-8-
De heer WIJNEN: Nou goed als het nog een keertje aan de orde komt dan hoeft
het niet.
De VOORZITTER: Dan zal in die zin toch nog een bezwaarschrift bij G.S. worden
ingediend.
Zonder hoofdelijke stemming wordt aldus besloten.
8. Voorstel tot raming van de definitieve salariskosten 1980 van de algemene
dienst/123e wijziging gemeentebegroting 1980~
9. Voorstel tot 122e wijziging van de gemeentebegroting 1980 in verband met
7e, 8e, 10e en 11e wijziging van de begroting I90O van het Woonwagenschap
Westelijk Noord-Brabant.
Zonder hoofdelijke stemming worden deze voorstellen aangenomen.
10. Voorstel tot verhoging van het bedrag der verzekering bij Frauderisico-
Onderlinge van Gemeenten (F.O.G.)/32e wijziging gemeentebegroting I98ÏT
De heer RENNINGS: Ja, voorzitter, het is aardig om zo'n voorstel te krijgen
want dan zie je dat we op 7 mei 1938 een beslissing genomen hebben en die
wordt dan nu aangepast. Nou er is sinds 7 mei 1938 ook iets veranderd,
met betrekking tot de risico's. Ik denk dat het zo is dat in de loop der tijd
de aantal risicomogelijkheden aanzienlijk is afgenomen. Toen hadden we kassen
en allerlei directe betalingen. Dat is allemaal achterwege gebleven. Wat is
toegenomen is als er op dit moment gefraudeerd wordt dan gebeurt het doorgaans
door samenspannen en dan gaat het om veel grotere bedragen dan, ook als je de in
flatie meeneemt, dan destijds bij de start van dergelijke verzekeringen. Ik
denk dat als er werkelijk ooit een keer sprake is van fraude, je hoeft de krant
maar na te lezen dan gaat het om een groot bedrag, dan heeft die dekking van
12^.000,geen enkele zin. Ik vraag me af of we eigenlijk wel tegen risico's
verzekerd zijn en dan risico's in de zin zoals we die echt lopen, want de
kleine fraudes zijn om te beginnen niet interessant en bovendien zijn die kansen
daar waar je fraude zou kunnen verwachten weggenomen. Tenslotte een gewone
eenvoudige vraag: Zijn we verplicht deel te nemen
De heer VAN HOOF: Ik weet niet of het naar aanleiding van een rekenings- of een
begrotingsonderzoek was, maar dit is al eens eerder aan de orde geweest. Toen
heb ik van mijn kant ervoor gepleit om de mogelijkheden te scheppen om zodanig
hogere bedragen te verzekeren dat we ook tegen de risico's voldoende gedekt zou
den zijn. U zult begrijpen dat ik helemaal geen voorstander ben om helemaal dat
af te schaffen. Het is nu eenmaal zo, die risico's blijven er voor de gemeente
en ik vind als er een verzekeringsmogelijkheid voor is dat we dan ons daarvoor
moeten indekken. Ik ben ervoor te vinden om het bedrag uit te breiden. Ik ben
het met u eens dat het dan wat meer zinvol is, maar helemaal afschaffen daar ben
ik wel op tegen, daar geloof ik niet in.
De VOORZITTER: Ja, gelukkig hebben we allemaal weinig ervaring met fraude. De heer
Rennings weet al dat het in deze tijd door samenspanning gebeurt. Ik zou het
niet weten.
De heer RENNINGS: Je volgt de krant maar.
De VOORZITTER: Ja, ja. Ik denk dat degenen die namens gemeenten in die Fraude
risico-Onderlinge zitten, want laten we ons realiseren welke vorm het is. Het
is een onderlinge waarborgmaatschappeij waarvan gemeenten het bestuur vormen.
Je moet aannemen dat degenen die dat bestuur vormen een idee hebben van de nood
zakelijke hoogte, minimum hoogte, want dat is het hoor, van het verzekerde bedrag.
Het kan best zijn dat het heel verstandig zou zijn om het twintigvoudige te
nemen. Als ik de ambtenaren hier in het gemeentehuis in de ogen kijk zou ik
niet weten voor wie, maar dat is vers twee. De trend die altijd gevolgd is dat
wij uitsluitend de index gevolgd hebben die geadviseerd werd, dat ligt ook ten
grondslag aan dit voorstel. Het is eigenlijk een aanpassing van hetgeen er
sinds '3§ bestaan heeft. Overigens is dat bedrag intussen een aantal malen niet