-36- heer Van Hoof ook opmerkte. Hij zegt ja, wanneer je zo'n groep start op dat aantal zal ze toch al werkende wel teruglopen en dan is het een natuurlijk ver loop, middels afhaken, middels werk krijgen of wat dan ook, maar in feite hoop je dat dat laatste de reden is dat ze afhaken, omdat ze werk hebben gekregen. Daar wordt ook verschillend over gedacht, maar ik merk dat 90% van de mensen toch verrekte graag werken. Vandaar dat ik niet overtuigd ben door zijn argu ment. Ik ben er ook niet van overtuigd dat dat een ernstige drempel zou zijn. Hij is akkoord in feite met activiteiten niet bedreigend voor. Zijn huisschilder die hij ten tonele heeft gevoerd, ja, het is inderdaad een bekend gegeven dat mensen die werkloos zijn in feite hun eigen huisje opschilderen. Ik denk dat dat in extreme gevallen voorkomt. Ik heb toch meegemaakt binnen andere commissies dat men daar wat vrijer over denkt, maar elk voorbeeld gaat mank hoor. Duidelijk is in ieder geval dat we elkaar begrepen hebben waar het gaat over het mag niet bedreigend zijn voor of met ander betaald werk. Zijn ene gulden wil hij in stemming hebben. Ik vind eigenlijk dat hij zichzelf wat tegen heeft gesproken toen hij het voorbeeld aanhaalde van de leraar engels voor de groep van 10, voor de pottenbakker die voor niets komt voor de groep van 15. Wanneer je in beide gevallen eenzelfde bijdrage vraagt heb je geen vergelijk wanneer je 10% van de kosten van de activiteit vraagt dan heb je naar mijn mening een betere norm. Geen prioriteiten binnen de doelgroep. Nou ik wil dat nogmaals verduidelijken. Die twee prioriteiten zijn genoemd om op het moment dat de middelen die al bescheiden zijn onvoldoende zijn, niet toereikend, dat je dan zeker aandacht geeft aan de prioriteit die je hier gesteld hebt en daarmee geef je of daarmee zeg je niet dat de ander dus zijn activiteit niet gehonoreerd krijgt. Dat zou absurd zijn, want dan noem je het geen prioriteiten, nee, dan sluit je gewoon groepen uit. Dat is niet in de zin van een prioriteit. Dat is een bij zondere aandacht die je wilt geven. Bijvoorbeeld wat ik versta onder het in conditie brengen heb ik aanmerkelijk meer voorbeelden genoemd dan hij heeft overgenomen. Vandaar dat we het net niet met elkaar eens zijn. Dat ik vind dat dat niet een taak is van het gewestelijk arbeidsbureau. Mevrouw Kniep die is voor de rest akkoord gegaan. Ze duidt er wel op dat er al zoveel organisaties zijn en wijst daar de mensen op dat ze deel kunnen nemen.aan die activiteiten, maar we bedoelen in deze natuurlijk toch wel gerichte activiteiten op de doel groep en het huidige aanbod van de bestaande organisaties sluit daar kennelijk niet op aan, maar is er ook niet op gericht en je vraagt je hier en dat staat hier ook duidelijk in, je geeft hier duidelijk aan wat voor soort activiteiten het moeten ?ijn en in die zin zijn ze dus wel bijzonder en worden ze nog niet uitge voerd. Ja, dat ik op de principiële onderbouw van de heer Rennings zijn voorstel niet ben ingegaan dat is dan misschien wat onzorgvuldig, maar het is heel duide lijk overgekomen. Hij zegt wanneer het een zo belangrijke zaak is dan moet je er ook als gemeentelijke overheid je eigen bijdrage tegenover stellen, want dat is het waard. Nou in die geest heb ik daarmee ingestemd. Hij is zeer wel akkoord met de begeleiding die ik in die schoolse activiteiten heb gebracht. Ik heb daar niet helemaal over uitgewijd omdat, maar dat is misschien dan bij anderen geen bekende filosifie van mij, maar voor mij is dit duidelijk gericht op het feit dat ik vind dat de einddoelen die in een leerproces gesteld moeten worden door de deelnemer zelf, terwijl het in het onderwijs het onderwijs die doelen stelt en dat is juist het fnuikende van het hele onderwijs. Wanneer je nu in deze zin met dit soort doelgroepen bezig bent dan moet je er voor zorgen dat de einddoelen door de deelnemers zelf gesteld worden, gemaakt worden. Met betrekking tot zijn prioriteiten daarvan zegt hij ja, nou ja, ik het geïnter preteerd op grond waarvan ik toch die jeugdigen mee wil nemen en de argumenten die hem daartoe aanleiding geven onderken ik ten volle, alleen heb ik daarbij duidelijk gemaakt dat van de hogere overheid en van andere instanties al wat of nogal wat faciliteiten reeds gerealiseerd zijn. En ja, dat heeft hij ook nog aangehaald, dus gelieve de prioriteit bij de soort activiteiten, maar dat is even moeilijk want wie veronderstelt nu welke activiteit prioriteit verdient als de betrokkenen die zelf hebben aangegeven, want we willen dat heel duidelijk. Organisaties moeten daar in hun plannen de betrokkenen, de werklozen zelf be trekken. Dan kun je dat op dit moment net zo min als een prioriteit vaststellen. Je kunt hooguit zeggen van nou er zijn een aantal activiteiten die je kunt

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 100