-8-
de stedebouwkundige. Die mag ons adviseren, maar als er iets een politieke be
slissing is dan is het de beslissing hoe of je de kosten, de grondkosten, voor
woningen wilt verdelen over de woningsoorten en dan moeten we ons niet verschui
len achter een waardevrije stedebouwkundige. Die stedebouwkundige heeft een
waardevrij oordeel. Die man die kan best van mening zijn dat het zo hoort, maar
het besluit hoort hier. En ik denk dat het ook op die manier gezien moet worden
en dat die stedebouwkundige nou eens buiten schot moet blijven. De voorzitter
sprak over individuele huursubsidie. Het zal ook de voorzitter ongetwijfeld
bekend zijn dat eraan geknabbeld wordt. Toch brengt mij dat op een andere ge
dachte, iets dat ook een klein beetje is aangeraakt door de heer Rennings met
zijn mededeling dat mensen straks gedwongen worden om in woningwetwoningen te
gaan wonen. Ik denk dat dit gelijk gebruikt kan worden als een pleidooi voor
een aantal beleidsmaatregelen wie er nou eigenlijk in woningwetwoningen thuis
horen. Nou denk ik dat er nog al eens een keer mensen in een woningwetwoning
gezet worden, ook in te grote woningwetwoningen voor hun gezin, die daar in
derdaad qua inkomen niet in thuishoren. En die mensen zouden dan maar duidelijk
moeten maken dat ze een reden hebben om in een woningwetwoning te willen wonen.
Een reden die er kan zijn, bijvoorbeeld vanwege een te verwachten verhuizing
naar elders of zoals we meegemaakt hebben met de notaris bijvoorbeeld, wiens
stulpje nog niet gereed was op dat moment. Daar kan ik inkomen, maar laten we
op andere punten die keerzijde van die medaille eens willen zien. Wanneer we
beiden zouden doen streven naar en dat kunnen we maar heel beperkt, naar een
zo laag mogelijke huur voor woningwetwoningen, maar dan ook een rem op het be
zetten van woningwetwoningen doormensen waarvoor die woningwetwoningen niet be
doeld zijn, dan zouden we al een heel eind in de richting schieten. Misschien
hebben we er dan zelfs minder nodig, hoewel ik dat voorlopig met de wachtlijst
die wij hier kennen nog niet geloof. Wat de voorzitter dan zegt dat die kosten
straks terugkomen, ja, dat klopt en dan geschiedt wat naar mijn mening of naar
de mening van mijn fractie dan ook het juiste is, dan worden ze omgeslagen.
Weliswaar nog via deze differentiatiefactoren en ik ben het overigens met u eens
dat het op het ogenblik een hele moeilijke zaak is om die te wijzigen - zodat
daar de politieke wil al aanwezig was - maar dat betekent dus dat die kosten
in ieder geval niet uitsluitend en alleen komen te drukken op die woningwet
kavels, terwijl ze dat bij een andere opstelling namelijk het proberen te streven
naar die hogere verkoopprijs voor die grond er uitsluitend op drukt. En ja,
verschillen moeten er zijn hè. Wij hebben nou eenmaal een andere mening. Wij
vinden dat we wat anders moeten doen met dat wonen, ook in Oudenbosch. Dus
onze mening hoeft u wat dat betreft niet te verbazen.
De heer RENNINGS: Voorzitter, een paar opmerkingen. Ik ben het met de heer Van
der Graaf eens dat we beleidsmaatregelen of instrumenten zouden moeten ontwikkelen
- en ik weet dat dat moeilijk is - wie in een woningwetwoning moet wonen. Dat
daar ten opzichte van mensen die nu op een wachtlijst staan en noodzakelijkerwijs
in een woningwetwoning moeten wonen, gelet op hun inkomen, dat er schrijnende
situaties zijn ben ik met hem eens. Ik heb in eerste termijn alleen maar
willen benadrukken dat als je de koopwoningsector van premie I of premie II-
woningen en twee-onder-een-kap-woningen, als je die om welke reden dan ook, of
het nu is om de rente die hoog is of als gevolg van de bouwkosten, maar nu ook
door de grondprijzen, alsmaar hoger maakt en door deze toerekeningsfactoren en
andere maatregelen wordt die sprong toch weer groter, het zal toch weer enige
duizenden en misschien wel tienduizenden guldens duurder worden, dan betekent
het dat steeds minder mensen voor hun eigen woonsituatie kunnen zorgen. De druk
op de sociale woningbouw wordt dan door dat beleid alsmaar groter. Nou u zegt
zelf er zijn talloze wachtenden. We weten hoe de subsidietoestandhoe
het budgettair moeilijk is in de volkshuisvesting. Met andere woorden je moet
voorzichtig zijn met mensen die nu nog kunnen en willen zorgen voor hun eigen
woonsituatie, dat je die al te veel door kostenverdelingen afschrikt. Dan het
punt van de onvoorziene kosten; de voorzitter zegt die kunnen later worden mee
genomen. Daar kan ik niet anders uit concluderen dan dat de mensen die in de
latere fase van het bestemmingsplan eventueel de kosten die dan geconstateerd
zijn, onevenredig zwaar in hun huur zullen aantreffen. Dat zijn wel de mensen