van de overeenkomst die met Eurowoningen ge troffen is, tot onze spijt en schrik de mogelijkheid heeft om dat nog ik denk een vier en een halve maand te overwegen, dus voordat ze definitief moeten reageren. Ik heb overigens wel de hoop dat ze eerder zullen reageren, maar vooruitlopend op een neen zijn we met de mogelijkheden van verdichting aan het bestuderen, al dan niet binnen het globale plan met alle consequenties die daar én planologisch én financieel aan verbonden zijn en procedureel. We zitten in ieder geval voorlopig met het gegeven dat we met een groot bedrag aan een be hoefte aan financieringsmiddelen zitten. Het is niet zo dat we onmiddellijk 12 miljoen in vaste geldleningen willen overzetten. We willen alleen de machti ging om tot zover te gaan omdat we daarmee weer in de normen van het kasgeld vallen en zou het zijn dat we op het moment te ver, maar dan denk ik niet aan veel te ver, maar een toevallig iets te ver zijn gegaan om die kasgeldnorm te onderscheiden, dat betekent alleen dat je dat waarschijnlijk toch relatief duurder of nee, absoluut duurdere kasgeld dan laat schieten en dat je dus een stuk in een vaste geldlening geconsolideerd hebt wat je ook met kasgeld had kunnen doen. Het is zeker niet zo dat nu vanaf het moment dat nou de goedkeuring van G.S. binnenkomt onmiddellijk voor 12 miljoen geconsolideerde leningen zal worden aangetrokken. Dus ik denk dat het niet zo'n spook is als de heer Van der Graaf zich voorstelt. We zijn doende om of we zijn aan het kijken wat voor mogelijkhe den er zijn om de zaak in Albano bij te stellen. Daar komen we in de commissie afhankelijk van het zwaartepunt, algemene en bestuurlijke zaken danwel open bare werken of ruimtelijke ordening op terug. Daar zul je dan zeker ook in de besluitvorming rond die consolidatie rekening mee houden. De heer VAN DER GRAAE: Ik denk dat het een niet onvoorzichtige zaak zou zijn wanneer die 5 miljoen gulden aan kasgeldleningen wanneer die niet nodig zou zijn op "de keper beschouwd omdat er een zodanig hogere kasgeldlening is aangegaan dat daarmee ook in een aantal behoeften is voorzien aan kasgeld. Dat begrijp ik uit uw woorden. Voor een stuk in ieder geval. Dat zou dus op zich geen punt zijn maar we praten hier in wezen over 17 miljoen gulden waarvan 12 miljoen in een vaste lening. De VOORZITTER: Nee, over maximaal 17 miljoen terwijl je maar 15 miljoen aan kas geld hebt. Zo moet je het benaderen. De heer VAN DER GRAAF: Ja, nou met uw toezegging dat u niet overgaat tot het realiseren van het aangaan van die lening in de volle omvang en dan gekoppeld dus aan de besluitvorming over Albano, daar zouden we mee akkoord kunnen gaan want dan betékent het in feite natuurlijk dat uiteindelijk het doel waarnaar wij streven, namelijk het voorkomen dat we op een gegeven moment met een kasgeldlening zitten terwijl achteraf zal blijken dat we die financieringsmiddelen in die omvang niet nodig hebben. Dat doel wordt daarmee gediend, daar wordt aan voldaan. Dat betekent dus dat we met die toezegging, nadrukkelijk met die toezegging er aan gekoppeld, dat we akkoord kunnen gaan. Dan toch zou ik nog wel even met u door willen praten over die plannen die er nu worden ontwikkeld. De VOORZITTER: Mijnheer Van der Graaf, ik denk dat u nu buiten de orde van het agendapunt komt. De heer VAN DER GRAAF: Ik weet dat we daar min of meer mee buiten de orde van het agendapunt zijn, maar het is niet meer als min of meer, want het is er zo na drukkelijk aan gekoppeld. Daarvoor hebben we dat geld nodig. De VOORZITTER: Nee, omdat we financieringsmiddelen nodig hebben staan we voor de vraag kort- of langlopend. Die vraag ligt nu voor. De heer VAN DER GRAAF: En ik beweer dat we die financieringsmiddelen waarschijn lijk niet nodig hebben.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 144