-32- of vertekend het beeld nog voor de situatie '80, want toen was de jas aanmerke lijk minder ruim en terwijl op vorig jaar de energiekosten bijvoorbeeld be hoorlijk stegen hebben ze toen met een duidelijk geknepen bedrag ten opzichte van '79 moeten werken. De heer Van der Graaf verwijst naar de ambtelijke advie zen. Nou ik heb ook gezegd dat is ook onze uitgangsstelling geweest. Wij zijn ook begonnen met te zeggen we moeten het allemaal met minder doen, alleen de schoolbesturen hebben van hun kant - overleg moet ook van twee kanten kunnen komen - gewezen op het feit dat er een aantal door hun niet te beïnvloeden fac toren zijn die wel duidelijk de pan uitrijzen. De heer Van Hoof die zegt ja, ik vind toch dat er grote bedragen zijn overgespaard dat je dan nu daar inzicht in moet hebben, want dan mag je verwachten dat ze uit die overgespaarde bedragen nu middelen besteden aan de exploitatie van dit jaar. Ja, dat inzicht missen we. Daar durf ik geen nee tegen te zeggen, zo min als ik er ja tegen durf te zeggen. Als wij vandaag het bedrag niet vaststellen is daarmee het bedrag van vorig jaar vastgesteld. Zeg ik dat goed mijnheer Du Pont Ik meen dan dat het bedrag doorloopt van vorig jaar hè. Uit het gesprek dat wij gevoerd hebben met de schoolbesturen moet ik afleiden dat dat bij hen onmiddellijk zal leiden tot bezwaren. Dus ze zullen zich dan tot de minister wenden. Het advies van de inspecteur dat kent u uit het preadvies. Dus de inspecteur zal zeggen van nou hij vindt dat een reëel bedrag. Waar we dan uitkomen weet ik niet. Ik vind ook dat we dan toch geen recht doen aan de bereidheid die ook uit het accepteren van een 5$-stijging spreekt bij de schoolbesturen om mee te doen aan de bezuinigingen. Alleen zij zeggen: wij kunnen niet op alles bezuinigen. En ik denk dat wij daar van onze kant begrip voor moeten hebben. Ja, voorzover de opmerking van de heer Wijnen gaat in de richting van hoe ze het besteden of waar ze het vandaan halen dat maakt niet zoveel uit. Het gaat erom hoeveel er nodig is en hoe ze het dan besteden dat is hun zaak. Ik denk dat je daar best naar mag kijken als het gaat om het beantwoorden van de vraag: Is dat nou verantwoord onderwijs Maar ik hoop dat hij het ook in die zin bedoelt. Dat we daar in ieder geval toch wel op moeten blijven letten, maar wat dat betreft heeft niemand in het geding ge bracht dat de norm overschreden wordt. Ik dacht ook dat niemand van ons de indruk heeft dat dat gebeurt. Ja, ik kan u met betrekking tot de situatie van de reserves geen zekerheid geven. Ik denk dat ik toen daarom toch kiezend van misschien twee kwaaien zou moeten voorstellen om - twee kwaaien bestaande in het handhaven van het bedrag 1980 met de aan zekerheid grenzende waarschijn lijkheid, ik denk wel dat je moet zeggen met de zekerheid dat daar een beroep op volgt op de minister waarvan de uitslag niet te voorspellen is, maar waarvan wel het advies van de inspecteur bekend is en aan de andere kant het bedrag per leerling zoals we dat aan u voorgesteld hebben - om dan van die twee kwaaien toch het bedrag van ^53,te nemen, maar het woord is aan de raad. De heer VAN DER GRAAF: Het is een reëel voorstel van ons, mijnheer de voorzitter. De VOORZITTER: Ja; drie mogelijken: niet besluiten; besluiten conform het voor stel van de heer Van der Graaf en dus de verhoging beperking tot 2,57$ en besluiten conform het voorstel van burgemeester en wethouders, dat wil zeggen een verhoging van 5$» Het voorstel van de heer Van der Graaf betekent kk2, per leerling; het voorstel van het college betekent ^53, Het meest verstrekkende voorstel is om niet te besluiten. De heer VAN DER GRAAF: Ik wil daarop toch even iets zeggen. Niet besluiten kan niet. Wij moeten namelijk, anders gaat de 55 quater-aanvraag in de mist. Het moet zelfs een besluit zijn. De vaststelling ex artikel 101, 55 quater De VOORZITTER: Ja, ja, daar hebt u gelijk in. Dus dan zouden we inderdaad moeten besluiten om het bedrag hetzelfde te laten. De heer VAN DER GRAAF: Ja, maar dat heeft niemand gezegd. De VOORZITTER: Ja, ik weet niet of de heer Van Hoof dat bedoelt. Of bedoelt de heer Van Hoof ook het voorstel van de heer Van der Graaf om te verhogen met slechts 2,57$ De heer VAN HOOF: Als ik consequent moet zijn dan wil ik, dat is mijn redenatie geweest, dat ik inzicht wil hebben in de reserves die meer aanwezig zijn, maar die voor normaal onderhoud en mijn stelling is geweest dan zou het moeten kunnen dat voor een jaar of meerdere jaren men daaruit put. Die gegevens ontbreken mij.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 50