-16-
waardering voor het boekwerk. De angst die hij heeft voor bureaucratisering,
formalisering enz. Ik zeg niet dat ik die deel, misschien dat je doordat je er
intensief mee bezig bent geweest daar wat vrijer tegenover staat, maar je kunt
er van overtuigd zijn dat wat dat betreft de waakzaamheid vrij hoog is. Naar de
geest te werk gaan, nou dat is een duidelijke intentie waarvan ik vind dat deze
raad dat best mag ondersteunen. De voortgang van het verenigingsleven moet je
inderdaad niet frustreren, daar waar het niet nodig is. Los van dat feit, datgene
wat goed is moet je inderdaad zien te behouden. Vandaar dat het ook inderdaad
goed is om aan te sluiten bij de bestaande regelingen. Hij heeft een vraag ge
steld met betrekking tot de netto-kosten van artikel 80, wat zijn de consequenties
voor welke organisaties, voor welke instellingen. Ik denk dat dat voor elke in
stelling evenzo is. Het is gewoon de vraag of dat je moet uitgaan van bruto-kosten
of netto-kosten en dan kun je gaan wikken en wegen. Ga je uit van netto-kosten
dan kun je je richten op het bedrag wat gesubsidieerd moet worden, dus wat over
blijft nadat de eigen inkomsten er zijn afgetrokken. Dan voorkom je daarmee de
mogelijkheid tot ongenuanceerde fondsvorming en dan geloof ik niet dat bij kleine
organisaties het gevaar zo aanwezig is. Dat zou bij grotere eventueel wel kunnen.
Ga je uit van bruto-bedragen dan is een belangrijkere wet dat je het initiatief
om eigen middelen te vergaren wel meer stimuleert. Of dat je in beide gevallen
moet spreken van nadelen,voordelen budgettair in de organisatie die zijn er niet,
maar wel wanneer het gaat over het een. Dus bruto zal waarschijnlijk de eigen
inkomsten wat bevorderen, de eigen activiteiten en daar is toch eigenlijk ook
wel wat voor te zeggen, maar wij zijn nu op netto-kosten gaan zitten om, en dat
is ook in een van de antwoorden aan de fracties zo gesteld, omdat we het in
ieder geval toch willen uitsluiten dat je tot ongelimiteerde fondsvorming zou
komen of in ieder geval dat je overschotten zou gaan subsidiëren en dat is zeker
in een tijd als vandaag niet de bedoeling.
De heer RENNINGS: Mag ik even interrumperen Bedoelt de wethouder nou dat het
voorstel van B. en W. bruto-kosten wordt omgezet in netto-kosten In het
schriftelijk antwoord zegt u dat uitgegaan wordt van bruto-kosten.
De heer BROUWERS: Nee, dat heeft u dan fout gelezen.
De heer RENNINGS: Oh, neem me niet kwalijk.
De heer BROUWERS: Maar ik heb zekerheidshalve argumenten aangedragen mijnheer
Rennings, omdat ik wist dat daar gedachten over leefden bij de raadsleden. Ja,
nou die overweging hebben we dus ook gedaan. Dan heeft hij nog een vraag gesteld
met betrekking tot de Blauw Hoef. Nou in het programma moest toegevoegd worden
dat dat beperkt gebruikt kan worden. Is dat zo Ja, als die organisatie zegt
dat dat zo is, moet ik ook aannemen dat het zo is. De intentie van het bestuur
van de Blauw Hoef en dan moet ik een andere pet opzetten, is een andere en of
dat die twee met elkaar botsen dat is voor mij dan de grote vraag, maar ik denk
wel dat het gebouw, de aard van het gebouw misschien niet helemaal voldoet aan
de eisen die gesteld worden of de service die gegeven wordt of wat dan ook. De
hulp, ambtelijke ondersteuning bij het lezen van de verordening, daar kunt u
staat op maken. Los van dat feit en ik praat gegarandeerd uit ervaring omdat
ik van deze en gene der organisatie beslist die informatie heb gekregen. De
organisaties in zijn algemeenheid vinden die subsidieverordening voor wat hun
onderdeel betreft concreet leesbaar. Die zeggen het is nu voor ons mogelijk, ik
durf ze met name te noemen, met name de V.N.K.V.-dames hebben dat verzekerd,
wijkvereniging Pagnevaart heeft dat verzekerd, die zeggen van nou dat vinden we
winst. In het verleden moesten we eigenlijk maar afwachten wat B. en W. zou beslui
ten of de raad en nu kunnnen we in deze verordening zelf lezen waar de mogelijkheden
zitten. Dan kom ik tot de heer Wijnen, die gelukkig ook waardering heeft en met
name ook waardering voor de welzijnscommissie. Nou daar sluit ik me graag bij
aan. De opmerkingen door het Samenwerkingsverband gedaan zijn overgenomen voor
zover, ja, op een na en dat betreft die consumptieprijzen dus. Wij hopen inder
daad dat die organisaties zullen wennen aan het planmatiger werken en dat dat
zeker niet de spontaniteit van de activiteiten zal geweld aandoen, want dan ga
je gewoon de uitgangspunten daarmee ontkrachten. We zullen erop toezien dat in
de toekomst inderdaad activiteitenplannen op tijd worden ingediend opdat het
ambtelijk hier te verwerken is. Dat moeten we dus nog even afwachten, maar wij
hopen van wel. Vandaar dat we dus zijn gaan zitten van 1 april op 1 juni. De