-37- toe eigenlijk geblokkeerd waren en vandaar dat we er heel gelukkig mee zijn. De heer VAN HOOF: Ja, mijnheer de voorzitter, het voorstel als zodanig daar kan ik me wel in vinden. Alhoewel ik het met de heer Wijnen eens ben dat we van de ene slepende zaak mogelijk toch weer een nieuwe slepende zaak gaan maken. Ik vind dat wanneer we dit besluit nemen dat we dan toch wat meer waarborgen voor de gemeente in moeten bouwen, dat het straks niet zo wordt dat Steeds b.v. de enige uitgever wordt van industriegrond in dit betreffende plan en dan doel ik, ik heb dat ook al in de commissie voor algemeene en bestuurlijke zaken gezegd, dat:u' wij als gemeente tot op heden bij elke verkoop van grond steeds attent zijn geweest op wie gaat er kopen en wat is men van plan om te gaan doen. Die mogelijkheid gaan we nu naar mijn mening stellig verliezen. Buiten dan alleen hetgeen er dan in het bestemmingsplan wordt vastgelegd, maar iedereen zal het met mij eens zijn dat dat niet alles is. Je moet toch ook verkoop baseert op wat de concrete plannen zijn terzake. Dat gaan we verliezen. Zeker nu de heer Steeds in de voorlopige koopakte heeft gedaan gekregen dat er de restrictie is opgenomen dat er in gedeelten beschikt kan worden over percelen grond tot een omvang van in totaal 1 HA. Er is nu ook op dit moment niet vastgelegd welke gedeelten dat zullen zijn. Ik denk dat Steeds b.v. op elk gewenst moment dat de gemeente van plan is om grond te verkopen daar ter plaatse dat hij kan zeggen: hoor eens gemeente, ik heb optie op welk gedeelte dan ook. Ik denk dat we duidelijk vast moeten stellen op welke gedeelte hij, misschien in evenredig heid met bepaalde gedeelten die we gaan ontwikkelen dat ze dan op een bepaalde basis daar optie op kunnen claimen. Doen we dat niet dan denk ik dat we in de toekomst problemen kunnen krijgen en nogmaals bij mij is het punt dat we onze eigen besluitvorming uit handen gaan geven aan een derde, aan een speculant die zal verkopen aan degene die hem het meest oplevert en ik dacht dat we daar als gemeentebestuur steeds voor gewaakt hebben in het verleden. Ik zou daar eigenlijk toch niet direct vanaf willen stappen. Wellicht zijn er zodanige waar borgen in te bouwen dat daaraan, dat dat voorkomen kan worden, maar dat zou ik dan graag van uw college willen vernemen. De VOORZITTER: Ja, de heer Wijnen die spreekt als eerste over een slepende zaak. Hij noemt 29 augustus, maar dat is zeker niet de enige keer geweest dat de zaak aan de orde is geweest. Bij al die keren is het uitgangspunt geweest het was meestal in de commissie algemene en bestuurlijke zaken, laten we proberen om een bevre digende oplossing te krijgen ook voor de heer Steeds. Wij zijn dan wellicht niet aanspreekbaar voor schade, het is wel zo dat het ook niet helemaal faire is om mijnheer Steeds te laten opdraaien voor de opstelling van degene van wie hij de grond gekocht heeft. Die boodschap kreeg het college van B. en W. steeds mee. Ik dacht dat er nu uiteindelijk een alleszins bevredigende oplossing uitgekomen is waarbij de gemeente er financieel geen centbij inschiet, waarbij in de toekomst alle kosten en de heer Rennings heeft het ook al gezegd, worden opgebracht omdat nadrukkelijk is bepaald dat de prijs uit de exploitatie-opzet de verkoopprijs zal zijn en ik moet u toch zeggen dat ik verbaasd sta over het feit dat nou plotse ling aangedrongen wordt op een toch totale andere opstelling. Dan wijst de heer Wijnen nog op het feit dat het terrein aan de Industrieweg ook niet zo'n kollosaal terrein is. Ik denk dat als we het nog eens zouden moeten ontwikkelen dat het dan helemaal de vraag is of we het nog wel zouden doen. We zijn daaraan begonnen op een moment dat de bomen nog tot de hemel groeiden en nu is het zo dat je ook helaas op een aantal punten en onder andere ook aan de Industrieweg zo al een stuk grond met het gebouw erop kunt kopen, dat je zo er je activiteit in kunt beginnen. Zo rooskleurig is nou de situatie ook niet dat er monopoli posities of zo bestaan waarbij de heer Steeds in zijn eentje zal gaan uitmaken hoe er hier grond verkocht gaat worden. Voorlopig denk ik dat we nog grond te over hebben om aan de vragen die er vanuit onze eigen omgeving en dan bedoelen we Oudenbosch en de directe omgeving naar ons toe zullen komen. Ik denk eerder dat we moeten zeggen met mijnheer Steeds hebben we een goedkope acquisiteur binnengehaald die ons misschien nog een stuk werkgelegenheid gaat brengen op die hectare waarop hij een optie krijgt. Met betrekking tot de vragen van de heer Van Hoof en ik denk dat ik me dan kan beperken tot de vraag over de aard van het bedrijf en het voorkomen van iedere andere koop door mijnheer Steeds. We hebben de aard van het bedrijf vastgelegd in - ja niet helemaal - maar wel in grote mate in het bestem mingsplan. Er is met zones gewerkt, waarbij duidelijk gerekend is met de aan-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 55